>> 32 <<

192 18 33
                                    

Point of view July

Ik word wakker met barstende koppijn. Ik breng mijn handen naar de plek waar het het meeste pijn doet. Wanneer mijn handen de rechterkant van mijn hoofd aanraken voel ik een warme vloeistof. Ik kijk verward en haal mijn handen terug naar beneden.

Ik schrik als ik zie dat mijn handen onder het bloed zitten. Ik bloed!

Even kan ik niet meer helder nadenken en begin in paniek te raken. Wat is er gebeurt? Waarom bloed ik? Als ik Rik de kamer in zie lopen kan ik me weer vaag herinneren wat er is gebeurd, hij heeft me knock-out geslagen.

'Godzijdank je leeft nog. Ik dacht echt dat je dood was.' Rik gaat op het bed zitten. Ik kijk hem woest aan. Niet te geloven dat ik in zijn val ben getrapt. Ik had gewoon naar Charlie moeten luisteren. Hij heeft al die tijd gelijk gehad. Maar deze dame hier had weer vertrouwen in de moordenaar. Good job July, echt iets om trots op te zijn.

'Wat is er toch met je aan de hand? Heeft Sean je iets aangedaan toen hij je mee naar beneden nam?'

Ik schud mijn hoofd. Hij heeft geen idee wat er met mij aan de hand is. Ik zou het best willen zeggen maar dan moet ik wel nu actie ondernemen. En aangezien mijn hoofd openligt en ik niet eens normaal rechtop kan zitten lijkt het me handig om nog even te wachten.

'Ik zit gewoon met de dood van Manon. Ik heb haar nog vastgehouden. Ik heb vannacht wel meerdere lijken vastgehouden. En dat blijft maar door m'n hoofd dwalen.' Verzin ik. Nou eigenlijk is het niet helemaal verzonnen.

Hoe Laila daar lag in het begin van de avond doet me nog steeds rillen. Maar Manon haar dode lichaam krijg ik niet meer van mijn netvlies af. Het doet me pijn, enorm veel pijn.

'Ach liefje, het spijt me dat je haar zo hebt moeten zien.'

'Het is niet jou schuld.' Alweer de tweede leugen binnen een minuut.

 Als hij niet zo'n enorme eikel en psychopaat was geweest was Manon niet eens dood geweest. Dan waren we nog samen aan het feesten. Dan was alles goed gekomen en hadden onze klasgenoten het nog weken over het feest. Nu zullen de mensen het er ook nog even over hebben, alleen ben ik bang dat het al snel negatief gaat worden. Er zijn desnoods moorden gepleegd.

'Het spijt me van alles.'

Ik schrik van zijn woorden. Zou hij echt spijt hebben? Dat kan toch haast niet? Als hij echt spijt zou krijgen en het niet wilde dan had hij zoiets niet kunnen doen. Dit is ziek! Rik is niet helemaal lekker in zijn kop.

'Hoezo spijt? Als je echt spijt had had je het überhaupt niet gedaan.' Ik breng mijn linkerhand nog even naar mijn hoofd op de pijnlijke plek te voelen.

'Wat gedaan?' Ik kijk op. Heb ik wat verkeerds gezegd?

Natuurlijk heb ik wat verkeerds gezegd! Denk na domme lul! Je hebt het nou echt pittig verpest. Ik kan nu niet meer terug. Ik adem een keer diep in en uit. Dit is het moment. Ik vraag nog even aan mijn hoofd of hij het bonken rustig wil houden, maar hij luistert niet. Dan maar met de knallende hoofdpijn een ontsnappingspoging doen. Ik kan het altijd proberen.

'Wat denk je zelf? Ik ben niet dom Rik.' Ik ga rechtop zitten. Een pijnscheut schiet door mijn hoofd. Niet nu hoofd, niet nu!

'July, je kan beter blijven liggen, je hoofd bloed.' Hij duwt mijn bovenlichaam weer naar beneden.

'Blijf van me af!' Schreeuw ik en spring van het bed af.

'July doe rustig.'

'Nee! Je snapt het niet! Ik wil hier weg!' Hij komt bezorgd naar mij toe gelopen. Wat snapt hij toch niet? Rot op!

Hij stopt niet met lopen en staat nu iets te dichtbij. Ik geef hem een harde duw en hij beland op het bed.

'Wat heb je toch?' Hij staat weer op alleen nu zijn zijn ogen zo donker als buiten. Het lijkt alsof er elk moment vuur uit zijn ogen kan komen. Hij is woest.

Oké July. Je kan dit. Vertel het hem. Voor de tweede keer adem ik een keer diep in en uit. Nu moet het gebeuren. Nu moet ik de duistere kant van mezelf laten zien.

'Ik weet alles Rik, alles. Ik heb je horen praten tegen Charlie. Ik ben terug naar het kantoor gerend omdat ik het niet wilde geloven. Maar toen ik eenmaal daar was besefte ik me dat ik je het had horen zeggen. Je hebt letterlijk gezegd dat jij de spelleider bent, jij bent het brein achter dit alles. En dan verwacht je dat ik hier rustig kan blijven? Jij hebt mijn vrienden vermoord! Natuurlijk kan ik niet rustig blijven.'

Ik probeer rustig naar de deur te lopen als ik hem vertel wat er nou echt aan de hand is. Op die manier kan ik zo het ranzige motel uit vluchten en Charlie redden. Maar jammer genoeg heeft hij door dat ik mezelf naar achteren beweeg. Ik zie dat hij zich beweegt dus besluit ik naar de deur te rennen. Ik moet hier weg! Hij ziet mijn actie en rent zo snel mogelijk op me af.

Ik open de deur maar word al snel van achter beet gepakt. Ik schreeuw de longen uit mijn lijf. Misschien dat er toch nog iemand is die mij hoort. Maar mijn geschreeuw stopt door de hand van Rik die hij zojuist op mijn mond heeft gelegd.

'Laat het me uitleggen. Ik bedoelde het niet verkeerd.' Hij sleurt me mee naar binnen. Terwijl hij me met zijn linkerarm vasthoud doet hij met zijn rechterhand de deur op slot. Daar gaan mijn kansen.

Wanneer hij me los laat ren ik als een gek naar de andere kant van de kamer. Mijn hartslag zit in mijn keel en normaal ademen lukt me niet meer. Ik zie dat hij alweer op me komt afgelopen. Het enige wat er in mijn hoofd opkomt is schreeuwen. Dus doe ik dat ook.

'Help! Help hij gaat me pijn doen! Help me!' Ik schreeuw zo hard als ik kan.

Dan word er ineens heel hard op de deur gebonkt. Er ontstaat een glinstering in mijn ogen. Het heeft gewerkt! Rik kijkt mij met grote ogen aan. Hij komt op me af gerent en houd zijn arm om mijn keel. Ik slik hoorbaar en wacht op het moment dat Rik me gaat laten stikken. Maar hij begint naar voren te lopen.

Als we bijna bij de deur staan voel ik iets kouds tegen mijn slaap gedrukt worden.

'Een klein geluidje en de kogel zit in je kop. Ik zou je bek maar houden als ik jou was.'

©valorse

MoordspelWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu