Boek 1, hoofdstuk 30 - Kasteel Evana

233 13 0
                                    

'We hebben al weken geen nieuws meer over Elena gehoord!' Koningin Lidia ijsbeert door de troonzaal heen. 'Rustig mijn Lief. Ze komen snel terug met onze dochter.' probeert Stefan zijn vrouw te kalmeren. 'Dit is jouw schuld Stefan. Als Elena elk jaar mee mocht door Evana heen dan was er niks aan de hand geweest.' woeden borrelt op in de koningin zoals dat elke keer gebeurde. 'Ja Lidia. Ik weet het nu wel. Jij weet ook waarom ik dat gedaan heb. De persoon die mijn moeder vermoord heeft loopt vrij rond.' Stefan is en blijft kalm op zijn troon zitten. Lidia stopt met lopen. 'Dat begrijp ik al te goed! Maar dit is ten kosten van onze dochter gegaan. Weet je niet hoe vaak ik haar huilend heb achter moeten laten?' roept Lidia uit naar haar man. 'Dat weet ik ook Lidia!' Koning Stefan staat op van zijn troon en raakt langzaam geïrriteerd. 'Je hoeft me het niet elke dag te vermelden!' brult de koning boos door de zaal heen. Lidia krimpt licht in een als zijn harde stem te horen is. De koning ziet het en haalt even diep adem om zichzelf te kalmeren. 'Je weet dat ik er alles aan doe om Elena weer terug te krijgen. Zodra Elena terug is zal ik afstand doen van de troon. Elena had gelijk. Welke vader sluit haar dochter nou op in een kasteel?' tranen geven een wazig beeld in de ogen van de koning. 'Ik mis haar.' Piept koning Stefan zacht. De troonzaal is zo stil dat het duidelijk te horen was. 'Het komt goed, Elena kom thuis. Ik weet dat je alles deed om Elena te beschermen.' Koningin Lidia voelt zicht schuldig. Ze loop terug naar haar man en slaat voorzichtig haar armen om haar man heen. 'Ik mis haar ook. Meer dan wat dan ook.' zegt ze zacht. Koning Stefan slaat zijn armen om zijn vrouw en zo blijven ze samen een paar minuten in stilte staan.

