Hoofdstuk 3

81 6 0
                                    

-Bubbles POV-
Vandaag spelen Hufflepuff vs Gryffindor Quidditch. Ik sta op de tribune bij de marauders want James speelt als seeker en we juichen. Ik juich voor beide teams want ik ben in de laatste dagen goed bevriend geworden met de marauders.

Tijdens de game went ik men blik af op Remus die mij ook aankijkt. Ik glimlach en hij glimlacht terug. Ik vind hem leuk maar het kan en mag niet. Ik kom niet van deze tijd en zal hem enkel pijn doen.

Gryffindor wint de game door James' zoeker skills. We gaan naar hem toe en feliciteren hem snel. We gaan met zen vijven naar binnen en lachen om grappen die Sirius weet te maken.

"Maar even serieus, kerst is over een week en ik vroeg me af wat jullie gaan doen?" Vraagt Sirius na een tijdje. "Naar huis." Antwoord Remus en Peter en James knikken instemmend.

"Sirius je kan bij mij blijven." Zegt James en Sirius knikt. "Wat ga jij doen?" Vraagt Peter aan me en ik kijk op. We stoppen met lopen. "Ik blijf hier." Antwoord ik. "Ga je niet naar huis?" Vraagt James.

"Nee men ouders zijn er nooit." Zeg ik en ze kijken me aan. "Ik kan mam best vragen of je bij mij wil blijven, tegenwoordig ben ik een opvangcentrum voor vrienden geworden." Lacht James en ik knik.

We lopen de great hall in en James word nog een paar keer gefeliciteerd en dan gaan we zitten. Vanavond is het volle maan en tijdens het eten staat Remus op. "Waar gaat hij naartoe?" Vraag ik aan Sirius maar ik weet waar hij heen gaat.

"Vast al slapen." Liegt Sirius en ik knik. "Ga ik ook doen." Zeg ik en ga naar buiten. Ik ren zo snel ik kan achter Remus aan. Ik moet een reden hebben waarom ik weet dat hij een weerwolf is.

Hij gaat onder de womping willow door en ik volg hem. Wanneer ik achter hem sta en hij het door heeft schrikt hij. "Bubbles je moet hier weg!" Roept Remus nerveus en duwt me naar buiten.

Door hem in de toekomst en Sirius in de toekomst leerde ik een Animagus te worden dus ik kan het wel met hem doorbrengen. Hij veranderd langzaam en gilt vanwege de pijn en dat doet mij ook pijn.

Weerwolf hem kijkt me aan als ik verander in men patronus, een uil. Hij blijft stil en gaat liggen. Ik hou hem de hele nacht in de gaten en hou hem tegen als hij zichzelf wil krabben.

De nacht gaat voorbij en hij veranderd terug. Hij kijkt mij aan en ik verander ook terug. "Jij bent een Animagus?" Vraagt hij verbaasd en ik knik. "Hoe wist je dat ik een weerwolf ben?" Vraagt hij zacht.

"Voorgevoel, maar er is niks gebeurd." Antwoord ik en hij glimlacht. "Ja er is niks gebeurd." Zegt hij. We lopen samen terug naar het kasteel. Voor we naar binnen gaan trekt hij me aan men hand terug.

Hij ademt diep in en uit en kijkt me recht in men ogen aan. "Bubbles, ik ... waarom ben je niet bang weggelopen of heb je het niet de hele school verteld?" Vraagt hij en ik glimlach.

"Omdat ik het wel schattig vond niet eng, en het is niemand anders zaak dat te weten toch?" Antwoord ik. "Ik... ik vind je leuk. Heel erg leuk zelfs." Zegt hij en ik begin te blozen. Zei hij dat nou serieus.

"Ik vind jou ook leuk." Antwoord ik en hij glimlacht. Hij buigt langzaam voorover en drukt zijn lippen op de mijne. Het geeft een warm gevoel aan en ik leg men armen rond zijn nek.

We trekken beide weg en glimlachen naar elkaar. "Wil je men vriendin zijn?" Vraagt hij. Ik voel me ineens verschrikkelijk, maar aan de andere kant weet ik niet of ze me überhaupt nog terug krijgen en in dat geval. "Ja heel graag." Antwoord ik.

Hand in hand lopen we door de great hall. We gaan bij de anderen zitten. "Wat hebben we gemist?" Vraagt Sirius kijkend naar onze handen. "Ze weet het." Zegt Remus. "Hoe?" Vraagt James.

"Ik ben slim." Antwoord ik. "En?" Vraagt Sirius. "Ze is een Animagus, met haar erbij heb ik mezelf niet eens verwond." Zegt Remus. "Stomme idioot dat bedoelde hij niet, jullie handen?" Vraagt James en ik grinnik door die opmerking.

"Oh ja, ik heb een vriendin." Zegt Remus en ik lach. "Dat zien we Moony." Antwoord Peter lachend. "Oh trouwens, Bubbles je kan bij mij blijven met kerst." Zegt James en ik glimlach.

"Wacht heeft zij nu ook geen bijnaam nodig?" Vraagt Peter lachend. "Wat dacht je van Oehoe?" Zegt James. "Ja want ze is een uil!" Zegt Sirius. "Leuk dit." Antwoord ik en ze schrijven de naam Oehoe op de marauders map.

Back in timeTahanan ng mga kuwento. Tumuklas ngayon