Tamme Ratten

Rittens kopen

Bij de dierenwinkel kun je je ratjes kopen, maar je weet dan niet goed of de ratjes dan echt wel gezond en tam zijn. De rittens kunnen dan namelijk een erfelijke ziekte hebben. Of ze zijn schuw, ze bijten veel en je krijgt ze nooit echt tam, omdat ze geen mensen gewend zijn. Bij een dierenwinkel zitten de vrouwtjes en mannetjes ook meestal bij elkaar, en omdat vrouwtjes al vruchtbaar zijn als ze vijf weken oud zijn (je koopt ze bij zes weken), is de kans groot dat je een zwanger vrouwtje meeneemt. Dit alles komt omdat ze bij de dierenwinkel meestal weinig verstand hebben van ratten. Ze raden soms ook een te kleine kooi of de verkeerde bodembedekking aan. Niet elke dierenwinkel heeft zieke, schuwe of zwangere rittens, als je een lief en gezond ratje bij de dierenwinkel wil kopen, moet je wel op een paar dingen letten:

Zitten de mannetjes en vrouwtjes in dezelfde kooi? Dit is duidelijk te zien, want mannetjes hebben uitwendige geslachtsdelen. Als dat zo is heeft de dierenwinkel ook niet zoveel verstand van ratten. 

Zijn de rittens oud genoeg? Een ritten moet zes weken oud zijn en minstens honderd gram wegen voordat het kan overleven zonder moeder of andere hulp. Als je niet zeker weet of de rittens oud genoeg zijn, kun je vragen of ze het nog even wegen waar jij bij bent.

Zien de rittens er gezond uit? Een gezonde ritten heeft oogjes die schoon en droog zijn, de vacht glanst en staat niet overeind, de ritten heeft geen wondjes of korstjes, heeft geen reutelende adem en niest niet. Meestal zijn gezonde ratjes actief, nieuwsgierig en ze houden zichzelf ook goed schoon. Als er andere zieke rittens in de kooi van een gezond lijkende ritten zitten, moet je die ritten die gezond lijkt ook niet nemen.

Zijn de rittens tam? Rittens die mensen gewend zijn komen nieuwsgierig naar je toe en ruiken of knabbelen soms zelfs aan je hand als je die in de kooi steekt. Als ze meteen wegrennen zijn ze duidelijk schuw, dan moet je die niet nemen.   

Je kunt je ritten beter kopen bij een rattery, want daar fokken ze de ratjes met stambomen. Op zulke stambomen staan de kleur, de tekening en de leeftijd van de ritten zelf, de ouders, de grootouders, de overgrootouders en soms zelfs nog verder. Omdat de erfelijke ziektes (als die er zijn) ook op de stambomen staan, weet je of het ratje echt gezond is. De rittens zijn meestal aan mensen gewend al voordat je ze hebt gekocht en ze zijn vaak ook goed opgegroeid, zoals dat de mannetjes en vrouwtjes op tijd gescheiden zijn.

Bij een rattenopvang worden ratten opgevangen die niet meer bij hun baasjes kunnen blijven. En er wonen ook op straat gevonden of door de dierenambulance opgehaalde tamme ratten. Vaak zijn dat wat oudere ratten, maar doordat er soms een zwanger vrouwtje binnen wordt gebracht zijn er genoeg rittens. De ratjes van een rattenopvang kunnen ook best schuw zijn, maar de ratjes zijn er wel gezond en goed verzorgd.

Een oepsnestje is als er een ratje per ongeluk kindjes heeft gekregen. Een oepsnestje heeft geen stamboom, maar je weet er wel wie de ouders zijn en meestal kun je die ook nog eens zien. Omdat een oepsnestje vaak bij rattenliefhebbers voorkomt, zijn de rittens vaak tam en goed verzorgd.

Ratten zijn heel sociaal en dus moeten ze minimaal met zijn tweeën (van het zelfde geslacht) in een kooi wonen, want als een ratje helemaal alleen in een kooi zit, zal hij zich vervelen. Een grote groep kan wel, als de kooi maar groot genoeg is. Je moet nooit een mannetje en een vrouwtje nemen! Ratten zijn al vruchtbaar als ze vijf weken oud zijn, en dan zijn ze maar 22 dagen zwanger, en meteen daarna weer vruchtbaar. Dan zit meten je kooi helemaal vol, en voor het vrouwtje is het ook niet goed om zoveel keer kinderen te krijgen.

Altijd als je een rat gaat kopen moet je kiezen welk geslacht het gaat worden. Mannetjes en vrouwtjes hebben voordelen en nadelen. De mannetjes worden groter dan vrouwtjes (net als bij mensen), en ze zijn rustiger. Vrouwtjes kun je moeilijker knuffelen zonder dat ze weglopen. Maar als je een mannetje knuffelt, zal hij sneller plassen, mannetjes plassen namelijk meer.