Hoofdstuk 4

266 6 7
                                    

"Kayne?" Zeg ik zacht, maar het klinkt meer als een vraag.
"Hope" zegt hij met een grijns.

"Kennen jullie elkaar" vraag Kian verrast. "En of we elkaar kennen" antwoord Kayne met zijn lelijke aardappel hoofd.
"Kom jongens, dan laten we de twee tortelduifjes even alleen" zegt een lachende Kian. "Eerst maak ik je wel even los" mompelt Kian terwijl hij het touw om mijn polsen en enkels los maakt.

Ik wrijf met een pijnlijk gezicht over mijn polsen die helemaal rood zijn.

"Oke, we laten jullie twee even alleen" zegt Kian lachend. De jongens lopen langzaam weg.

"KAYNE WTF IS DIT, IK WEET DAT WE ELKAAR NIET MOGEN MAAR ELKAAR ONTVOEREN GAAT WEL ERG VER" gil ik boos naar hem.

Hij zegt niks maar zijn blik zegt genoeg.

Hij vind dit geweldig, ik hulpeloos en hij met de macht.

Man wat zou ik graag die grijns van zijn gezicht willen slaan.

Ik begin te ijsberen. Je zou denk ik zelfs mijn hersen kunnen horen kraken, zo hard denk ik. Tot mijn verbazing zegt Kayne niks.

Zal ik mijn familie nog zien?
Zal ik mijn vrienden nog zien?
Kom ik hier wel ooit weg?

Terwijl ik nadenk over mijn deprimerende toekomst komen de tranen omhoog. Alle emoties komen eruit. Alle emoties die ik voor Kian verborg omdat ik sterk wilde lijken.
Dit blijft er over van de sterke meid

Een huilend meisje omdat het haar teveel word.

Langzaam kijk ik omhoog. Ik kijk Kayne recht aan. Waarschijnlijk ziet hij mijn tranen, waarschijnlijk ziet hij mijn rode ogen. Maar het boeit me niet meer.

Ik heb één vraag.

"Waarom?" vraag ik zacht.
Ik verbaas me erover hoe zwak mijn stem klinkt, hoe breekbaar ik klink. Misschien komt het omdat ik een dag niet heb gegeten, misschien omdat ik hoofdpijn heb van al het denken.
Maar ik wil gewoon een antwoord.
En hij kan me dat geven.

Hij kijkt me aan met...medelijden?
Hij slikt en zegt "ik breng je wel naar je kamer."

Hij durft niet eens antwoord te geven.

Hij pakt mijn arm om me mee te nemen, maar ik trek mijn arm terug.

"Ben ik bewust gepakt of was het toeval?" Vraag ik. Ik klink nu al wat sterker.

Vastberaden.
Vastberaden om een antwoord te krijgen.

"Hope... ik kan en mag je niks vertellen. Het spijt me, maar je moet sterk blijven. Oke?"  Zegt hij zacht.
"Ik haal Kian, hij brengt je naar je kamer" zegt hij.

"Kayne wacht!" roep ik nog.

Te laat.

Hij slaat de deur dicht en loopt weg.
Ik haal mijn handen door mijn haren.
Hij haalt Kian. Ik ken die Kian niet echt maar hij maakt me bang.

Dan heb ik liever die neppe Cole Sprouse.

De deur gaat open.
Gelijk schieten mijn ogen van de grond, terug naar boven. En ja hoor.
Daar staat Kian. En hij kijkt niet blij.

"Dus jij probeer informatie los te krijgen hé!" Hij stapt dreigend op me af.

Ik slik hoorbaar.

PATS!

Dat was Kian die mij in mijn gezicht sloeg. "Antwoordt dan dom wijf!" Weer een klap, deze keer tegen mijn neus.

Ik word al duizelig.

Ik ga langs me neus met mijn hand.

Bloed.

Deze keer duwt hij me omver. Deze duw zag ik niet aankomen waardoor ik met mijn hoofd tegen de tafel val.
Mijn hoofd bonkt en alles draait.
Ik kijk angstig omhoog.

Wanneer ik denk dat hij klaar is loopt hij dreigend op me af. Na een paar schoppen tegen mijn ribben en mijn gezicht kan mijn lichaam het niet meer aan.

Ik val flauw.

Ik word wakker van een deur die op slot word gedaan. Snel til ik mijn hoofd op "Auch" kreun ik. Ik zak gelijk weer in elkaar.

Wat is er gebeurd?

Dan komen de herinneringen terug.

Kian heeft me in elkaar geslagen...

Ik kijk rond in de kamer.
Het is een simpele kamer, er is een bed, een kledingkast en een nachtkastje. Ook is er een deur die denk ik naar de badkamer leidt.

Voorzichtig sta ik op en loop wankelend naar de badkamer. Als ik mijn spiegelbeeld zie schrik ik me rot. Mijn bruine haren gaan alle kanten op. Ik heb wallen van hier naar Tokio. Ik heb bloed onder mijn neus en bij de zijkant van mijn hoofd. Ik heb blauwe plekken.

Heel veel blauwe plekken.

Over een deel van mijn gezicht, en over heel mijn buik.

Ik kijk verder rond in de badkamer en zie een douche.

Tijd om mezelf op te knappen.

Na een hele lange douche zie ik er al iets beter uit. Het bloed is weg, en mijn haar is in model.

Ik loop naar mijn bed en ga liggen.

Ik verdrink haast in alle gedachtes die in mijn hoofd rond spoken.

Ik ga ontsnappen. Als de jongens één keer weg zijn vlucht ik. Ook al kan ik nergens heen, want ik ben in Frankrijk, ga ik het proberen. Hoevaak ik ook geslagen word, hoe weinig eten ik ook krijg. Ik ga dit doen. Het gaat me lukken.
Ik heb geen tijd meer om verdrietig te zijn. Vandaag brak ik even waar Kayne bij was, dat gebeurt niet nog een keer.

Mijn ouders hebben mij Hope genoemd. En dat is precies wat ik nu heb. Ik heb hope dat ik hier wegkom.

Een quote van The Hunger games schiet gelijk door mijn hoofd.

Hope is the only thing, stronger than fear.

Haha, i love The Hunger games.
Wat vinden jullie er tot nu toe van? Net zoals altijd, laat tips of  fouten achter in de reacties. Dan kan ik het verbeteren zodat het voor een ander fijner is om te lezen. Tot het volgende hoofdstuk!

Xxx

Trying to runWhere stories live. Discover now