H3: We Hebben Regels, Breek Ze Niet

1.1K 30 0
                                    

Als ik wakker word, voel ik al snel dat er warme stralen zijn die mijn gezicht verwarmen; de zon heeft zijn plaats terug genomen aan de hemel in plaats van de maan waardoor er een nieuwe dag aanbreekt. 

Ik open langzaam mijn ogen, waardoor ik ze een klein beetje dicht knijp door het felle licht, maar het me wel lukt om mijn omgeving te observeren. Het is daardoor dat ik merk dat ik in een hangmat lig tussen de bomen van het kamp; een slaapplek die ik blijkbaar toegewezen heb gekregen, en daar in slaap ben gevallen.

En nee, ik was nog niet vergeten dat ik recentelijk op deze plek ben aangekomen en gelukkig kan ik zeggen dat ik de eerste nacht heb overleefd.

Al snel werp ik een blik op de hangmat links van me, maar die is leeg, en de rechtse blijkbaar ook. Maar toch zie ik dat er verderop nog jongens liggen te slapen in hun hangmatten, wat dat gesnurk duidelijk maakt voor iemand die al wakker is, zoals ik.

Althans, ik vraag me af waar de twee zijn gebleven die naast mij lagen, en wie dat eigenlijk waren?

Ik kan me niet meer herinneren hoe ik hier ben terechtgekomen, en wie er überhaupt naast mij kwamen liggen gisteravond. Misschien was ik te moe, en misschien maakt het ook niet uit. Het belangrijkste is dat ik goed heb geslapen, ook al had ik dat niet verwacht.

Voorzichtig kruip ik uit mijn hangmat om op het randje te zitten zonder eruit te vallen, terwijl mijn benen over het stof bungelen en mijn voeten net niet de grond raken. 

Terwijl ik de Laar wil observeren, met de prachtige ochtendzon wat de omgeving nog mooier maakt, merk ik dat mijn aandacht toch weer naar de ingang van het doolhof gaat.

Het leek al zo stil te zijn in de Laar, en dat heeft een reden, want blijkbaar ben ik vroeg wakker geworden als je het vergelijkt met de andere jongens die nog liggen te snurken in hun hangmatten.

Bij de ingang staan namelijk drie jongens; eentje met zwart haar, bruin haar en blond haar, die ik natuurlijk meteen herken als Minho, Thomas en Newt.

Het zijn Minho en Thomas, de Renners, die Newt beide een high-five voordat ze een sprintje trekken het doolhof in zodra de deuren zijn geopend. Gelukkig weet ik dankzij Alby wat het betekent. 

De deuren gaan elke avond op een bepaald tijdstip dicht; als het donker wordt en je dus helemaal geen zicht meer hebt op wat je doet zodra je vast in het doolhof bent. Althans, dat is wat ik denk.

Dus op een gegeven moment openen deze deuren zich ook weer in de ochtend, en is het duidelijk dat ze de hele dag hebben om een uitweg te vinden totdat deze deuren zich weer sluiten in de avond.

Maar, doen ze dit dan elke dag? Voor drie jaar al? Ik vraag me nog steeds af waarom ze geen uitweg hebben gevonden.

Hoe dan ook worden mijn gedachten plotseling onderbroken als ik Newt mijn kant op zie lopen, en trekt al zijn mondhoeken een beetje omhoog als hij langzamerhand dichterbij komt, terwijl ik in dezelfde positie blijf zitten.

"Hey."

"Hey." zeg ik simpelweg terug als hij naast mij in mijn hangmat komt zitten.

"Heb je lekker geslapen?" vraagt hij plotseling terwijl mijn blik van de ingang verdwijnt, en ik al schouderophalend naar hem kijk als hij hetzelfde doet.

The Lion's Den | Newt (dutch, the maze runner)Donde viven las historias. Descúbrelo ahora