hoofdstuk 6: Ik word bijna gebarbecued

1K 42 2
                                    

Haai mensen die dit lezen! Even wat uitleg bij de zin "Hee Adam je hebt een nieuw nichtje!". Adam is een karakter van Ezziedoll in haar geweldige verhaal the sun god's daughter. Adam is een zoon van Apollo en omdat Artemis de tweelingzus van Apollo is betekend dat dus dat Atalanta zijn nichtje is. 

‘Dat kan niet…’

‘Nee…’

‘Meen je dat nou?!’

‘Ja echt, kijk dan!’

‘Maar ze had toch…’

‘Blijkbaar heeft ze die verbroken…’

‘Wat zou mijn vader wel niet zeggen!’

‘En mijn moeder!’

‘En alle andere goden!’

‘Tsss… Het is een schande.’

‘Nee joh, het is cool! Ik wou ook dat…’

‘Hee Adam! Je hebt een nieuw nichtje!’

Iedereen keek me na. Mensen durfden niets hardop tegen me te zeggen maar achter mijn rug roddelden ze er op los. Begeleid door mijn vrienden liep ik naar het Grote Huis, waar net Chiron en Meneer D uit kwamen gestormd.

‘Wat denk je wel niet!’ Riep meneer D uit, alsof ik er wat aan kon doen. Zijn gezicht was net zo paars als zijn broek (en die was heel erg paars). Chiron leek echter alleen maar geschokt en ik zag dat hij medelijden met me had. 

‘Hoe durf je zo’n grap uit te halen! Als de goden hier achter komen!’ Blijkbaar hoopte meneer D dat het een grap was, iets wat ik eigenlijk ook hoopte.

‘Rustig meneer D, Atalanta maakt geen grap,’ zei Chiron, wat ik heel dapper van hem vond want meneer D zag hij eruit alsof hij de eerste de beste die hem tegensprak tot een hoopje as zou veranderen, maar tot mijn verbazing werd hij echt rustiger.

‘Meekomen, en jullie’ Hij wees naar mijn vrienden, ‘Blijven daar.’ Dat was het enige wat hij zei en snel volgde ik hem het Grote Huis in. Toen we binnen waren gebood hij mij te gaan zitten op één van de stoelen. Chirons onderlichaam veranderde weer in een rolstoel.

‘Ik zal natuurlijk de rest van de goden inlichten en dan gaan zij beslissen. Ik zou je natuurlijk meteen in een wijnstronk of iets dergelijks veranderen maar dan heb ik eerst de meerderheid van de stemmen hebben.’

Ik had geen zin om in een wijnstronk te veranderen en het was ook helemaal niet eerlijk! ‘Het is toch niet mijn schuld!’ Riep ik kwaad. Waarom moest iedereen mij de schuld geven terwijl ik er helemaal niets aan kon doen dat ik toevallig het kind was van de godin van de jacht. Meneer D zwol helemaal op en hij werd dan ook echt een meter groter.

‘Wie geef jij dan wel de schuld!’ Bulderde hij en zijn ogen straalden paars licht uit.

‘WIL JIJ EEN GODIN DE SCHULD GEVEN!’ Hij werd steeds groter en groter en ik wachtte totdat hij mij zou verpulveren. Lekker hoor mam, dacht ik kwaad. Je erkent mij en daarmee erken je meteen ook mijn doodvonnis. Geweldig. Inmiddels groeide meneer D nog steeds en ik was bang dat hij door het plafond zou gaan. Chiron steigerde, wat er heel erg indrukwekkend uitzag maar het enige waar ik aan kon denken was dat het niet eerlijk was en ik riep uit: ‘Het is niet eerlijk! Heel mijn leven word ik opgesloten op een stom eiland. Heel mijn leven laat mijn moeder NIETS van zich horen en dan, als ik eindelijk vrij ben, komt ze opeens tevoorschijn om aan iedereen te laten zien dat ik haar kind ben. BEDANKT HOOR ARTEMIS!  BEDANKT DAT JE HEEL MIJN LEVEN HEBT VERPEST EN DAT IK NU IK EINDELIJK NIET MEER VAST ZIT OP DAT ROTEILAND JE DE GODEN MIJ LAAT VERMOORDEN! JA IK GEEF JOU DE SCHULD!’

Heel de grond bulderde. Volgens mij was ik te ver gegaan. Ik had een godin beledigd, ik had Dionysus beledigd, ik was verboden en een schande en nu ik toch dood moest gaan wou ik iedereen laten weten wat ik dacht.

