- 24 -

792 50 3
                                    


Deel 23:
De dag loopt op zijn eind. We zijn teruggekeerd, alle graven en huizen gedag gezegd en onze rugzakken ingepakt met van alles wat in de kast stond. Die is nu dus leeg.

'Zo.... morgen... gaan we dus de wildernis in.' kijkt Joram me serieus aan. Ik zucht en knik.

-----------------------------------------------------------------------------------------------

De volgende dag

Ik word wakker gemaakt door Joram. 'Morgen' mompel ik zachtjes. Hij kijkt me aan met een kleine glimlach en knikt. 'Ik heb twee crackers met tonijn voor je' en geeft me een bord aan. Ik eet het op en ga naar buiten om mijn behoeften te doen.

Als ik weer naar de kelder loop, zet Joram net de twee rugzakken naar buiten. 'Laat me nog even afscheid nemen' en hij knikt. Ik ga de trap af en bekijk de schuilkelder. Bedankt dat je onze redding bent geweest...Anders waren wij misschien nu ook dood... Ik zucht en loop nog één laatste keer naar mijn vertrouwde bed. Geen idee wanneer ik weer ooit op een matras ga liggen... Het matras is inmiddels wel erg vies geworden, door de modder en al. Ik draai me om en kijk naar de kast. We hebben zowat alles meegenomen. Ik zucht en klim weer naar buiten.

Dan geeft hij mij de twee stukken pyriet-stenen. Ik knik dankbaar en doe ze in mijn zak. Dan kijken we elkaar aan. Hij heeft zijn rugzak op de rug, met de standaard boog die in de kast lag. Ik doe mijn rugzak op mijn rug. Oef, hij is wel erg zwaar... maar toch laat ik niks merken. Dan doe ik mijn boog ook op de rug, naast mijn pijlenkoker.

'Ja?' kijkt hij me vragend aan. 'Jep...' zeg ik met een zucht. Hij knikt. 'Op naar het Westen dan maar...'
Vanaf nu, zijn we onderweg.


Een aantal dagen en slapeloze nachten verder...

'Joraham... Ik ben zo moe! Mijn voeten doen zeer!' klaag ik naar Joram, die voorop loopt door het ruige woud. 'Ik weet het... hou nog even vol dan rusten we weer.' Ik zucht...

Aantal uren later.

'Kijk daar!' Hij wijst naar een stenen overkapping wat op een ingang van een grotje lijkt. We dalen de heuvel af, naar de rots die wel uitnodigend lijkt om daar te gaan verschuilen. Als we er zijn, zien we dat de grot een aardig kleine inham heeft, waar we deze nacht prima kunnen doorbrengen. Ik plof neer en doe snel de loodzware rugzak af. 'Pfoe... mijn voeten zijn helemaal stuk!' en ik trek mijn schoenen uit, die helemaal onder de modder zitten.
Tegenover mij hurkt Joram en haalt hij iets uit zijn rugzak. Twee blikjes tonijn. Eén voor elk.
Het is niet echt smaakvol, maar beter iets te eten dan helemaal niets.

Zodra het eten op is, begint hij meteen aan de vuur. Hij haalt een aansteker uit zijn rugzak en wakkert het vuur aan. Binnen no-time hebben we een warme kampvuur. Erg welkom, in deze steeds kouder wordende omgeving. 

Binnen no-time zijn we allebei knock-out, onder onze warme dekens in de buitenlucht.

De volgende morgen ben ik als eerste wakker en pak ik een cracker. Ik zie dat er nog maar twee pakjes over zijn. Goed voor een paar dagen. We moeten binnenkort op jacht...Wacht...dat klinkt zo raar... echt jagen... Overleven... Vechten voor onze voedsel...Wat een geluk dat we kunnen jagen... peins ik en staar ik voor me uit. Naast mij krabbelt Joram overeind. Zijn haar is helemaal vies en vet, die van mij ook.

Als we klaar zijn met onze ochtend dingetjes, hijsen we onze rugzakken weer op onze ruggen en trekken we verder naar het westen, waar de zon opkomt. Dat is onze kompas, in de hoop dat we een bewoond dorpje gaan vinden... Dat tot nu toe niet gelukt is.

Weer een paar dagen en vele zware kilometers verder...

We zeggen heel de dag niets tegen elkaar. Ik strompel maar wat achter Joram aan, terwijl hij de zon en de richting steeds in de gaten houdt. Heuvel op, heuvel af.. Elke keer weer hetzelfde liedje. We hopen elke keer weer dat als wij op de top van de heuvel of bergje zijn, we een dorpje gaan zien, met een uitnodigende rook uit de schoorsteen. Maar nee... we zien alleen maar bos, bos en nog meer bos...

Nog een paar dagen zijn voorbij en onze hoop wordt met de dag minder. We lopen nu in de late middagzon. Ik voel me echt zo uitgeput... zo moe... dat ik héél even mijn ogen sluit tijdens het lopen. Maar... ineens glij ik uit en glij ik gillend naar beneden, met mijn rugzak en al! 'AAAAAAHH!!' gil ik. Het glijden houdt maar niet op! Alle bladeren dwarrelen met mij mee en zie ik dus vrijwel niets! 'HELP!' kon ik nog net uitbrengen. BAM! 'AAAAUU!!' gil ik. Ik heb een boom geraakt met mijn been! Wat doet dat nu zo'n zeer! Maar het glijden is nog niet gestopt! Ik zie Joram nergens!! 'BOEM!' knal ik opeens tegen een boom aan met mijn hoofd, ik ben tot stilstand gekomen... In de verte zie ik Joram er aan komen rennen tussen al die bladeren... Ineens overvalt een zwarte mist mij en verdwijn ik in een zwarte diepte...

-----------------------------------------------------------------------------------------------

Ik weet het, een klein beetje saai... Niet mijn bedoeling!
Beloofd; ik maak hem weer snel spannender!

Don't forget to Vote & Comment!
Let me know your opinions!

Thanks =)

The Mystery of the Moongoddess - Dutch - LopendWhere stories live. Discover now