13.

333 25 3
                                    

"Samuel het prikt." Zijn heldere blauwe ogen kijken mr vragend aan. "Je arm, het prikt op mijn arm." Samuel haalt zijn arm van mijn schouder af en kijkt me moeilijk aan.

"Het spijt me." zegt hij zacht.

"Het geeft niet, dat wat ik ben moet sorry zeggen."

-

"Camila, waar was jij deze week?" vraagt mevrouw Feather. Ik kijk Senn kwaad aan.

"Ik was voor een schoolproject bij Samuel, en nu moet hij voor het schoolproject hier ook een week blijven. Ik had aan Senn gevraagd of hij wilde doorgeven dat ik daar was, maar blijkbaar, heeft hij zijn mond gehouden."

"Wist ik veel dat het voor een hele week was."

"Dat zei ik je nog!" Ik draai me om naar Samuel en pak zijn tas van de grond. "Kom." We lopen de trap op, als we in mijn kamer zijn, sluit ik de deur achter me en zet ik Samuels tas weer op de grond.

"Sorry voor daarnet, ik had verwacht dat ze wel een keer aardig konden zijn als er iemand bij me is." Ik ga op bed zitten en sein naar Samuel dat hij naast me mag zitten.

"Het is niet erg. Ik heb ergere dingen gehoord van mensen. E, en ik heb al een week met jou moeten doorbrengen." zegt hij lachend. Een kleine glimlach siert mijn lippen bij het laatste.

"Ik weet niet waarom ik ineens zo doe. Normaal zou het me niks uitmaken hoe anderen zich voelen of wat dan ook, maar sinds ik bij jou ben, is dat anders. Alsof je me veranderd." Samuel legt voorzichtig een hand op mijn knie.

"Iemand met een donker, zwart hart, heeft altijd een lichtpuntje in zich. Niet iedereen is helemaal slecht, of goed. Ik denk dat ik jou verander, omdat ik juist het tegenovergestelde van jou ben." Ik knik bijna onzichtbaar.

"Je hebt gelijk. En weet je, het maakt me niet uit. Dat 'aardig' zijn is nog best leuk, opzich." zeg ik dit keer lachend. "Kom, dan stel ik je voor aan Emma, mijn pleegzus." We staan op en lopen naar Emma's kamer.

"Emma, dit is Samuel, hij blijft hier voor een week." Haar ogen stralen bij het uitspreken van Samuels naam. Ze steekt haar hand naar hem uit. Samuel pakt hem aan en stelt zichzelf nog voor.

"Wat hebben jullie nou eigenlijk gedaan afgelopen week." vraagt Senn die bij ons in de kamer is gaan staan.

"Op voetbal kijken, eten en ademen na, niet veel." zeg ik droog.

"Ja ja, het zal wel. Jullie gaan toch nooit toegeven dat jullie wat gedaan hebben." zegt hij voordat hij weer wegloopt.

Ik ga weer in mijn kamer op mijn bed zitten en laat me naar achteren op bed vallen. "Waarom moet ik altijd een irritante broer hebben. Hij kan ook nooit normaal doen als er andere bij zijn." Een diepe zucht verlaat mijn mond. Ik ga weer rechtop zitten en laat een nieuwe zucht tussen mijn lippen doorglijden.

"Het komt wel goed Camila, geloof me." zegt Samuel, terwijl zijn hand over mijn rug wrijft. Het prikt weer onder zijn aanraking. Het doet nog meer pijn dan eerst. Ik sla zijn hand weg en sta op, mijn hoofd doet pijn. Zwarte vlekken ontstaan voor mijn ogen. En alsof dat nog niet genoeg is, ik voel mijn shirt nat worden van waarschijnlijk bloed. Ik wil me ergens aan vastpakken, maar ik val op de grond. De pijn in mijn rug verergert met de seconde.

"Camila, wat gebeurt er?" Samuel komt op zijn knieën voor me zitten.

"Ga weg!" roep ik terug. Hij deinst achteruit en kijkt me geschrokken aan. De pijn schiet door mijn rug, grijze vleugels vouwen zich uit.

"Camila?" Emma loopt de kamer binnen, ik duw mezelf met mijn handen omhoog en zie haar geschrokken naar me kijken.

Ik heb zo'n stom voorvermoede dat dit boek niet zo lang gaat duren... Ik weet het niet :/

She's So Bad {Dutch}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu