'Oh Romeo' 'Ja, Julia' (voltooid!)

Julia

Ik sta bij de bioscoop. Romeo is er niet. Ik was wat laat door mijn gesprek met onze buurvrouw Donna, misschien is Romeo alweer naar huis gegaan. Misschien vond hij het te lang duren. Tegenover de biscoop is een juwelier. Het is de enige winkel in dit straatje. Ik loop naar binnen. Er staat een mevrouw achter de kassa.
'Hallo, mevrouw,' zeg ik vriendelijk. 'Heeft u hier misschien een jongen met bruin, krullend haar gezien?'
'Jazeker,' zegt de vrouw. Ze kijkt me vuil aan.
'Weet u waar hij heenging?' vraag ik.
'Wist ik het maar,' zegt de vrouw en ze zucht.
'Hoezo wilt u dat weten?' vraag ik. Wat is hier aan de hand?
'Hij heeft een gouden ketting gestolen,' zegt de vrouw.
'Wat?!' vraag ik verbaasd. Dan was het vast iemand anders. 'Heeft u ook nog een andere jongen met bruin haar gezien buiten?'
'Nee,' zegt de vrouw.
'Weet u de naam van de dief?' vraag ik.
'Ja, ik heb een foto aan de politie laten zien,' zegt de vrouw. 'Het is Romeo Daatsen.' Het is dus toch Romeo. Waarom heeft hij dit gedaan? Is hij toch een Daatsen? Lijkt hij toch meer op zijn familie dan ik dacht? Ik weet het niet. Ik loop de winkel weer uit. Het lijkt wel weer harder te zijn gaan regenen. Ik houd mijn handen boven mijn hoofd en ren weer naar huis. Uiteraard ben ik mijn huissleutel vergeten, dus kan ik niet meteen het huis in. Ik bel aan en klop op het raam. Mijn vader doet open. Hij ziet er tevreden uit.
'Papa,' zeg ik blij.
'Kom binnen, Julia,' zegt mijn vader. 'Ik heb goed nieuws.'
'Ik ben wel toe aan wat goed nieuws,' zeg ik en ik trek mijn natte jas uit.
'De enige zoon van Fabian Daatsen is op de vlucht voor de politie,' zegt vader met een brede grijns. 'Je weet wel, die Romeo.' Ik had gehoopt op ander nieuws, maar dit was te verwachten. Romeo is weg. Ik weet niet waarheen, maar ik wil er ook zijn, want dan kan ik bij hem zijn. Ik ga op mijn bed liggen met mijn natte kleren nog aan. Ik huil. De tranen stromen over mijn wangen. Romeo is weg. Weg.

-

Arme Julia. De liefde van haar leven is weggegaan. Gevlucht.
Lily