ACHT

69 10 7
                                    

Ready, Kodaline
Vroeger – Esther

Er bestaan geen vastgestelde regels omtrent het tempo waarin relaties behoren te verlopen. Er zijn wel morele standaarden, maar tot op zekere hoogte is iedereen vrij de dingen te doen op de tijd waarop zij dat willen.

Zo waren Nathan en ik binnen een jaar met elkaar verloofd. We waren beide al wat ouder, waarschijnlijk dat dat een reden was voor onze snelheid die door mijn moeder destijds als "haastig" werd bestempeld. Toch had het toen goed gevoeld. We waren er klaar voor. Ik wilde niets liever dan met Nathan in het huwelijksbootje stappen.

Hij was nog altijd de prins op het witte paard uit mijn dromen. Hij nam me mee uit eten, wandelde met me door het park en vertelde me vaak hoeveel hij van me hield en waarom. Hij pakte me helemaal in. Er was geen betere man dan hij, dat probeerde hij me te doen geloven. En dat deed ik toen nog ook.

De manier waarop hij me ten huwelijk had gevraagd, was enigszins afgezaagd, maar destijds had ik het maar wat romantisch gevonden. We waren samen naar het strand gegaan om daar te wandelen.

Alleen het idee aan wandelen op het strand had bij mij al de meest verliefde gevoelens opgeroepen. Ook herinneringen kwamen bij mij naar boven. Mijn ouders hadden me dikwijls het verhaal verteld over hoe mijn vader mijn moeder mee had genomen naar het strand om haar daar verkering te vragen. Mijn moeder was bijna niet mee gegaan, omdat, zo vertelde ze dan lachend, het bekend was dat jongens uit de plaats van m'n vader altijd op het strand gingen wandelen met hun vriendinnen.

Zulke verhalen van mijn ouders waren me altijd bij gebleven. Ik vond het buitengewoon bijzonder dat Nathan mij nu mee zou nemen naar het strand, net zoals mijn vader vroeger met mijn moeder had gedaan. Ik voelde me vereerd dat ik dan ook deel uit zou maken van die herinnering en het verleden van mijn ouders zou kunnen herleven om te voelen wat zij toen hadden gedaan.

De reis naar het strand verliep spoedig. Nathan had me opgehaald en samen hadden van langs de kant van de weg wat gegeten. Het waren niet de meest chique dingen die je je kon bedenken, maar voor mij had dat allemaal niets uitgemaakt. Het ging erom dat ik dicht bij Nathan in de buurt was. De rest kon me niks schelen.

Nadat de auto was geparkeerd, rende ik bijna naar het strand toe. Zodra ik de zoute lucht van de zee in mijn neusgaten voelde prikkelen, was ik opgestegen naar de zevende hemel. Het voelde alsof ik vloog of droomde. De omstandigheden konden in mijn ogen niet beter zijn geweest en ik prijsde mezelf gelukkig met het leven dat ik had.

Ik hield er altijd van mijn schoenen uit te trekken zodat ik het zand tussen mijn tenen kon voelen kriebelen. Ik vond het een heerlijk gevoel als mijn huid in aanraking kwam met het koude, vochtige zand. Het was een voetenmassage op zich om er enkel in te staan en je te concentreren op de manier waarop de korrels met je huid in aanraking kwamen.

Na een wandeling van ongeveer een uur, was Nathan op zijn knieën gegaan. Zoals het de vrouw betaamd, had ik mijn hand voor mijn mond geslagen en verbaasd naar zijn hand gestaard waarin hij de ring vast hield.

Ik gaf niet enorm veel om sieraden, maar deze ring was de mooiste ring die ik ooit had gezien. Hij was zilver met drie kleine glinsterstenen in het midden. Toen hij de ring om mijn vinger schoof, voelde het vertrouwt. Het was alsof deze ring om mijn vinger hoorde. Het maakte me volledig, terwijl ik daarvoor me nooit had gevoeld alsof ik iets miste.

Ik huilde zelden, maar op dit moment had ik zoute tranen van geluk in mijn ogen voelen prikken. Ik voelde me Nathan gewoon onwaardig. Ik bedoel, hij leek mij in elke zin van het woord perfect en ik kwam in zoveel dingen tekort. Dat hij over al deze dingen heen wilde kijken en alsnog de rest van zijn leven met mij wilde spenderen, was onwerkelijk.

LOSSE HANDENWhere stories live. Discover now