0000009

28 3 0
                                    

Frankrijk 1984, lente

'Mijn vader zegt dat het tasje van een madame is. Een madame die vermist is, weet je.' 
Elle keek hem bezorgt aan. Ze zaten op een omgevallen boomstam, niet ver van haar huis, waar haar ouders haar in de gaten konden houden. Groen mos had zich op de boomstam genesteld, die al jaren geleden tijdens een storm was omgevallen. Sinds hij het tasje had gegeven aan Elle, was er veel gebeurt. Er waren mensen en politie naar het bos gekomen om te zoeken naar die vermiste madame Susan. De vader van Elle had de politie ingeschakeld en samen waren ze ondervraagt door een grote meneer, die heel veel crossaints naar binnen kon werken. Michel had alles keurig verteld en zelfs laten zien waar hij het rode handtasje had gevonden.
'Volgens mijn broer is ze gepakt door een groep wolven.' Zei hij plagerig.
'Doe niet zo raar, Michel.'  Ze trok haar schouders op.
'Het is vannacht volle maan, volgens hem.' Fluisterde hij er haastig aan toe.
Elle keek omhoog. Voorlopig was het nog niet zover. Toch maakte het haar bang. Er gingen verhalen de ronde dat heel vroeger het woud toebehoorde aan een loup-garou: een weerwolf. Al had haar moeder haar gezegd dat het allemaal sprookjes waren, was Elle toch voorzichtig en boezemde het haar angst in.
'Het kan ook zijn dat er een gemene boef zich schuil houd in het bos. Ik mag niet te ver van huis, Michel.'
Hij haalde zijn schouders op.
'Geeft niets, Elle. Dan kom ik toch hierheen.' Zei hij, een stokje poerend tussen de stam en de schors.
'Ben je niet bang om hierheen te komen?'
'....nuh..  Sean zegt dat ze die madame nog niet gevonden hebben. Ze kan ook gewoon weggelopen zijn, volgens hem.' Hij sprong van de stam en schopte een steentje weg.
Misschien was hij toch een beetje angstig, maar durfde hij het niet te zeggen. Het was niets voor jongens om bang te zijn. Tenminste dat zeiden zijn broers tegen hem.
'Kijk maar goed uit als je hier heenkomt.' Zei ze tegen hem, ook zij sprong van de stam. Het groene gras kietelde haar blote voeten.
'Ik ga naar huis....' zei ze na een periode van stilte.
'Waarom?' Vroeg hij, al was hij blij dat hij ook naar huis kon.
'Daarom...' was haar korte antwoord, ze liep bij hem vandaan. 'Tot morgen...' zei ze zonder achterom te kijken. Michel wist nog niet zeker of hij morgen zou komen en zei daarom maar niets terug. Hij pakte een lange stok en sloeg wat tegen de takken en struiken op weg naar huis.

Na het open veld overgestoken te hebben, dat vol stond met madeliefjes en boterbloemen, zag hij dat de eerste donkere wolken voor de zon kropen. Hij hoorde gekraak van takjes onder iemands voeten. Iemand liep daar vlak voor hem.
Michel kroop achter wat struiken en tuurde voor zich uit naar het smalle strookje, waar hij zijn doortocht had gemaakt en waar het gras was omgebogen tot een paadje.
Het konden natuurlijk zijn broers zijn om hem te laten schrikken, maar ze waren vanochtend vroeg vetrokken naar de markt om inkopen te doen en zouden pas vanavond met het donker terug komen.
Nu hoorde hij duidelijk dat er iemand liep, maar hij zag nog steeds niets.
De loup-garou....
Michel voelde dat hij zwaar ademde. Hij was bang. De verhalen die hij de laatste paar dagen had gehoord over de verdwenen madame en waar hij wel eens een grapje over maakte tegen Elle, konden wel eens de waarheid zijn. Hij hoorde van zijn zusters dat ze wel eens verkracht kon zijn en daarna in kleine stukjes zijn gehakt. Het arme kind moest gegild hebben in het donkere bos. Hij huiverde.
De voetstappen kwamen dichterbij en stonden toen weer een poosje stil.
Hij zoekt iets... misschien was het de politie. Dat was heel goed mogelijk, toch durfde hij zich niet te laten zien. Het zou een lange sprint naar huis worden en dat wilde hij niet riskeren. Hij kroop nog verder onder de struiken en voelde takjes in zijn gezicht prikken. Toen zag hij een grote man, onrustig om zich heen kijken. Gekleed in een bruine broek, met een groen zwart gestreept shirt.
Michel voelde zich alleen en van de angst begon hij te trillen. Uit alle macht probeerde hij zich te kalmeren om zo stil mogelijk te blijven liggen.
Hij hoorde de man brommen en zachtjes vloeken. Ze waren nog geen twee passen van elkaar verwijderd. Michel hield zijn ogen stijf dicht.
Het duurde ongelooflijk lang, tenminste zo scheen het Michel, voordat de vreemdeling eindelijk verder ging. Zo nu en dan had hij gewaagd om tussen de bladeren door te spieken. Op de geweldige armen van de man zaten vreemde tatoeges, die Michel niet kon plaatsen. Verder was hij kaal, maar met een grove snor waardoor hij er nog gevaarlijker uitzag. Aan zijn riem hing een lang jachtmes, waarmee hij vast zijn slachtoffers in stukken sneed, dacht Michel. Het kon haast niet anders of hij zou ondekt worden, maar het lot was hem gunstig gezind. Hij kon zich niet herinneren dat hij ooit zo'n opluchting had gevoeld. Zijn lichaam ontspande zich en het voelde alsof er een veel te zware jas van hem werd ontdaan. Voorlopig zou hij stil blijven zitten, totdat hij zeker wist dat de man ver van hem verwijderd was. Dit moest hij thuis vertellen.
Of niet..??   Een moordenaar in het bos op zoek naar prooi.
Als hij het vertelde zat de kans er dik in dat hij de boerderij niet mocht verlaten en dat zag Michel niet zitten.
Hij besloot om er voorlopig over te zwijgen en er eerst maar eens goed over nadenken wat te doen....

