I. Schrijfwedstrijd Dandelion 1 [🇳🇱]

39 6 2
                                    

Schrijfwedstrijd: Dandelion #1
Genre: Vrije keus
Woordenaantal: 1322 (max. 2000)
Deadline: 14 september 2018
Tagg: @ originalverbivore
A/N: Ik hoop dat het een beetje goed is. Willen jullie ook tips achterlaten (of tops) zodat ik er beter in kan worden? Schrijf voor 't eerst in deze genre namelijk 🙈🤭🤫

Laatst bijgewerkt op: 2 december 2018
* * *

Hector rende door de gangen van het huis. ''Nee!'' schreeuwde hij. Hij keek angstig achter zich en bleef rennen. Hij keek weer voor zich. Hij schrok. Oh, nee! Hij moest kiezen! Rechts? Of toch maar links? Maar wat als... Een gillende, krijsende stem galmde door het huis. Hector huiverde en ging meteen de linker gang in.

Hij was moe. Zo ontzettend moe. Hector liep tegen de trap op en keek. In de treden zaten gaten in het hout. Hij zette een stap. Ja, hij hield het! Met een klein vleugje nieuwe hoop rende hij vlug de trap op. Hij schreeuwde van de pijn toen hij door de laatste trede zakte. Hij trok aan zijn been. Geen beweging. Hij zat vast! Angstig keek hij achterom, bang voor wat er komen zou. Ze mochten hem niet krijgen! Hij wilde het niet! Hij moest hier weg zien te komen! Hij trok opnieuw aan zijn been, maar tevergeefs. Hij slaakte paniekerig een kreet wanneer hij een schim zag bewegen langs de muur. ''Laat me met rust! Laat me gaan!'' riep hij doodsbang. De schim kwam dichterbij en vormde zich een jonge dame. Hector gilde als een meid, maar dat kon hem niets schelen. ''Raak me niet aan! G-Geest!..'' riep hij in paniek en trok vol aan zijn been. Achter de jonge dame kwam nog een schim. Maar deze was groter, donkerder. Hector zijn borstkast ging in een razendsnel tempo op en neer van angst. De schim kwam schuin voor de jonge dame te staan. Er vormde zich een oudere man. Hector schatte hem een jaar of vijventwintig. Hij trilde toen er meer schimmen kwamen. Het werd steeds kouder. Hij kon de wind in het huis horen, maar hij voelde geen enkel briesje tegen zijn huid. Hij pakte het hout en met alle kracht trok hij er aan.

KRAK.

Hij bewoog zachtjes zijn voet. Ja! Hij kon het bewegen! Hector zette zijn handen naast zich. Met alle kracht die hij nog over had trok hij aan zijn been. Eerst gebeurde er niets. Maar toen schoot hij los en viel een trede omlaag. De schimmen kwamen dichterbij. Vlug kroop hij naar achteren. Toen hij dacht ver genoeg te zijn, stond hij snel op. Hij zag dat er nu wel 10 schimmen onderaan de trap stonden. Hector gilde en keek er angstig naar. Kon hij nog vluchten? De schimmen gleden naar hem toe en staken hun handen uit. Hij moest wel! Hij draaide zich om en zette het opnieuw op een rennen. Oh, nee! Een deur! Oké, Hector.. Je kunt dit! Met een enorme bonk gooide hij zich met volle gewicht tegen de deur. Met een klap viel hij met de deur op de grond. Hij kreunde van de pijn en greep naar zijn schouder. Hij stond op en rende verder. De gangen werden kouder en donkerder. Hij wist niet waar hij heen ging. Ging hij wel naar een uitweg? Hij wist het niet! Toch moest hij het proberen. Hij keek achterom en zag de schimmen hem volgen. Ze waren dichterbij gekomen. Hij rende verder en verder. Hij keek om zich heen. De gang verdween. Het enige wat hij zag was zwart. Wat was dit? Hij rende nog steeds. Hij hoorde de schimmen achter zich. Hij huiverde en bibberde van angst. Hij probeerde nog harder te rennen, maar hij kon het niet. Hij was uitgeput! Hij probeerde zijn huidige tempo vast te houden. Zolang hij ze maar voor bleef. Hij rende tegen een muur, doordat hij niks zag. Hij viel en vloekte. Dat deed pijn! Hij kroop door de ruimte en tastte in het donker. Er moest ergens een deur zijn. Dat moest gewoon. Hij voelde de schim voor hem staan en de tranen schoten in zijn ogen. Toen voelde hij een vreemd stuk muur. Wacht, muur? De deur! Hij leunde tegen de deur en deze rolde open.

