-5-

15 1 0
                                    

De jongen loopt door het park. Hij moet weer een brief vinden. Hij heeft de teksten op dit moment nodig. Hij heeft iets nodig dat hem helpt. Gisteren heeft hij gedaan wat er op de brief stond. Omarm het onbekende. Hij denkt aan het meisje. De donkere ogen blijven in zijn gedachten. Hij ziet een persoon lopen met een witte brief. Hij rent naar de persoon toe. Maar die is al weg. Vlak voor zijn voeten ligt een brief.

-3-

Hey vreemdeling,

Ik weet dat je deze brief wil meenemen, ik weet ook dat je me wilt vinden. Er zit hier een tweede brief in. Laat die achter waar je hem altijd achter laat. Op de straat met de zwarte muren en de witte daken. Je zat vast te wachten op iets dat je kon helpen. Het is niet 1 van deze brieven maar een persoon. Ergens deze dagen kom je die persoon tegen.

je bent een stukje van
de puzzel van
het leven van iemand anders
je zult het misschien nooit weten
waar je past,
maar anderen zullen de lege
gaten in hun leven vullen met
stukjes van jou

-D

Ps, de schrijfster die mensen bij elkaar brengt

Hij vind het nu wel weer raar worden. Is er iemand die hem in de gaten houd? Is er iemand die weet dat hij de brieven leest, maar toch weer weg gooit? Hij loopt naar de straat toe. En zoals in de brief stond. Laat hij de tweede brief, zonder het te lezen. Op de straat vallen.

De brieven naar nergensWhere stories live. Discover now