Dag 7 - 10:47

37 6 0
                                    

Het is geen bom die inslaat, eerder een langzaam kruipende sliert van duisternis die zich in alle hoekjes van het lokaal nestelt als een soort parasiet. Deze school hoort niet zo leeg te voelen. Amelia kijkt in stilte toe hoe Fynn de laatste lijnen van Dave's portret tekent, alsof de jongen al vertrokken is en niet aan de andere kant van het lokaal ligt.

De stilte heeft nog nooit zo drukkend gevoeld. Het was Dave die altijd de sfeer erin hield door een grap of verhaal te vertellen. Door hen te vertellen dat het wel goed kwam. Zijn aanwezigheid was altijd positief en nu ... Amelia bijt op haar wang. Ze wil er niet aan denken en toch kan ze de gedachten niet uit haar hoofd bannen. Er is niemand meer om te liegen dat een goed einde bestaat.

Fynn scheurt het papier van Luanna's schetsblok en staat op. 'Hang jij deze op? Dan doe ik die van Eliza.'

Amelia pakt het portret aan. Een brok onstaat in haar keel als ze naar het lachende gezicht van Dave kijkt. De blos op zijn wangen, de twinkel in zijn ogen, zelfs de krullen in zijn haar staan perfect op het papier. Langzaam staat ze op en loopt ze naar de muur waar de portretten aan hangen. Nog eentje erbij. Zullen ze hier uiteindelijk allemaal hangen? Het lijkt nu bijna onontkomelijk.

Haar ogen glijden over de portretten en blijft hangen bij Luanna. Ze wil iets tegen haar zeggen, maar ze kan de woorden niet vinden. Uiteindelijk valt er niks te zeggen, Luanna gelooft toch niet in leven na de dood. Dus hangt ze Dave op, naast Jeremiah en zet een stapje terug. 'Ik ga je missen, Dave. We zien elkaar wel weer. Denk ik,' fluistert ze, waarna ze zich omdraait. Fynn die Eliza's portret naast dat van Miloux heeft gehangen, schenkt haar een trieste glimlach.

'Fynn?' vraagt ze zacht.

'Ja Amelia.' Hij zegt haar naam alsof het iets kwetsbaars is.

'Ga je mij ook tekenen, wanneer ...' Haar adem stokt in haar keel. Ze moet de woorden zeggen. Ze mag niet langer meer verschuilen achter de stilte. 'Wanneer ik doodga?' dwingt ze zichzelf te zeggen.

'Als je dat wilt,' belooft hij, 'maar ik hoop dat het niet nodig is.'

Amelia knikt. 'Ik wil niet vergeten worden.' Het liefste zou ze ook niet een portret aan de muur hangen, vast op het witte papier, voor altijd glimlachend, maar het is beter dan in de vergetelheid verdwijnen.

'Niemand vergeet ons nu nog.' Hij werpt een blik uit het raam. De lucht is een zomers blauw, alsof ze de hemel al kunnen zien. 'Ik weet zeker dat meer mensen onze namen kennen dan wij ooit voor mogelijk hebben gehouden.'

'Maar zij zullen me alleen als slachtoffer zien van die maniak. Ik ben meer dan dat.' Ze slaakt een haperende zucht. 'Niet dat je dat in een portret kan vastleggen, maar ...' Hij kent haar beter dan ieder ander buiten dit lokaal.

'Ik ga het proberen,' zegt hij zacht, waarna hij terug slentert naar zijn plek.

Amelia kijkt de klas rond, proberend Dave over te slaan, maar niemand lijkt iets te willen zeggen over Eliza of Dave. 'Wil ...' begint ze, maar haar stemgeluid komt nauwelijks boven de oorverdovende stilte uit.

Lily komt overeind en loopt naar de portretten. Haar schouders schokken zacht, als haar kleine vingers over het papier bewegen. Ze opent haar mond, maar er komt alleen een luide snik uit.

Even kijkt Amelia naar Lily. Dan loopt ze naar het meisje toe en slaat haar armen om Lily heen. 'Het is oké,' fluistert Amelia. 'Ik mis hen ook.'

'Het is niet oké,' piept Lily. Ze schudt haar hoofd hard heen en weer, waardoor haar donkere haren over haar gezicht vallen. Tranen lopen onder de rand van haar inmiddels vieze bril door.

'Je hebt gedaan wat je kon, dat is meer dan de meesten. Het is niet jouw schuld.' Het is een gok dat het daarover gaat, maar ondertussen kent ze Lily een beetje.

Lily begraaft haar hoofd in Amelia's gestreepte shirt. 'Het was niet genoeg.'

'Dat was het wel,' fluistert Amelia terug. 'Je hebt alles gedaan wat je kon.' Ze herhaalt zichzelf, maar ze weet niet wat ze anders moet zeggen. Het was niet haar schuld dat Daves inhaler leeg was. Het was in aan Lily om een andere mee te dragen. 'Het was een stom ongeluk. Dit heeft the Joker gedaan. Alles.'

Ze voelt hoe Lilys hoofd zacht knikt, terwijl het meisje zich nog steviger aan haar vastklampt. 'Ik wil dat het stopt.'

'Dat zou ik ook willen, maar we moeten ons sterk houden. Nog heel even.' Het is een glasharde leugen, maar wel een noodzakelijke leugen. Als ze opgeven verliezen ze sowieso. 'We mogen the Joker niet laten winnen en dat kunnen we alleen doen als we blijven doorgaan.' En toch zou ze het liefst in een hoek zitten, zichzelf verbergen en huilen tot ze geen tranen meer heeft.

'Ik weet het,' Lily haalt haar hoofd uit Amelia's shirt en kijkt haar met betraande ogen aan. 'M-maar is het verkeerd om te wensen dat het voorbij is? Wat dat ook betekent.'

Amelia schudt haar hoofd. 'Nee, dat is het niet. Zolang je de kracht nog vindt om door te gaan. Er komt een eind aan, ooit.' Wat dat einde zal zijn, weet ze niet, al hoopt ze dat het betekent dat ze de zon weer op haar huid zal voelen en de wind door haar haar kan blazen.

'Ooit,' herhaalt Lily haar woorden zacht. Ze worstelt zich los uit de omhelzing en schopt met haar voet tegen een verdwaald potloodstompje dat op het linoleum ligt. 'Ooit is een rotwoord.'

Amelia schiet in de lach, al is het maar voor even. 'Daar ben ik het mee eens, maar ooit is alles wat we krijgen.'

'Ik zou er alles voor over hebben om er morgen van te maken.'

Amelia knikt. 'We kunnen alleen maar hopen ... en wachten.'

Sage, die op een afstandje had zitten luisteren, staat op en loopt naar hen toe. 'Ik ga er niet op zitten wachten,' zegt hij dan. 'Sorry dat ik het zeg, maar "the Joker" gaat ons allemaal een voor een neerknallen. Ik ga daar niet op wachten.'

'Wat wil je doen?' vraagt Lily zacht.

Sage kijkt haar vastbesloten aan. 'Ik ga hier weg.'

At Gun Point duologie: Boek 1 -  Room 301Where stories live. Discover now