Hoofdstuk 2

459 39 9
                                    

Wat ze niet wisten was dat ze het bijna niet meer kon volhouden, ze was niet zo sterk als dat iedereen dacht.

'Je kan het aan,' fluisterde hij.

Ze lachte naar hem. 'Dat is wat jij denkt.'

'Ik weet het zeker.' Hij klonk bezorgd en wilde niet toegeven aan wat hij voor zich zag. Een gebroken meisje. Een meisje zonder glinstering in haar ogen. Een meisje dat plezier in het leven had verloren.

'Je weet helemaal niets van mij.' Ze beet op haar lip om haar tranen tegen te houden. Het lukte haar niet. Een traan gleed eenzaam over haar wang. Net zo eenzaam als dat ze zich gevoeld had.

'Ik weet wel dat je sterk bent.' Hij voelde zijn hart kloppen in zijn borstkas. Ze had gelijk, hij wist helemaal niets van haar.

'De enige reden dat ik hier nog sta is omdat ik bang ben.' Haar benen begonnen te trillen en ze voelde dat ze elk moment kon wegvallen.

'Dat betekend dat je sterk genoeg bent. Sterk genoeg om niet aan vervelende gedachtes toe te geven.'

'Waarom denkt toch iedereen dat ik verdomme sterk genoeg ben? Hoort niemand mij dan schreeuwen. Schreeuwen van de pijn? Ik ben moe. Ik ben zo ontzettend moe. Snap dat dan, ik wil niet meer vechten. Ik kan het niet meer volhouden. Ik ben niet zo sterk als iedereen denkt.'

A little too muchWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu