6. Ruzie

90 13 3
                                    

POV Sofia

Voor een paar seconden sta ik aan de grond genageld terwijl de stemmen steeds duidelijker worden. Dan begin ik wild om me heen te kijken of er een plek is waar ik me kan verstoppen. Maar de kamer is te leeg, op de cel na is er geen enkele plek uit het zicht als je binnen komt.
Mijn hartslag schiet omhoog terwijl ik naar de deur begin te lopen. Ik moet hier weg. Maar voor ik het weet zwaait de deur al open en daar staat de burgemeester.
In mijn hoofd komen allemaal dingen op om te zeggen, maar er komt geen geluid uit mijn keel. Voor een paar seconden is er stilte, dan laat de burgemeester een holle lach horen. Ik kijk hem verbaast aan.
'Haha, kijk eens aan, kijk eens aan. Zelf al deze, geweldige, geheime kamer gevonden. Een kind naar mijn hart' zegt hij terwijl hij op me afstapt.
Ik kan er niks aan doen dat ik in elkaar krimp als hij zijn handen op mijn schouders legt en me richting de deur loodst.
Eenmaal langs het schilderij staan we weer in het grote kantoor. De burgemeester laat me los en gaat rustig achter zijn bureau zitten. Ongemakkelijk blijf ik staan, niet wetend wat te doen.
Deze gast heeft een geheime kamer met een cel?!? Achter zijn kantoor?!
'Waarom..' begin ik, maar ik hoor mijn stem overslaan en neem even rustig adem. '...waarom, meneer, zit er een geheime kamer met een cel in het gemeentehuis?'
De man kijkt op van zijn computer voordat hij weer begint te praten.
'Kijk, dit is wel Clovertown natuurlijk, je kan er onder andere je geld neerleggen. Want als je hier werkt, dan verdien je natuurlijk veel geld, moet je achter slot en grendel zetten, en dan komt alles wel goed. Daar is het voor. Maak je niet druk meisje, het komt allemaal goed...'
En die cel dan? Er zit een cel. In het gemeentehuis. Maar zonder iets te zeggen knik ik.
'... en je mag mij als je vader behandelen, dus ook zo noemen.'
Ja, Emh, liever niet?
Dat is het eerste wat in me opkomt, maar weer blijft mijn mond dicht.
Er valt een stilte, waarin ik de dingen in mijn hoofd op een rijtje probeer te krijgen. Ik wil net weer iets gaan zeggen tegen de burgemeester als ik voetstappen op de trap hoor.
Meindert verschijnt en na even twijfelend bij de deur te staan hij wend zich tot mijn pleegvader, burgemeester iets.
'Meneer de burgemeester, de heer IkBart is er en lijkt nogal eh... haastig om u te spreken'
De toon van zijn stem zegt me dat er iets niet klopt. Geen idee wat, maar er is iets mis.
De burgemeester, waar ik nog steeds de naam niet van weet, staat op en begint naar de trap te lopen.
'Ah natuurlijk, mijn grote vriend Bart..'
De man verdwijnt al de trap af en Meindert staat op het punt om hem te volgen als zijn oog op mij valt.
Een beetje akward ben ik blijven staan, niet wetend wat te doen. Hij kijkt me een beetje onzeker aan en haakt zijn schouders op, alsof hij wil zeggen "ja ik weet het ook allemaal niet" en begint zelf ook naar beneden te lopen. Na een kort moment van overwegen trek ik snel een printje achter ze aan.
'Hallo!?' Hoor ik al iemand roepen, en zodra we de hoek om zijn staat er een man.
Hij is, gok ik, ongeveer even oud als de burgemeester, maar zijn zachte gelaatsuitdrukkingen laten hem er jonger uit zien. Zijn blauwen ogen kijken geïrriteerd onder zijn gefronste wenkbrauwen vandaan, die dezelfde donkerblonde kleur hebben als zijn haren.
