Brief 7

16 5 1
                                    


32 oktober, 2001
Dear nobody,
Gisteren was de eerste schooldag. Ik had een korte vakantie van ongeveer een week. School ging wel oké. Zoals elke dag moet ik met een grote glimlach de deur uit lopen. Zodat mensen denken dat het goed met me gaat en dat ik gelukkig ben. Soms ben ik bang om gelukkig te zijn, want elke keer als ik blij ben, gaat er iets mis en doet het me pijn.
Zoals ik al zei was gister mijn eerste schooldag. Ik had een zwarte t-shirt met lange mouwen en een zwarte broek eronder aan. Zelf heb ik mijn haar altijd los en draag ik vaak mijn zwart/witte Allstars.
De eerste 2 lesuurtjes hadden we hadden we Duits. Bij Duits gebeurde er weer iets raars.

Dus ik zat voor het Duitse lokaal wachtend op de leraar. Ik keek steeds naar de klok op mijn telefoon, het was 8.20 ik moest nog 10 minuten wachten voor de les begon.
Nog steeds kijkend naar klok tikte iemand op mijn schouder. Verschrikt draaide ik me om. Ik keek recht in twee blauwe heldere ogen. Het bloed steeg naar mijn wangen. Ik deed een paar stappen naar achteren en schudde mijn hoofd heen en weer.

"Shawn?" Bij het zeggen van zijn naam werd mijn ademhaling sneller.
"Ja, je weet mijn naam nog." Zei Shawn glimlachend.
Ik kuchte "euhmm ja, ik ben niet vergeten wat er in de supermarkt is gebeurt." Ik glimlachte ongemakkelijk terug. Shawn lachte hoofdschuddend bij die gedachte. Zijn lach was zo rustgevend zelfs zijn ogen lachte mee.

"Heb je nu ook duits?" Vroeg ik wijzend naar het lokaal.
Shawn pakte zijn telefoon en zocht zijn rooster op. Toen hij zijn rooster had gevonden knikte hij en deed zijn telefoon uit.

"Jup ik heb nu ook duits." Zei hij enthousiast. Voor dat ik wat kon zeggen ging de bel en stormde de kinderen naar binnen. Ik wurmde mezelf door al die lichamen die naar binnen probeerde te dringen. Met moeite kwam ik het lokaal binnen en liep met snelle passen naar een leeg zitplek achterin het lokaal. Ik keek naar afwachtend naar de deur. Shawn kwam als laatst binnen gelopen. Hij keek het lokaal rondt en zijn ogen rustte op mij. Langzaam liep hij op mij af en ging zitten op de lege plek naast mij.

Ik  probeer dit verhaal veder op papier te zetten, maar mijn hoofd begint op hol te slaan.
Ik kan niet concentreren. Ik ga morgen wel veder met het verhaal. Het is best wel een lange brief geworden moet ik zeggen.

Groetjes,kim

Dear Nobody,Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu