0000002

36 6 10
                                    

Het was zondagochtend 1 januari, half zes.
De regen spatte lichtjes tegen de vieze ramen van Wilbert Cüne en vermoeid keek hij uit zijn driekamerflat over een speelveldje. De schommels, eveneens de rode glijbaan en eendje de wip waren verlaten, maar naast de gele vuilnisbak lag een grote volle, blauwe plasticzak. Gewoonlijk, als Wilbert dienst had bij de staalfabriek, waar hij al meer dan veertig jaar werkte, stond hij een uur voor werk tijd op, zodat hij rustig twee geroosterde broodjes met jonge kaas en een grote kop koffie kon nemen, voordat de drukte van de dag tot hem door kon dringen. Vanochtend was een hele andere ochtend dan normaal. Het was natuurlijk later geworden dan gewoonlijk en Wilbert, die alleen woonde,maar wel een feestje had georganiseerd voor vrienden die hem erg dierbaar waren, had behoorlijk diep in het glaasje gekeken en wist niet meer zeker wie er nog waren toen bij hem het licht uitging. Vroeger had het hem niet zoveel uitgemaakt, maar ondertussen was hij een man op leeftijd, negenvijftig om precies te zijn en voelde zich beroerder dan hij zich ooit had gevoeld. Het was de blauwe plastic zak die hem bij het raam deed blijven staan. Hij kneep zijn ogen tot spleetjes en voelde het pijnlijk kloppen, laag in zijn voorhoofd. Het bewijs dat hij te veel verschillende drankjes had genuttigd. Wilbert was ongerust, want vanaf zijn positie leek het erop dat er een lichaam in de grote blauwe zak moest liggen.... Hij draaide de kraan open, hield zijn handen in een kommetje om het water op te vangen en gooide het over zijn gezicht en kalende hoofd. Het gaf hem niet het gewenste effect, dus wist hij dat hij de dag niet door zou komen zonder een behoorlijke dosis aspirines in zijn mik. Hij haalde zijn neus luidruchtig op en rochelde eens goed in de afwasbak. Ook dat hielp hem niet. Nogmaals keek hij naar buiten, waar het ondertussen harder was gaan regenen. Moest hij misschien gaan kijken? Was dat normaal....? Kon je gewoon gaan kijken wat er in die plastic zak lag? Hij dacht van wel, toch weerhield iets hem om het initiatief te nemen zijn jas te pakken, de deur uit, trappen af en om de hoek het speelveldje op, om zijn ongerustheid te kalmeren bij het treffen van smerige rotzooi een een behoorlijk grote vuilniszak. Gewoonweg gedumpt door...ja... wie weet wie?  Daarbij....hij zou zeiknat worden. Eerst zou Wilbert een tweede kop koffie nemen... als hij hier bleef staan kon hij het gewoon in de gaten houden. Niets aan de hand. Niets om je ongerust te maken. Een blik op de klok vertelde hem dat het vijf voor zes was. 'Nog tien minuten.'  Zei hij hardop. Normaliter had hij een hekel aan mensen die iets uitspraken zonder dat er iemand was die kon antwoorden, maar de situatie vroeg erom en het was toch geen nomale ochtend. Wat moest hij doen als het bleek dat hij gelijk had? Het antwoord was natuurlijk simpel, het centrale alarmnummer bellen, alles doorgeven wat hij wist en uiteindelijk zou het hier wemelen van de politie en rechercheurs. Het speelveldje zou afgezet worden met dichte bouwhekken. Ze zouden iedereen in de buurt ondervragen. Mij ook, natuurlijk... want ik ben degene die het melde. Wilbert ging wat op zijn tenen staan een tuurde aandachtig naar de zak, de wind rukte zachtjes aan het plastic. Niet op de zaken vooruit lopen. Waarschijnlijk is het een rol tapijt en wat plintenzooi. Maar ergens in Wilbert was zich er een verhaaltje gaan afspelen. Dat kon blijkbaar gewoon, terwijl je zat te piekeren. Het verhaaltje liet hem beelden zien van een tienermeisje, die daar vermoord in die natte plastic zak lag. Hij schudde zijn hoofd om dat nare beeld te verbannen. Maar hoe erg hij ook zijn best deed om aan iets anders te denken, het beeld bleef bestaan. En die vreselijke kater hielp hem ook niet.
Ondertussen was hij tien minuten verder en stond hij hier nog besluitloos zijn kop koffie stevig vasthoudend te staren. Wilbert het is tijd om actie te ondernemen, snelle jongen. Hij nam een grote slok en zette de kop met een iets te harde klap neer. Met ferme passen snelde hij de woonkamer in, greep zijn jack, in het voorbijgaan, van de houten stoel en vervolgde zijn weg naar beneden. Op het speelveldje aangekomen en zijn hoofd diep in zijn schouders getrokken, merkte hij al snel dat zijn bizarre voorgevoel wel eens gelijk kon zijn. Voorzichtig benaderde hij de vuilniszak, terwijl de regen tegen zijn gezicht spatte en hij onzeker om zich heen keek. Kijkend of iemand hem kon helpen of bang dat hij betrapt zou worden. Wilbert wist zelf nietwat hij ervan moest denken, maar sloop langzaam dichterbij. Vanuit de flat kon natuurlijk iemand, net als hijzelf twee minuten geleden, achter het raam staan te kijken en denken:  wat is die vreemde man aan het doen daar...? Het weerhield hem er niet van om de knoop los te maken die in de zak zat. Wat Wilbert toen zag zou hem de rest van zijn leven  s'nachts achtervolgen. Badend in het zweet en trillend van angst zou hij wakker schrikken. Vanaf nu zou hij een andere Wilbert zijn. Hij liet de zware zak los en gaf over. Tranen sprongen in zijn ogen. Hij had een gezicht gezien van wat eens een knappe jonge vrouw moest zijn geweest. Toegetakeld met een mes of... wat het ook mocht zijn. Haar linkerwang was volledig weggesneden en haar ogen lagen wazig in de kassen, beurs en blauw geslagen. Haar mond stond wat open en Wilbert had gezien dat er tanden ontbraken, haar lippen opgezwollen en van de voorhoofd was een stuk huid afgeschaafd tot op het bot. Nogmaals gaf hij over, al kwam er nu niet veel meer uit dan wat gelig gal. Naast de blauwe zak lag een gebroken gouden ketting. Wilbert bekeek het wat aandachtiger en zag dat er bloed aan zat. Het moest uit de zak zijn gevallen. Hij ontdekte drie letters aan het hangertje....
L - I - Z

photoview #Netties2017 Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu