The Nucleaire World

Het monster (Dag 6)

Kilno zag dat het monster op de stad af kwam. Hij zocht snel naar een wapen en vond het in een schap van een oude kast. Het monster was al bij de muur van de stad en greep met zijn klauwen een stuk uit de muur. Kilno liep naar het raam en schoot op het monster. Hij raakte het monster, maar het monster werd kwader en scheurde nog een stuk van de muur. De scheur was groot genoeg zodat het monster er door kwam. Het monster liep door de stad, sleurde en sloopte een paar huizen en kwam op Kilno af. Kilno schoot nog een keer en raakte het monster in zijn kop. het monster viel op een gebouw. Kilno rende naar onder en hij ging naar het monster toe. Hij keek of het monster nog leefde. op eens kwam de burgemeester en vroeg aan Kilno

Kilno, heb jij die Montrix neer geschoten?

Montrix?, dat monster bedoel je. Ja, hij viel de stad aan en ik schoot hem daarom neer

Dat was een gigantische Montrix normaal worden ze maar 5 meter hoog maar deze was wel 8 meter. Het is een gevaarlijk wezen. Hij kon onze stad uitmoorden als jij ons niet had gered. Bedankt daar voor.

Graag gedaan, ik ga verder slapen.

oké is goed ik ga mensen bij elkaar roepen om de muur weer zo snel als mogelijk te repareren zodat wel weer veilig zijn.

De volgende morgen keek Kilno weer uit het raam hij zag het monster liggen. Kilno keek ook naar de muur er waren redelijk veel mensen aan het werk om de muur weer te repareren. Kilno liep door de stad om te kijken of er veel kapot was gegaan en hij keek of hij mensen kon helpen. er waren mensen uit het puin gehaald maar misschien lagen er nog onder het puin. Hij liep naar de markt en zag dat de toren van het het stadhuis was ingestort en op een gedeelte van de markt was gevallen. Hij liep verder en vond een oud gouden horloge onder het puin van de klokken toren. Hij liep nog een stuk verder en zakte door de de grond hij kwam in een kelder van het stadhuis terecht er storte een gedeelte van het stadhuis in en viel in het gat Kilno kon nog net op tijd weg komen en kwam in een gang terecht. Hij liep verder en zag een gesloten deur langs de deur stond een kaarsen standaard hij pakte de standaard en ramde met de voet van de standaard tegen de deur. het hout kraakte en er kwamen deuken en barsten in de deur. kilno ramde een plank er uit en zag een sleutel in het slot steken. Hij kon er nog net bij en pakte de sleutel. Hij stak de sleutel aan zijn kant in het slot en draaide het slot open. Hij kwam in een kamer met oude meubels en zag dat er een kist in de hoek stond. Hij probeerde de houten planken in te trappen met zijn voet. Na een paar keer proberen was het gelukt. Hij keek in de kist en zag versleten stukken stof en kleding. Hij liep verder en wam weer een deur tegen. Hij duwde tegen de deur. De deur was open en Kilno zag een stenen trap die naar boven ging hij liep er naar toe en zag een luik. Hij maakte het luik open. Het luik ging stroef open. Hij kwam in een kamer terecht hij zag dat het luik onder een versleten tapijt was verstopt. Hij liep uit het stadhuis en liep verder. Hij liep naar het gebouw van café en restaurant VrijBlij. Er was niet meer veel van het gebouw over. Hij keek tussen het puin en vond een oud boek. Het was een oud boek met mooie tekeningen er in. Op elke pagina stond een tekening bij elke tekening stond een kleine tekst of verhaal van de tekening. Hij ondekte dat er losse vellen papier in zaten en er lag een potlood tussen het boek. Hij wilde graag ook proberen om tekeningen te maken. Hij bewaarde het boek goed en ging verder. Hij liep nu in de richting van de school. Onder weg kwam hij een vrouw tegen die hulp nodig heeft. Ze had een ernstige hoofdwond en durfde niet naar de dokter omdat ze niet genoeg Zutacx had. Kilno ging met de vrouw naar de dokter. De dokter wouw haar helpen maar ze moesten toch nog Zutacx regelen. Kilno had al een paar Zutacx gegeven zodat de dokter haar kon helpen. Kilno zocht rond en keek of hij ergens Zutacx kon regelen. Hij verkocht wat spullen die hij had verzameld en niks aan had. Hij vroeg of hij mensen kon helpen voor wat Zutacx zodat hij de vrouw kon helpen. Hij kwam bij iemand terecht kwam die even oud was als hij. Hij had hulp nodig met een boot buiten de stad. De jongen had een boot samen met een vriend buiten de stad, maar hun werden aan gevallen en moesten vluchten naar de stad. helaas kon zijn vriend niet optijd vluchten en werd hij neergeschoten. De vriend riep dat hij moest vluchten en hem achter moest laten. Hij twijfelde, maar de vriend riep.

Ga! Ga nu het nog kan! zorg voor je zelf en zorg dat je veilig bent, laat mij achter!

Hij twijfelde nog even en besloot zo hard als hij kon te rennen naar VNYG. Hij wilde de boot terug maar wilt niet alleen gaan. zijn naam bleek Gijze te zijn. Maar zijn bijnaam was Ijz. Kilno en Gijze gingen naar de boot. Toen ze bij de boot aan kwamen bleek er niemand te zijn. Ze gingen aan boord. Ze zagen nu pas waarom er niemand meer aan boord van de boot. Er was een Bezli aan boord. Een monster dat in het water voorkomt en aan land kan komen. Kilno zei.

Ijz, we schieten dat monster af!!

oké, en dan naar de haven in centrum van NYG

oké!

Ze schoten tegelijk op de Bezli. De Bezli vloog ver van hun af in het water en dreef weg. Gijze vaarde met de boot naar de haven in het centrum. Er stond een kraan en er was een pier voor boten waar hij wouw aanleggen. Ze gingen weer terug naar VNYG. op weg naar VNYG moesten ze een schuilplaats zoeken omdat het te gevaarlijk was. Ze vonden een oud schuurtje waar ze in konden slapen. Er stond een oude kast met een kapotte lamp erop en er lag een hoop oude dekens op de grond. Ze legden de dekens goed neer en gingen slapen