25 ziek🤒

198 8 0
                                    

Verteld Agustín

Ik voel iets op me liggen. Ik open mijn ogen en vind een mooi beeld voor me. Caro slaapt op me. Ik weet niet hoe we zo zijn gekomen. Ze ziet er schattig uit en rustig. Ik zou zo wel elke dag willen slapen. Maar ik moet naar school en zij moet werken. Ik kijk naar de klok en zie dat het al 6:30 is. Karol zou nu elk moment komen om Caro te zoeken. Maar ik wil haar niet wakker maken ze slaapt ze lief.
De deur gaat open. Zo als ik had verwacht kwam Karol binnen.

K: sorry voor het storen maar ik moet binnen 30 minuten al naar school.

A: ja ik weet het. Maar ik wil haar niet wakker maken ze slaapt zo lief.

K: in het weekend kun je langer met haar slapen maar nu niet.

A: ok ik maak haar wakker.

Ik stap voorzichtig uit bed.

K: Agus, waarom hang je vol met bloed?

A: waar?

K: aan je benen. Ben je gewond?

A: nee ik voel niets. Mechien komt het van Caro. Ze heeft op me geslapen.

K: als je het zo zegt klink het raar. Maar ok kijk eens of ze iets heeft.

Ik haal de lakens af haar. Haar pyjama broek hangt vol met bloed.

A: gister bloede ze nog niet. Is ze gewond? Moet we naar de dokter?

K: nee Agus, ik denk dat ik weet wat ze heeft.

A: wat dan?

K: jij bent hier echt niet slim is. Wat elke vrouw heeft. Haar regels.

A: maar wat moeten we dan nu doen? ze weet hier niets van en wij moeten naar school? En mama gaat hier ook niets aan doen.

K: we kunnen doen of we ziek zijn en als onze ouders weg zijn kunnen we haar helpen. We kunnen haar niet zo achterlaten.

A: ok maar is het niet raar dat we alletwee ziek zijn?

K: weet jij iets beter?

A: nee, ok we doen jou idee wel.

K: ok ik ga terug in bed liggen en neem thé mee voor de koorts.

A: ik ga het wel halen.

Ik ga naar beneden en zet thee. Ik maak het eten klaar voor mijn ouders zodat ze denken dat Caro het heeft gedaan. Als de thee klaar is zet ik er een bij mij en bij Karol.
Na een halfuur staan mijn ouders op.

Cl: Agus, ben je nog thuis?

Mijn moeder kont mijn kamer binnen.

A: ja ik ben ziek.

Cl wacht ik die het licht aan.

A: nee. Ik krijg er koppijn van.

Cl: ok maar ik ga wel je koorts meten.

Mijn moeder gaat weg om naar de WC te gaan. Ik stop de thermometer in de thee. Ik stop hem terug in mijn mond.

Cl: is kijken hoeveel.

Ze haalt het uit mijn mond.

Cl: 38,28c°. Blijf jij maar een dag thuis. Je zus is ook ziek. Ik zal onze slaaf zeggen om jullie te verzorgen.

A: nee dat hoeft niet. Ze weet het al.

Cl: ok tot straks en rust goed.

Mama gaat weg. Na een halfuur gaan mijn ouders weg. Ik sta op. Ik ben blij dat Caro nog niet wakker is geworden. Karol komt mijn kamer binnen.

A: wat gaan we nu doen?

K: we moeten haar wakker maken. Ik weet niet of ze er veel last van heeft.

A: ik hoop het niet.

Ik ga naast Caro zitten en schut haar wakker.

C: hoe laat is het?

A: bijna 8 uur.

C: dat moet ik aan het werk zijn. En jullie op school. En waarom heb ik zoveel buikpijn?

Slaaf van de familie Bernasconi ( Aguslina)Where stories live. Discover now