Hoofdstuk 11

45 1 0
                                    

Pov. Evert

Vanaf het moment dat Evert het geschuifel voor de deur hoort weet hij dat het voorbij is. Hij draait zijn hoofd in Fenna haar richting blij dat het klaar is. Maar hij krijgt de schrik van zijn leven als hij naar haar kijkt. Ze heeft haar hoofd laten hangen. Onderzoekend bekijkt hij haar en dan slaat de schrik om zijn hart. Aan de zijkant van haar buik ziet hij nu het mes uitsteken. Tranen beginnen zich te vormen. Dan klinkt er een luid gekraak en vliegt naast hem de deur eindelijk open. Liselotte en Bram komen de kamer binnen gestormd. "Mmm" is het enige wat Evert eruit krijgt door de prop die nog in zijn mond zit. Snel rennen te twee rechercheurs op hem af. Beide hebben Fenna nog niet opgemerkt. Ze maken Evert los die hen meteen opzij duwt en naar Fenna toe stormt. Onderweg haalt hij de prop uit zijn mond en schreeuwt: "Bel een ambulance en snel!!!" Liselotte en Bram draaien zich nu ook om en zien dan Fenna. Bram zijn blik valt al snel op het mes en in twee seconden heeft hij zijn telefoon vast en belt hij een ambulance. Liselotte ziet nu alles ook. "Evert stop maak haar niet los." Waarschuwt ze hem. Verbaasd draait Evert zich om. "Wat waarom niet?" Roept hij dan. "Omdat we niet weten wat het mes heeft geraakt straks verergeren we de situatie!" Verteld Liselotte duidelijk. Met tranen in zijn ogen knikt Evert dat hij het begrepen heeft. Hij wil haar helemaal niet zo laten hangen maar hij heeft geen keus. In de verte hoort hij de sirene van de ambulance al aankomen en met pijn in zijn hart blijft hij naar Fenna kijken. De opeen volgende minuten daarna gebeurd alles heel snel. En voor Evert het weet zijn ze ineens al in het ziekenhuis maar alles gaat in een waas voorbij het enige wat voor hem telt is Fenna..

Na een aantal uur wachten komt er eindelijk een dokter uit de kamer waar ze bezig waren met Fenna. Hij kijkt vermoeid maar wel opgelucht. "Familie en vrienden van Fenna Kremer?" Vraagt hij. Gelijk staat iedereen op. Carla zet als eerst een stap naar voren. "Dat zijn wij." Zegt ze. "We hebben de bloeding van Mevrouw Kremer kunnen stoppen. En haar daarna verder onderzocht. Ze heeft een aantal kneuzingen en een gebroken schouder." Vertelt de dokter. Daarna kijkt hij ineens heel ernstig. "Ik heb het verhaal een beetje gehoord. Klopt het dat Mevrouw Kremer meerdere malen verkracht is?" Vraagt de dokter nu voorzichtig? Nu is het Evert die het woord neemt. "Ja dat klopt ze is zeker wel 10 keer verkracht." Fluistert hij zachtjes. Hij hoort hoe iedereen zijn adem inhoud. Voordat hij eraan toe voegt. "Ze is 1 keer verkracht door mij maar ik werd gedwongen dat te doen de man die ons ontvoerd had. Maar ik wilde het echt niet..." Vertelt hij wanhopig en met tranen in zijn ogen. "Ik wilde haar geen pijn doen maar ze vertelde dat het oke was omdat Huub anders veel ergere dingen zou hebben gedaan of zou gaan doen." Tranen stromen nu over zijn wangen heen terwijl hij dit zegt. Hij zakt door zijn benen heen op de grond. Schuldgevoelens overspoelen hem als hij terug denkt aan dat moment. "Meneer Numan is het toch he?" Evert knikt niet instaat om nog wat te zeggen. "Ik kan me voorstellen hoe je je nu voelt maar je kon hier niks tegen doen. Ik ben blij dat je zo open en eerlijk bent geweest. Je zal ook blij zijn om te horen dat Mevrouw Kremer gaan verdere schade heeft overgehouden aan al die verkrachtingen alleen een aantal blauwe plekken." Vertelt de dokter hem nu. "Kunnen we naar haar toe?" vraagt Liselotte nu. De dokter knikt en gebaart dat ze hem moeten volgen. Al snel komen ze aan bij kamer 2109 de kamer waar Fenna ligt. "Ik zou het op prijs stellen als jullie haar rustig benaderen er is veel gebeurd en ik weet niet hoe ze zal gaan reageren als jullie in een keer met ze allen de kamer binnen stormen." laat de dokter hen weten. "Misschien moet ik eerst alleen gaan ik ben bij haar geweest met bijna alles wat er gebeurd is. Misschien vindt ze dat wel fijn." Oppert Evert na even geaarzeld te hebben. De anderen knikken bevestigd. En zo gezegd zo gedaan. Voorzichtig loopt Evert de kamer binnen. De deur kraakt en Evert hoort al snel de ademhaling van Fenna versnellen. "Fen, ik ben het Evert." zegt hij. Moeizaam draait Fenna haar hoofd zijn kant op en wanneer ze inderdaad ziet dat het Evert is slaakt ze opgelucht een zucht. Evert loopt naar het bed toe waar Fenna in ligt en gaat zitten op de stoel die er naast staat. Voorzichtig pakt hij haar hand vast en geeft er een klein kneepje in. "Ik dacht echt dat we je kwijt waren Fen. Je hebt ons.. Je hebt mij echt heel erg laten schrikken." fluistert Evert. Tranen verschijnen bij hun beide in hun ogen. "Hoe ga ik ooit nog normaal mijn leven leiden Evert.. Ik zal bang zijn voor alles en iedereen.. En ik wil niet leven op die manier. Ik kan niet leven op die manier." vertelt Fenna hem wanhopig en de tranen stromen nu over haar wangen heen. "Zeg dat niet Fen. Ik ben er voor je ik zal er altijd voor je zijn elke stap op deze weg of het nou een stap vooruit of een stap achteruit is. Ik zal er zijn samen komen we hier doorheen Fenna dat beloof ik je." Vertelt Evert haar. Met wat moeite komt Fenna een beetje overeind en ze trekt Evert in een knuffel. "Dankjewel." fluistert ze. Samen blijven ze nog een hele tijd zo zitten zachtjes huilend en met een diepe pijn in hun beide harten.

Het volgende hoofdstuk wordt het epiloog. Iedereen bedankt voor al het geduld. Want ja ik weet dat ik echt super lang over dit boek heb gedaan.

Moordvrouw: De ontvoeringTempat cerita menjadi hidup. Temukan sekarang