Hoofdstuk 6

260 5 6
                                    

"Hope?" Hoor ik hard aan de andere kant van de deur. Ik blijf stil zitten

Als ze iets van me willen, komen ze me gewoon halen.

De deur gaat langzaam open. Het hoofd van Kayne komt tevoorschijn.
"Hope kom je? We gaan avondeten" zegt hij.

Ik trek mijn wenkbrauw op.

Avondeten? Nu al? Hoelang heb ik erover gedaan op mijn kamer te doorzoeken?

Langzaam knik ik. Als ik hier morgen weg wil komen, heb ik energie nodig.
ik mag niet gepakt worden.

Niet zoals de vorige keer.

Ik sta op en volg Kayne de kamer uit.
We staan in een gang.
Ik neem de tijd om goed rond te kijken. Bij mijn eerste vluchtpoging had ik daar geen tijd voor.

Het is een lange gang. Het lijkt wel alsof er oneindig veel deuren zijn.
Sommige deuren kunnen open, op sommige zit een slot. Mijn nieuwsgierigheid komt naar boven.
De volgende vragen schieten door mijn hoofd:

Wat willen ze verbergen?
Hebben ze meer mensen ontvoerd?
Hangen hier camera's?

Een antwoord op al die vragen zal ik waarschijnlijk toch niet krijgen.

Ik kijk weer om me heen. Ik moet de weg onthouden. Dat is mijn enige kans om weg te komen. Nadat we een paar bochten maken, komen we aan in iets wat op een eetkamer lijkt. Er staat een lange tafel, en als je veder loopt is er een keuken.

"Dames eerst" zegt Kayne met een lach terwijl hij een stoel naar achteren schuift.

Ik rol met mijn ogen en ga zitten. Ik kijk om me heen. We zijn de enige in deze kamer.

Dan gaat de deur open. Ik kijk op.

Geen Kian alsjeblieft...

In de deuropening staan Cole en Dylan.

Gelukkig.

Ik ontspan langzaam een beetje.
Ik begin weer na te denken over van alles. Mijn ontsnapping, familie, vrienden, lekker ete.....

Kayne onderbreekt mijn gedachtes:
"Hope je eten word koud"

Ik kijk omlaag, ondertussen is mijn eten klaargezet. Mijn ogen worden groot. Mijn favoriete gerecht...

Lasagne!

Mijn maag begint te knorren.
Vandaag heb ik maar één boterham op en één glas drinken. Niet veel dus.

De jongens hebben waarschijnlijk mijn smachtende blik naar het eten gezien, ze beginnen namelijk hard te lachen.

Maar het boeit me niets.
Ik pak mijn bestek en geniet van mijn eten.

Dit had ik echt even nodig.

Wanneer ik denk dat mijn dag niet meer stuk kan gaan, gaat de deur open.
Ik kijk omhoog met bolle wangetjes van al het eten in mijn mond.

Daar staat Kian....

In één keer slik ik hoorbaar mijn eten door. Bijna laat ik het bestek uit mijn handen vallen, maar ik houd me sterk.

Hij pakt bestek en loopt naar onze tafel toe. Hij schuift nonchalant aan, alsof hij mij gisteren niet in elkaar geslagen heeft.
Hij kijkt niet eens een béétje schuldig naar mijn bont en blauwe gezicht.

Eikel die hij is.

"Wij hebben iets te bespreken" zegt Kian kalm.

Fuck, wat heb ik nu weer mis gedaan?

Trying to runWhere stories live. Discover now