hoofdstuk 1 (written by Rain)

205 17 36
                                    

Oops, deze had ik gisteren moeten publiceren... Maar ik had gisteren een nogal drukke dag. Overigens is dit boek zn record #30 geworden... Zo snel al?? Komt dat doordat er gwn zoveel Grijze Jager fans zijn, of omdat ik zoveel volgers heb?? Beide wss. Dank jullie allemaal!! Er zijn trouwens maar 8 van mn volgers die ik zelf ook ken😂😂

 Dank jullie allemaal!! Er zijn trouwens maar 8 van mn volgers die ik zelf ook ken😂😂

Oops! This image does not follow our content guidelines. To continue publishing, please remove it or upload a different image.

-----------------------------------------------------------------

POV Lola
Ik sta vroeg op. Ik eet een snee brood en ga naar Bella's stal. Ik zadel haar op en bind de tas boven de zadeltassen. Ik vul nog even mijn drinkzak bij de pomp en stap op. Ik heb mijn pijlenkoker weer op mijn rug en de boog hangt weer om de zadel knop. Ik ga opstap. Stapvoets loop ik het dorp door. Ik kijk nog even naar kasteel Redmond. Het ligt er prachtig bij. Een rode gloed straalt er vanaf. "Kom." zeg ik tegen Bella. "We gaan naar het kasteel." Haar oren bewegen naar voor en achter. Ik spoor haar aan tot Jagers draf en de omgeving gaat als een waas aan me voorbij. Wat voor test kan ik verwachten bij het kasteel? Hoe graag ik daar ook niet wil zijn, ik heb besloten dat ik het niet ga verkloten. Ik ga niet mijn best doen, maar ook niet expres verliezen.

Als ik bij het kasteel aankom, zet ik Bella in de stallen. Ik neem de zadeltassen en mijn gewone tas mee. Crowley wijst me de weg. "West toren, op de derde, vierde en vijfde verdieping zijn kamers klaar gemaakt. De namen zijn op bordjes geschreven en op de deur gehangen." Ik knik. "Bedankt." "Geen probleem." Ik loop naar de west toren en ga de trappen op. Op de derde verdieping zie ik mijn naam niet, dus ik loop de trappen weer op. Op de vierde verdieping, helemaal aan het eind, staat mijn naam met sierlijke letters geschreven. Ik duw de deur open en mijn mond valt tien centimeter naar beneden. Deze kamer is net zo groot als een Jagershut! Ik zet mijn tassen neer en loop naar een andere deur. Jeetje, wat een badkamer. Achter de tweede deur zit een kleine kamer met alleen maar kleren en schoenen. Een in loop kast, noemde vrouwe Sandra dat. Vele jurken hangen in het kamertje. Die kan ik helaas niet ontlopen, de tijd dat ik hier ben. "O, u bent er al." klinkt het opeens achter me. Ik draai me gelijk om. Ik schrok niet, ik had al voetstappen gehoord. In de deuropening staat een dienstmeisje. "Zeg maar gewoon je, hoor." Ik wijs naar mijn kleren. "Ik kom niet uit de koninklijke familie zoals je ziet." "Ja, maar u ben-," "Je." verbeter ik haar weer onmiddellijk. "Je bent een gast van de koning en koningin." Ik haal mijn schouders op. "Dus? Ik kom nog steeds uit een dorpje en ik werk op de velden. Ik heb liever dat je je met je aanspreekt." Ze knik. "Goed, mevrouw." Ik zucht. Ze snapt het niet hè? "Ik ben gewoon je gelijke. Behandel me gewoon alsje gelijke. Oké?" Ze is even stil. "O oké..." mompelt ze dan. Ik doe mijn best mijn lachen in te houden. "Maar, waarom ben je hier?" vraag ik. "Ik ben je persoonlijke dienstmeisje." Ik sluit mijn ogen en zucht. Ook dat nog. Ik wil hier niet eens zijn. Ik knik. "Ik zou me graag willen gaan omkleden. Doe alsjeblieft de deur achter je dicht." Ze knikt en sluit de deur. Ik loop ernaartoe om hem nog even op slot te doen. Ik loop het kledingkamertje in en zoek tussen de jurken. De enige effen jurk die is zie, is een nachtjapon. Alle andere jurken zitten onder de traaltjes en strikjes en lintjes en anders soort versiersels. Ik zucht. Ik pak een kort, lichtblauw ertussenuit en zucht. Ach ja. Ik moet er maar aan wennen. Ik kan er tenminste in rennen en vrij bewegen, en het is geen verdomd lange strakke jurk. Ik doe het jurkje aan. Ik lijk in een spiegel. Ik wou dat ik thuis een spiegel had. Spiegels hebben alleen rijke mensen. Ik moet het doen met een stuk reflecteren glas. Niet dat het slecht werkt ofzo, maar hier zie je de kleuren beter. Ik doe mijn stijle, lichtbruine haren in een nette knot en doe van die kleine schoentjes aan. Gelukkig hebben ze geen hakken. Ik heb wel eens rijke mensen op hakken gezien, maar daar kun je echt niet op rennen.