'Meneer de burgemeester' begint hij meteen, en ik hoor de irritatie ook in zijn stem.
'Ja..' begint de burgemeester waarna hij een kort lachje laat horen. '.. fijne dag!'
'Ja, een hele fijne dag!' Zegt Bart, nog geïrriteerder. 'Volgens mij hadden wij een afspraak gemaakt met elkaar!'
'Ja, ja...mijn stagiair was daar ook bij'
'Luister, we hadden afgesproken dat ik geen percentage aan je af hoefden te staan, en ik krijg net mijn vergunning binnen en daar staat in dat ik twintig procent aan jou moet afstaan!'
'Oh oh..' begint de burgemeester rustig '...felle taal, felle taal... Laten we even naar boven gaan, laten we dit even goed bespreken.'
En zonder op antwoord te wachten begint hij weer naar boven te lopen, gevolgd door Meindert.
Bart werpt een blik op mij, waarbij een wenkbrauw een beetje verbaast omhoog gaat, alsof hij me nu pas ziet, voordat hij er ook achter aan gaat.
Weer sta ik een paar seconden stil. Waar gaat dit in hemelsnaam over?! Moet ik hier wel bij zijn? Maar, niet beter wetend, volg ik ook de mannen de trap op.
'Jij werkt voor deze vent?!' Hoor ik Bart aan Meindert vragen, die even verbaast kijkt.
'Ehm, ja?'
'Oplichter..' mompelt Bart.
'Luister eh, Bart...' hoor ik de burgemeester weer beginnen 'het is fantastisch met je vandaag..'
Bart kijkt hem even verbaast aan voordat hij weer vinnig antwoord.
'Nee, het gaat helemaal niet goed!'
'Ah, het gaat goed..' zegt de burgemeester, het antwoord negerend. 'Ja luister, ik had wel al gedacht dat het goed zou gaan. Ik bedoel, het is een fantastische stad hier, je hebt een nieuw begin van je leven dus je kan binnenkort aan je fantastische casino gaan werken.'
Gaat dit allemaal om een Casino?
We lopen het grote kantoor alweer in en de burgemeester gaat achter het bureau zitten.
Bart gaat tegenover hem staan en ik en Meindert blijven bij de deur staan.
'Volgens mij neem jij me niet helemaal serieus vriend.' Zegt Bart met een gevaarlijke ondertoon.
'Wat is het probleem?' Zegt de burgemeester.
'Dat heb ik net verteld!' Snauwt Bart nog geïrriteerder dan net. 'We hadden afgesproken dat ik geen percentage aan je hoefde af te staan voor het casino.'
Het gaat dus om een casino, en percentages. En geld.
'Afspraken afspraken, afspraken zijn natuurlijk gewoon maar een subjectieve term...'
Ik zie de verbijstering op Barts gezicht vermengen met woede.
'Wat, dat is geen... luister wij hebben met elkaar afgesproken dat ik geen percentage hoef af te staan!'
'Nou ja, dat hadden we misschien afgesproken maar op dit moment is dat niet meer afgesproken en...'
'Luister vriend, zit jij me fucking in de zeik te nemen?!' Zegt Bart gevaarlijk zacht.
Ik voel de spanning stijgen en automatisch span ik mijn spieren aan.
Ik zie dat de burgemeester iets terug wil zeggen, maar Bart gaat verder. Harder, en agressiever.
'Weet jij wie de fuck ik ben! Weet je wat ik heb gedaan?'
Een paar seconden is het stil, voordat de burgemeester weer begint.
'Vertel, vertel.' Zegt hij rustig 'ik heb hier mijn stagiaire bij me..' en meteen loopt Meindert naar het bureau, mij alleen achterlatend. '... hij wil vast wel weten wat jou geschiedenis is.'
'Ja noteer dit maar even in dat notitie boekje van je' spuugt Bart naar Meindert.
'Wil... wil ik dit weten...?' Vraagt Meindert twijfelend aan de burgemeester, die het een klein knikje bevestigt.
Ik heb het gevoel alsof ik dit niet zou moeten horen, maar als gehypnotiseerd blijf ik staan luisteren
'Ik heb meer mensen vermoord dan jij hebt geneukt, vriend!'
Ik voel mezelf bevriezen. Vermoord? Deze Guy, waarmee de burgemeester dus zaken doet, heeft meerdere mensen vermoord? Ik voel een knoop in mijn buik ontstaan en heb de neiging om weg te rennen, maar ik lijk letterlijk bevroren.
De burgemeester laat een holle lach horen 'dat zou nog best wel eens kunnen ja'
'Hoe... moet ik dit opschrijven?' Vraagt Meindert een beetje akward.
Ik zie Bart diep adem nemen, alsof hij probeer zijn geduld niet te verliezen.
'We hadden een afspraak, waarom naai jij mij?'
'Waarom ik jou naai? Kijk eens even, ik naai jou niet, dat zou ik nooit doen. Maar weet je wat erg belangerijk is. We hebben een overeenkomst samen gemaakt, dat moeten we na komen. Jij hebt een vergunning ontvangen. Dat is wat jij wou. Jij gaat daar fantastisch veel geld mee verdienen. Jij gaat een paar ton verdienen, met dat casino. Twintig procent, dat is niet veel. Wat er daar voor geregeld gaat worden is een fantastische, fantastische, fantastische veiligheid, wij hebben natuurlijk de peacekeepers hier rondlopen in deze fantastische stad Clovertown. Fantastische stad. We hebben daar mensen rondlopen, die jou gaan beschermen. En dat is belangerijk...' zegt de burgemeester terwijl hij opstaat en naar Bart toe loopt. '.. dat weet jij ook'
'Luister ik heb die fucking mensen niet nodig! Ik kan mezelf beschermen.'
'Oh jawel, oh jawel..' zegt de burgemeester terwijl hij nog dichter bij Bart komt. 'Dat weet jij toch ook ventje. Jij hebt toch ook gewoon... vijanden.'
'Luister, we hadden gewoon afgesproken dat ik geen percentage hoefde af te staan, ik heb daarvoor getekend! Wacht, mag ik dat contract even zien?'
'Ehm, het contact dat is er nu even niet meer. Dat spijt me, eh, enorm. Dat is natuurlijk al ergens opgeslagen in een archief.'
Bart zucht luid, voordat hij verder gaat.
'Ik ga dat percentage niet afstaan, ik waarschuw je niet nog een keer.'
'Bart, je kan vrij weinig doen, ik ben burgemeester van deze fantastische stad Clovertown. Ik kan je nu maar een ding vertellen en dat is : ga weg'
Ik zie het gezicht van Bart nu echt van woede vertrekken.
'Klootzak' zegt hij terwijl hij een paar stappen achteruit doet, en opeens zie ik dat hij iets in zijn hand heeft.
Hij richt een pistool op de burgemeester. Een pistool!
Ik zie Meindert achteruit deinzen en zelf voel ik de angst door me heen stromen.
'We hadden een afspraak gemaakt, je gaat me niet naaien!'
De burgemeester blijft bijzonder rustig terwijl hij zijn horloge naar zijn mond haalt en iets zegt dat ik niet helemaal kan verstaan.
Dan gaat het allemaal opeens heel snel.
Een stuk of 6 man, de bewakers, komen de kamer in. Ik word opzij geduwd, omdat ik nog steeds bij de ingang sta. De mannen omsingelen Bart, die nu met zijn rug tegen de muur staat en houden hun eigen wapens allemaal op hem gericht.
'Oke, rustig!' Zegt Bart, zijn stem iets kalmer, terwijl hij zijn pistool omlaag doet. Als de bewakers niet achteruit gaan gooit hij het pistool opzij, waarbij het vlak voor mijn voeten terecht komt.
Met een harde lach loopt de burgemeester naar Bart.
'Jij dacht toch niet dat jij iets kunt maken tegen de burgemeester' zegt hij haast lacherig.
'Ik... ik wil geen problemen met jou, maar..' begint Bart, maar hij word al weer onderbroken.
'Dat is je geraden, dat is je geraden. Kom even mee, kom mee, we hebben boven namelijk iets... dat moet ik je even laten zien' Zonder op hem te wachten begint loopt de burgemeester langs me heen, gevolgd door een paar bewakers en Meindert. Als ik terug kijk zie ik dat Bart met een verbaasde uitdrukking naar de burgemeester kijkt, maar als een van de bewakers hem een duw in de rug geeft loopt hij er achter aan.
Ik duw mezelf tegen de deurpost aan om niet omver gelopen te worden.
'Weet je wat er gebeurt met mensen die niet luisteren naar de burge....' hoor ik de burgemeester zeggen, voordat de woorden te onduidelijk worden.
En opeens sta ik alleen in de grote ruimte. Ik merk dat ik een beetje aan het beven ben en ik neem even rustig adem. Dit... hier moet allemaal een logische uitleg voor zijn. Ja, dat moet.
Ondanks dat ik weer een ontzettende nieuwsgierigheid in me voel, word het onderdrukt door een angst.
Geen directe angst, meer een benauwt gevoel.
Dan zie ik het pistool, geen meter van me vandaan. Het is zo'n standaard pistool, die je altijd in films ziet, zo'n zwarte. Zonder te beseffen wat ik doe loop ik erna toe en ga op mijn hurken zitten. Langzaam pak ik het wapen op.
Ik merk dat mijn handen trillen terwijl ik het wapen vasthou. En ik voel dat ik sneller ga ademen.
Ik merk de stilte om me heen, zelf de gedempte stemmen niet meer te horen. En dan word de stilte verbroken door een harde, bekende lach, die duidelijk van boven komt. Meteen hoor ik voetstappen en voordat ik goed en wel bedenk wat ik doe sta ik op met het pistool in mijn hand en klem het tussen mijn jeans en trek mijn trui er overheen.
Geen secondes later verschijnt Bart weer, een waas van woede, verbazing en angst zit als een mengeling over zijn gezicht, maar dat verdwijnt als hij mij aankijkt.
'En wie ben jij überhaupt?!'
Een paar seconden sta ik daar met mijn mond vol tanden, het ijzeren metaal van het pistool drukt koud tegen mijn zij.
'Ik... ik ben Sofia. Adoptiedochter van... de burgemeester...' zeg ik terwijl ik nerveus mijn trui nog een stukje lager trek. Ik heb het gevoel alsof hij elk moment het pistool kan zien. Alsof de vorm duidelijk te zien is, en mijn trui er helemaal niet over heen zit.
'Jij hoort bij deze gast?! Als ik jou was zou ik maken dat ik wegkwam!' Zegt hij met een trilling in zijn stem.
Voordat ik iets terug kan zeggen krijgt hij een duw in zijn rug door een van de bewaker en met een vertrokken gezicht loopt hij verder.
Wat is boven gebeurt dat hij zo geschrokken is? De burgemeester is een beetje... apart, maar maken dat ik weg kom, zo erg is hij nou ook weer niet.
Toch?

Het heeft even geduurd, maar hier is het nieuwe hoofdstuk! Ondanks dat Citycraft (voor nu) gestopt is op yt ben ik wel van plan dit verhaal af te maken, en deze keer komt Bart er dus bij. Voor de mensen die het herkende, ik heb een groot stuk dialoog gebruikt uit de roleplay van Bart, omdat ik zijn karakter meteen goed wou neerzetten voor de mensen die hem niet kenden. Ik probeer dit zo veel mogelijk te vermijden maar hier was het gewoon even nodig.

ClovertownOù les histoires vivent. Découvrez maintenant