Hector wreef in zijn ogen. De kamer was volledig belicht. Hij kroop naar binnen en gooide de deur dicht. Hij keek om zich heen. Nee.. Dat kon niet.. Dit was geen gang meer. Dit was een kamer. Een opslagplek. Hij stond op en liep rond. Er stonden bedden met lichamen. Elk lichaam sliep. Elk lichaam had zijn ogen open en de schittering was nog steeds in hun ogen te zien. Hij begreep het niet. Ze sliepen niet, maar waren ook niet dood. Abrupt draaide Hector zich om wanneer de deur open schoot. Wacht eens.. Deze lichamen.. Ze zijn niet dood. Het zijn de geesten! Hij liep achteruit en de hele ruimte vulde zich met schimmen. Ze vlogen over muren, het plafond en door de kamer heen. Hector kwam tegen de muur te staan en keek angstig naar de schimmen. Het begon te gieren en de wind hoorde hij opnieuw razen langs zijn oren. Hij voelde niets, maar wist dat het de schimmen waren. Hij keek voor zich en zag een enorme schim wie een man was van rond de dertig of veertig jaar. Hij stak zijn armen uit en keek Hector aan. Hector keek hem beangstigend aan en kon amper op zijn benen staan. Hij was gevangen in zijn blik. In zijn ogen. Hij voelde de tranen over zijn wang rollen. Zijn zicht verminderde. Het gevoel van de glijdende tranen verdween. Ook zijn ademhaling verdween. Alles werd wazig en vaag. Hij werd meegezogen door die twee heldergrijze ogen.

Zijn zicht kwam terug, maar het klopte niet. Hij zag de schimmen niet meer, maar hun menselijke vorm. Hij keek naar zichzelf. Hij was doorzichtig. Hij was een schim.. Het was de schimmen gelukt.. Hij was hen verlossing geweest.. En nu was hij voorgoed verloren. De mensen die eerst schimmen waren lachten en liepen de kamer uit. Hij wilde meelopen, maar de deur werd dichtgegooid. ''He, wacht!'' riep hij. Hij keek bezorgd om zich heen toen de deur op slot werd gedaan. Hij werd achter gelaten. Alleen.. Verloren.. Hij was een gee..

•••

''Oh, hij komt bij. Meneer Renou?'' hoorde Hector vaag.
Langzaam werd zijn zicht helder en duidelijker. Zijn bewustzijn zakte en hij keek om zich heen. Hij zat in een kleine kamer. Hij ging rechtop zitten op zijn bed.
''Waar ben ik? Waarom ben ik hier?''
''Ik ben Suus. U bent in uw kamer, meneer Renou. U bent hier gebracht, nadat u niet goed was geworden.'' Vertelde de dame in witte kleding naast zijn bed.
''In mijn kamer? Dit is niet mijn kamer. Waar ben ik heen gebracht? En ik ben kiplekker! Waar ben ik?'' Riep hij verward en ongerust.
''Rustig, meneer Renou. U bent in een inrichting geplaatst. Hier moet u uw rust proberen te vinden en beter worden.'' Glimlachte de dame.
''Inrichting?! Waarom?! Ik ben niet gek!'' Riep hij uit paniek.
''Meneer, kalm aan. U bent hier geplaatst, omdat u volgens meerdere getuigen door het huis rende en angstig en wild om u heen keek. U dacht dat de mensen in het huis schimmen en geesten waren. Uiteindelijk wisten de getuigen u in een kamer te krijgen. Daar bent u uiteindelijk weggezakt nadat ze u hadden opgesloten voor uw eigen veiligheid. Het is veiliger als u hier blijft.'' Vertelde de dame kalm.
Hector Renou keek met vol ongeloof naar de dame. ''In een inrichting?.. Ik.. Nee.. Dat kan niet.'' Jammerde hij bedroefd. Hij wilde naar huis. Naar zijn vriendin. Hij wilde.. ''Ik wilde haar vragen...''
''Wat wilde u vragen, meneer?'' Vroeg de dame vriendelijk.
''Ik wilde haar ten huwelijk vragen.. Op haar verjaardag.'' zei hij.
''Sorry, meneer Renou. Dat is helaas niet mogelijk. U mag hier pas uit zodra u beter bent. Daarbij wilt ze u niet meer zien.'' Vertelde de dame.

Hector zijn hart brak. Hij was niet ziek. Wel dan? Misschien dan wel. Want wat die dame verteld had, had hij gedroomd. Was het dan geen droom geweest? Zag hij dingen die er niet waren? Was hij gek? Gestoord? Wilde ze daarom niet met hem samen zijn? Nu was hij.. Alleen.. Verloren.. Hij is een gebroken geest..

Korte verhalen [bundel]Opowieści tętniące życiem. Odkryj je teraz