Ik haal de deur van het slot. "Hoe heet je eigenlijk?" vraag ik aan het dienstmeisje die staat te wachten. "Wendy." zegt ze. "En jij?" Ik grinnik en wijs op het bordje op de deur. "O ja." mompelt ze. "Hey, Lola." roept Nina vrolijk als ze haar kamer uit komt. "Hey, Nina." lach ik. Haar blik valt op Wendy en ze fronst. "Um... Uw persoonlijke dienstmeisje, Karina, komt later." zget Wendy tegen Nina. Ze knikt en haar blik valt weer op mij. "Nooit gedacht dat ik je zo zou zien." Ik rol mijn ogen en zucht vermoeid: "Hou op. Ik zou een moord doen om nooit meer jurkjes te hoeven dragen." Nina lacht. "Waarom dat?" Ik had al voetstappen gehoord en ik draai me om. Ge-wel-dig. De kroonprins staat voor mijn neus. "Waarom wil je geen jurken dragen?" vraagt hij nieuwsgierig. "Omdat je er niet in kan,-" Ik stop midden in mijn zin. Ik denk dat ik het beter niet kan zeggen. Ik wilde 'vechten' zeggen, maar in plaats daarvan zeg ik: "Rennen." Victor grinnikt. "Daar zijn ze ook niet voor gemaakt." Ik haal mijn schouders op. "Maakt mij dat uit? Als ik wil rennen dan doe ik dat, en dan moet die stomme jurk maar mee werken." Nina proest het uit en ook Victor en Wendy heb ik aan het lachen gekregen. "Waarom wil je rennen dan?" Ik haal mijn schouders op. "Waarom wil jij zoveel weten dan?" Ik doe zijn stem exact na. Hij trekt een wenkbrauw op. "Alsof jij niet nieuwsgierig bent." Ik draai me om. Crowley. Ik had hem niet horen aan komen. "Tja, daar heb jij me op uitgezocht." Ik wiebel met mijn wenkbrauwen. Hij grijnst. "En ik had geen beter persoon kunnen uitzoeken." Ik krijg een grijns rond mijn lippen. "Maar ik moet weer gaan." Hij loopt snel weer weg en een paar seconden komt hij weer terug. "O ja, vergeten. Jullie moeten naar de eetzaal." Ik lach. "Serieus, Crowley!" roep ik hem lachend na. "Ja!" hoor ik nog. "Wat bedoelde je met: 'daar heb jij me op uitgezocht'?" vraagt Victor. Ik wiebel weer met mijn wenkbrauwen. "Tja. Secret." zeg ik in het Gallisch. "Komen jullie?" Ik ren ondertussen de wenteltrap af. De trappen draaien linksom voor de mensen doe naar boven lopen. Elke trap in een kasteel is zo. Zodat de aanvallers hun rechterhand, zwaardhand, niet kunnen gebruiken. Er zijn maar wiening mensen die ook met links een zwaard kunnen hanteren.

De Grijze JaagsterWhere stories live. Discover now