Volgens mij nam Dionysus zijn goddelijke gedaante aan want Chiron sprong voor me, ik zag een lichtflits en toen werd alles zwart.

Toen ik wakker werd had ik het idee dat ik gebarbecued was. Dat is niet echt een fijn gevoel dus wou opstaan maar dat lukte niet.

‘Atalanta? Gaat het?’

Ik herkende deze stem… Het was de stem van iemand die me al eerder had gered… Elian! Ik was hem helemaal vergeten maar nu dat ik hem weer zag wist ik niet hoe dat had kunnen gebeuren.

‘Hmpf…’ Zei ik. Dat had eigenlijk ‘Ja het gaat prima,’ moeten zijn maar blijkbaar waren mijn stembanden ook een beetje verschroeid. Elian legde een hand op mijn voorhoofd en mompelde wat. Meteen voelde ik me een stuk beter (en minder verbrand).

‘Hee Elian…’ Wist ik nu uit te brengen.

‘Hee Atalanta.’ Zijn ogen stonden vol medelijden. ‘Ik hoop echt het beste voor je.’

Dat klonk niet best. Hij gaf me wat ambrozijn en daar nam ik voorzichtig een hapje van. Zoals gewoonlijk met ambrozijn werkte het meteen. Mijn zicht werd weer scherp en ik keek waar ik was. Ik lag in de ruimte waar de zieken en gewonden werden verzorgt. Zoals gewoonlijk was er op zijn minst één Apollo kind aanwezig, maar omdat er nu niemand gewond was (behalve ikzelf) was alleen Elian er.

‘Nou ja, ik ben blij dat ik nog leef.’ Zei ik om mezelf een beetje op te vrolijken. Ik zag Elian denken Maar voor hoelang nog?

‘Mag ik weg?’ Vroeg ik maar Elian schudde zijn hoofd.

‘Je moet nog een halve dag blijven. Meneer D nam zijn ware gedaante aan. Als Chiron er niet voor was gesprongen dan was je…’

Ik knikte. ‘Waar is Chiron nu dan?’

Elian verbleekte en hij pakte mijn hand. Deze voelde koel en stevig aan maar toch had ik het idee dat het mijn adem wegnam. ‘Met Chiron gaat het wel oké. Hij is ernstig gewond maar door hem stopte meneer D wel.’ Zijn bruin gele ogen schitterden maar ik wist niet waar dit vandaan kwam. Zijn gezicht was kalm maar zijn ogen leken vuur te schieten. Het leek alsof hij vanbinnen brandde.

‘Wat is er Elian?’

Hij zweeg en staarde alleen maar naar een punt in de verte. Ik kneep in zijn hand en met licht tegenzin hij begon te vertellen.

‘Toen ik jong was, een jaar of vijf, heeft hij mij gered. Ik kan me maar weinig van die tijd herinneren… Ik had toen nog een zusje en samen zwierven we door de straten, verlaten. We werden de hele tijd achterna gezeten door monsters en…’

Hij was lijkbleek. Er rolde een grote gouden traan over zijn wang. ‘En toen kwam Chiron. Hij kwam alleen net te laat…’ Hij sloot zijn ogen om te voorkomen dat hij nog meer zou huilen. ‘Ik weet niet waarom ik dit jou vertel, maar sinds die dag heb ik er amper over gesproken. Maar daarnet…’

Het was niet het meest romantische moment moest ik toegeven. In films vertellen jongens altijd over zulke gevoelige dingen als ze samen met een meisje op een mooie plek bij een prieeltje zijn of iets dergelijks, maar hij vertelde het mij terwijl ik op een ziekenzaal lag. Ik wou dat ik hem kon troosten, maar een denkbeeldig touw hield me aan met bed vastgebonden. Hij opende zijn ogen en die waren nu droog.

‘Dag Atalanta. Ik ga nu op een queeste en zie je waarschijnlijk voorlopig niet meer terug. Ik hoop dat je je snel weer beter voelt.’

Hij liet mijn hand los en stond op. Ik wou hem roepen om terug te komen, om bij mij te blijven, vooral nu hij zo’n verdriet had maar ik kon niets uit mijn keel krijgen. Ik keek toe terwijl hij wegliep en mij verdwaasd achterliet. 

The Hunter's Daughter 1Where stories live. Discover now