Duitsland 2012
Woensdag 4 januai

Claudia werd vermoeid wakker en keek naast zich op haar digitale wekker. 4:09 stond er. Dat was veel te vroeg, dacht ze afwezig en liet zich achterover vallen in haar zachte kussen. Ze zou toch niet meer in slaap vallen, maar ze bleef zeker nog vijf minuten naar het plafond staren, voordat ze opstond en zich ging wassen. Met twintig minuten was ze klaar en stond in haar kleine keuken een kop warme melk te bereiden.
Was Ferdinand toch nog maar gekomen.
Ze hadden elkaar nog maar pas gevonden en ze wilde er elke minuut van haar vrije tijd van genieten. Al was haar nieuwe liefde een stuk ouder dan haar, merkte ze daar helemaal niets van. Zijn ervaring en uithoudingsvermogen zijn geprezen. Ze glimlachte met een lichte melksnor, die ze afdepte met het servetje dat ze had klaar gelegd. Een gewoonte.
Haar gedachten dwaalden af naar Mick, de ziener. Hoe ongewoon het was om te zien hoe hij reageerde op de foto's. Ze was benieuwd wat hij gezien had, waardoor hij wist dat Liz een camera bij zich had. Waar was de camera gebleven? En was het wel echt waar? Ze kon zich niet herinneren dat Marie, de vriendin van Liz iets over een camera gezegd had. Die zou dat toch wel geweten hebben? Maar direct schudde ze haar hoofd. Niets was zeker, dat wist ze ondertusen. En dat Naceer een ongelooflijke hoeveelheid vertrouwen in Mick schonk, kon ze hem niet kwalijk nemen. Er waren in het verleden een aantal bepaalde resultaten met deze methode behaald. Ze grinnikte, omdat ze er zelf in mee ging.
De aanwijzingen die Mick had gegeven betreffende het huis op de foto's van Liz hadden ze gisteren nagelopen. Het stond op naam van ene Fritz Habel. Ze hadden nu een spoor om verder te komen in de tot nu toe onverklaarbare moord op en keurig jonge dame.

Drie uur later zat ze naast Naceer en reden ze de Richestrase af, op weg naar het huis van Herr Habel. Naceer trok slippend weg en ondanks de gladheid had hij zijn wagen prima onder controle.
'Wat denk je ervan, Claudia?' Vroeg hij, terwijl hij in zijn achteruitkijkspiegel controleerde hoe hij zich vanochtend geschoren had. Zo te zien was hij tevreden.
'Ik ben voornamelijk benieuwd wat voor persoon we aantreffen en wat zijn verhaal is. Dan kunnen we van daaruit verdere conclusies trekken.' Antwoordde ze nuchter.

Tien minuten later stonden ze voor het huis. Naceer keek door het raam naar binnen. Het saaie intrerieur, van het weliswaar grote huis, gaf hem geen verdere aanwijzingen. Claudia belde voor de derde keer aan, maar het was duidelijk dat er niemand open zou doen.  De gouden bel en brievenbus, en de maagdelijk witte kozijnen gaven het huis en sjiek uiterlijk. Ze stak haar koude handen diep in haar zakken en zuchtte geërgerd.
'Vast naar het werk.' Mopperde Naceer. Ze knikte bevestigend en vroeg zich af wat voor rol dit huis gespeeld had in de zaak. Misschien wel helemaal niets. Maar waarom dan de foto's van het huis tussen het stapeltje; bestemd voor de politie.
Naceer bekeek of alle ramen wel dicht waren.
'En, Claudia?'
'Ik denk dat hij het slachtoffer kon. Hetzij zakelijk, hetzij een romance.'  Ze trok daarbij haar wenkbrauw overdreven hoog op.
Hij grinnikte. 'Het ziet er naar uit dat we dat nu niet te weten komen, we kunnen betere een ander tijdstip terug komen om Herr Habel te verrassen.
Ze stemde daar somber mee in.
Ze lieten het grote lege huis achter zich en bevonden zich op weg naar het appertement van Liz, toen Naceer een telefoontje kreeg van hun collega Mohammed, met een belangrijke mededeling. Eentje die ze niet hadden verwacht en die alleen nog maar meer vragen met zich meebracht.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jul 24, 2017 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

photoview #Netties2017 Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu