Hoofdstuk 30: Vervloekte boter-kaas-en-eieren

151 18 6
                                    

"Zag je dan hoe ik hem zo versloeg? Met die zet? Ik blufte enorm maar het werkte volledig! Echt gewel-" Helaas wordt zijn "Geweldig" onderbroken met mij die in de bosjes overgeeft. Sorry, Maan.... welkom in de echte wereld. Ik heb te veel gedronken. En nu voel ik me pittig... wacht. Haha, Ik kan het woord niet vinden.

"Gaat 'ie lekker?" Vraagt Maan droog met een zucht. "Helemaal prima," Zeg ik sarcastisch terug, "Geef ik de plantjes ook weer vocht."

"Dat is ranzig, Bart..." Zegt Maan met een vies gezicht en kijkt dan weg. Als ik klaar ben probeer ik weer goed rechtop te staan, maar dat gaat niet zo gemakkelijk aangezien ik wat duizelig ben. "Kan ik toch niks aan doen?" Zeg ik dan quasi beledigt. Hij kijkt me aan en fronst, "Jawel, je had gewoon niet zo veel moeten drinken, sukkel." Maakt hij me duidelijk.

Nou, ik kan niet zeggen dat hij niet gelijk heeft...?

"Ik ben verward," Begin ik dan opeens. "Oh? Waarover dan?" Vraagt Maan terwijl we terug naar het kamp lopen, en hij mij begeleid omdat ik zo lomp aan het doen ben en mijn benen half-gekookte spaghettislierten zijn. "Hoe kon Ljord weten dat je Kantaans was en niet Jenavaans? Je zag er gewoon Jenavaans uit en Ljord en Jenava Zijn-" Ik moet even hikken voordat ik verder ga met mijn zin, "gewoon bondgenoten..."

Maan knikt en fronst een beetje, waarschijnlijk verrast door zo'n goed nagedachte vraag door een dronken... nou ja... mij. "Ze dachten eerst ook dat ik gewoon een Jenavaan was, maar toen begonnen ze het verdacht te vinden wanneer ze mij naar de Jenavaanse ambassade wilden brengen om mijn identiteitsbewijs enzo te checken. Uiteindelijk hebben ze mij daar naartoe gesleept na een klein man-tot-man gevecht, wat ik natuurlijk niet kon winnen aangezien het wel vier gepantserde soldaten waren. De ambassade herkende helaas wel dat ik Kantaans was... en zo werd ik dus gevangen genomen en gebrandmerkt..." Legt hij uit.

"Aha... dat maakt het allemaal een stuk duidelijker..." Zeg ik en we komen al snel aan bij het kamp. Daar zitten Diana, Felice en Joris al op ons te wachten. Felice komt naar ons toe lopen, "We hebben we alle spullen al klaargelegd, maar nog niet de tent afgebouwd omdat we niet zeker wisten of jullie erin zouden slagen om een boot voor elkaar te kunnen krijgen, dus... is het gelukt?" Vraagt ze. Ik kijk Maan quasi geïrriteerd aan, "Ja, Maan, is het gelukt?" Snauw ik.

Felice kijkt mij even raar aan maar kijkt dan weer terug naar Maan, die even grinnikt, "Ja, het is gelukt! Let maar niet op Bart... hij heeft te veel gedronken..." Verklaart hij zuchtend. Felice rolt haar ogen en zet haar handen in haar zij en kijkt mij aan. "Wat kijk je." Zeg ik onbeschoft.

Ze draait zich dan om en loopt weg. Geen idee waarom. Ik pak mijn dolk en teken wat in de sneeuw. "Maan," Roep ik, "kom!" Hij kijkt me van een afstandje aan, "Wat is er?" Vraagt hij een beetje geïrriteerd. "Kom gewoon!" Schreeuw ik en hij loopt naar me toe. "We gaan boter-kaas-en-eieren spelen." Zeg ik strak. "Hier hebben we helemaal geen tijd voor Bart, ik moet helpen de tent afbou-" Ik douw mijn dolk in zijn hand. Hij zucht en zet een kruisje in het middelste vakje. Ik zet dan een rondje in het vakje links-onder.

"Dat is een driehoek, Bart..." Zegt Maan droog. Ik begin te lachen, "Oh ja, haha, kut." Zeg ik, "Wat ben jij racistisch zeg, wat maakt het nou uit dat het een driehoek is?!" Schreeuw ik dan opeens kwaad. "Niks, niks! Ik ga al verder, jeetje!" Snauwt Maan terug en het tekent een kruisje in het vakje rechts-boven.

Ik zet keurig een driehoek in het linkervakje maar Maan moet mij weer blokkeren door een kruisje in het vakje erboven te zetten. Dan zie ik dat ik in de val gelopen ben. Het maakt niet uit waar ik een driehoek zet, Maan zou winnen. Er blijft dus nog maar één mogelijkheid over om dit potje te kunnen winnen. Ik sta op en veeg dan het hele spel uit mijn mijn laarzen. "Zo! Ik win!" Zeg in Maan's gezicht, die niet blij kijkt. Als kers op de taart gooi ik ook nog wat sneeuw op hem. Maan blijft geïrriteerd op zijn hurken in de sneeuw zitten.

"Kom mee, kleuters, we gaan die boot van ons eens opzoeken zodat we naar Midusa kunnen reizen." Stelt Joris terwijl de rest van de groep al de kant van de haven op loopt.

She Came BackWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu