4. Blessures

6 0 0
                                    

'Oké kom er maar bij iedereen.'
Had iemand verwacht dat de momenten die hierna volgden zouden leiden tot een blessure die één van de belangrijke spelers tot de kerstvakantie uit het spel zou houden? Nee, eigenlijk niemand. Om precies te zijn was het een ongeluk, een één op de miljoen situatie, maar het gebeurde wel, dus moet ik er dramatisch over gaan schrijven.

Koude avond in december, nog één wedstrijd te gaan voor de kerstvakantie zou beginnen. Het team heeft hard gewerkt en de trainsters besluiten om de training af te sluiten met een spelletje. Ruben en ik kijken elkaar al gelijk competitief aan als we horen dat het tijd is voor politie en boefje. Het concept was simpel, je staat tegen over elkaar, de boef tikt de politieman aan en rent vervolgens zo snel mogelijk naar een bepaalde lijn, als de politieman hem niet kan tikken voor de boef bij die lijn is, heeft de boef gewonnen.

Ik ben de boef, ik weet heus wel dat ondanks dat ik sneller was geworden, ik niet zo snel was als Ruben, en veel hoop om de lijn te halen had ik niet, maar ik ging het toch proberen. Ik tikte Ruben aan en zonder ook maar op of om te kijken sprint ik naar de lijn, Usain Bolt was er niks bij. Het geluid van Ruben die achter mij aankwam was goed te horen, hij gebruikte een techniek die ik vaak in de zaal gebruik tijdens wedstrijden. Telkens als je aankwam bij je tegenstander of een poging deed om de bal te onderscheppen of doen alsof je dat deed, hard met je voet op de grond komen. Het klinkt misschien heel gemeen van mij, maar dan heb je die voetbalsters van het Nederlands elftal nog niet gehoord. 'Soms schiet ik expres vol door "de muur" heen, zodat tegenstanders aan de kant gaan als er een vrije trap wordt genomen.'

De lijn is in zicht en ik ren over de lijn heen, maar precies op dat moment tikt Ruben mij eindelijk aan. Terwijl mijn brein bezig was met het nadenken of hij mij nou voor de lijn of na de lijn tikte, was ik nog steeds aan het rennen. Het ding was, Ruben had alles moeten geven om mij aan te tikken en toen hij mij dus eindelijk aantikte was zijn tikje een klein, heel klein duwtje geworden. Hierdoor was ik uit balans en kon ik mezelf niet afremmen. 3 stappen later en ik was tegen de tribune aan geknald. ik keek op en door de adrenaline duurde het even een paar seconden voor mijn lichaam door had wat er nou was gebeurt, als een tijdbom die na 5 seconden pas afging, ging mijn pijn alarm af. Behalve dat er een gat van 3 / 4 centimeter in mijn rechter-scheenbeen zat, zag het er eigenlijk niet zo heftig uit, vooral omdat er niet heel veel rood spul uit kwam als je snapt wat ik bedoel.

Gelukkig waren de ouders die zo gezellig naar ons zaten te kijken ook nog eens prima EHBO'ers. Nadat er een mooi verband om mijn been was gedaan ben ik op eigen kracht nog het sportcampus uitgelopen, toen wist iedereen wel dat het wel goed zou komen. Buiten werd het nog en heel gedoe, want ik moest natuurlijk wel op de meest avontuurlijke manier vervoerd worden naar het ziekenhuis. Voor wie het niet weten, meestal is een park niet echt bedoelt voor auto's. En niemand wilde dat ik dat hele stuk naar de parkeerplaats moest lopen, dus na 15 minuten van wachten tot we op de conclusie waren dat de auto het park in kregen, nooit zou werken. Werd ik achterop de scooter van één van de ouders gezet en naar de parkeerplaats gereden. Waarschijnlijk de eerste een laatste keer dat ik op een scooter zal zitten.

Eenmaal bij het ziekenhuis kwam ik mijn bezorgde ouders tegen. toen moesten we eerst naar een doctor die ons door kon verwijzen naar mensen die het probleem voor me zouden oplossen. Daardoor werd het een best lange avond, gelukkig waren er aardige mensen die ook lang moesten wachten tot ze geholpen werden en was er daardoor veel te kletsen. Nadat ik drie hechtingen kreeg gingen we weer naar huis, en die nacht, man man man.

Ik werd midden in de nacht wakker, ik ben zo'n persoon die het liefst op mijn zij lig, maar met deze hechtingen was dat geen optie, op m'n rug liggen vond ik verschrikkelijk, uit eindelijk ben ik als een oud vrouwtje naar de wc gelopen en weer terug mijn bed in. De zaterdag die erop volgde ben ik naar de laatste wedstrijd van het seizoen van het team geweest, we waren dik aan het verliezen, (niet dat dat met mij anders was geweest.) maar vooral, het was duidelijk dat de tegenstanders vals speelden, ze basketbalde door het veld, voor als je het nog niet door had, niet de bedoeling is. Maar de scheidsrechter zei er niks van en lied het gebeuren. Ik weet nog dat ik de zaal in kwam lopen en de ouders me aankeken alsof de ik uit de dood was gekomen. Ik keek de rest van de wedstrijd, en na de wedstrijd trakteerde iemand. We lagen misschien dik onderaan in de ranglijsten, maar we hadden plezier, het verliezen maakte ons niks meer uit, we gingen gewoon weer door, op naar de volgende wedstrijd.

Winnen en verliezenOù les histoires vivent. Découvrez maintenant