"Uwe majesteit.' de deur word gehaast open gedaan. 'Sorry dat ik u moet storen maar de mannen die u gestuurd had om uw dochter te vinden, ze zijn terug.' vermeld een van de wachters. Hoop springt de koning te gemoed. 'Hebben ze mijn dochter gevonden?' vraagt de koning gelijk. De wachter schud zijn hoofd en opent zijn mond. 'Ik heb geen idee heer.' zegt de bewaker. De koning knikt en zegt dat ze binnen mogen komen. 'De wachters willen uw eerst spreken meneer.' 'Dat is ook goed. Laat ze maar binnen.' De wachter knikt, maakt een buiging en loopt terug naar de deur. Niet veel later komt er een van de bewakers binnen. 'Goeden middag heer Stefan.' de bewaker maakt een buiging en kijk dan zijn koning aan. 'Hebben jullie mijn dochter al gevonden?' is het eerste wat de koning vraagt. 'We hebben haar drie dagen geleden in het stadshuis van Adéna gevonden meneer.' Gelijk word de bewaker onderbroken door de koning. 'Waar is ze. Is ze in orde?' vaagt koning Stefan. 'Ik weet inmiddels niet waar prinses Elena is meneer. We zijn haar kwijt geraakt.' de bewaker word zenuwachtig. 'Wat?! Hoe is dat gebeurd!' brult de koning door de zaal. 'Stefan rustig.' Lidia legt een hand op haar mans borst. De koning ontspant zich een beetje. 'We hebben haar bij Adéna opgewacht zodat ze mee kon komen. Wij, bewakers, wouden haar vriendelijk mee vragen, maar Bodar dacht daar anders over. Hij was onze leider. In het stadshuis hebben we haar opgewacht. Bodar overmeesterde haar en prinses Elena verdedigde zichzelf zo sterk. Ze was zo dapper en ze ging zo fel tegen Bodar in. Een van de medewerkers van het stadhuis had de politie gebeld, ze dachten dat we overvallers waren. Bodar heeft de prinses een paar keer in elkaar geslagen. We konden niks voor haar doen, geen bescherming of wat dan ook. We werden zelf ook aangevallen door haar vrienden en de politie. Toen Prinses Elena op de grond lag zei Bodar iets wat niemand aan zag komen.' De bewaker stopt even met praten. 'Die naam komt me bekent voor.' zegt de koning. Hij laat zijn vrouw los en loopt naar het raam. 'Mijn koning als ik mag.' Stelt de bewaker voor. 'Wat zei die Bodar precies?' vraagt koningin Lidia zacht, niet goed wetend of ze wel mag praten. 'Hij zei: "Je bent zwak Elena. Je bent niks. Net zo als je grootmoeder".' Met een klap is het gelijk stil. 'Heeft hij...' de stem van de koning sterft langzaam weg. 'Ik ben bang van wel mijn heer.' zegt de bewaker spijtig. 'Bodar heeft mijn moeder vermoord?' vraagt de koning voor de zekerheid. Zijn stem breekt. De akelige stilte geeft het antwoord al weer. 'Sluit hem op.' zegt de koning. Hij verwacht geen tegenspraak. 'Zoals u wenst koning Stefan.' zegt de bewaker. Hij buigt naar de rug van de koning voor hij een buiging maakt naar de koningin en de kamer verlaat. De koning voelt zich schuldig tegen over zijn dochter. Hij heeft tenslotte een huurmordenaar op zijn eiegn geliefde dochter gestuurd.

Na een tiental minuten klinkt er een gevecht in de gang. Het gekletter van zwaarden en het gekreun van pijn. Niemand heeft enig idee hoelang het duurt of hoeveel gewonden er zijn. Zodra al het gekletter en gegil voorbij is, komt er een bewaker de kamer inlopen. 'We hebben hem. Hij is momenteel onderweg naar de kerkers Uwe majesteit.' De koning knikt en de bewaker verlaat de kamer op een traditionele manier. Met een beter gevoel laat de koningin zich in de armen van haar man zakken. 'Onze prinses kan naar huis komen wanneer ze maar wilt.' zucht koning Stefan. Het koninklijke stel lijkt gelukkig te zijn. 'Hoeveel gewonden zullen er zijn?' vraagt de koningin. 'Ik weet het niet. Ergens vertrouw ik hem niet. Het klonk veel te gemakkelijk om Bodar gevangen te nemen.' zucht Stefan. 'Hoe bedoel je?' 'Als Bodar zo makkelijk te pakken was waarom hebben onze voorouders zijn ouders en hem dan nooit kunnen pakken. Het is te makkelijk gegaan.' legt Stefan uit met zijn blik gericht op de grote houten deuren. Zonder antwoord van zijn vrouw verlaat de koning de ruimte en loopt door de gangen. Schoonmaaksters zijn al druk bezig met het schoonmaken van alle bloedvlekken. Bewakers worden opgeraapt en weg gebracht. Zo te zien was het alsnog een zwaar gevecht. Zodra de koning een van de bewakers ziet die er helemaal gezond uit ziet, stopt hij met lopen. 'Ik wil dat jullie die Bodar dag en nacht gaan bewaken. Hou hem vierentwintig uur per dag in de gaten.' beveelt de koning. De bewaker knikt en buigt voor hij wegloopt. 'Ik wil dat onze dochter veilig thuis kan komen.' zeg de koning hem nog na. Hij weet dat zijn dochter thuis komt, hoelang het dan ook mag duren.

Just A Princess | Boek 1 [herschrijven]Where stories live. Discover now