3. De Einstein van de nieuwe generatie

9 2 0
                                    

Vandaag is de vreselijkste dag van de zomervakantie. De dag dat je het liefst in bed blijft liggen tot de volgende vakantie en het liefst je hele leven lang in bed romans wilt lezen en deprimerende liedjes wilt luisteren. Maar wat je eigenlijk moet doen, is zorgen dat je alle spullen hebt, ervoor zorgen dat je op tijd naar bed gaat en dat je je mentaal voorbereid op de eerste schooldag. Want, je raadt het misschien al, het is de dag vóór de eerste schooldag.

En alsof dat niet al erg genoeg is, riep mijn vader mij vanuit zijn slaapkamer. Waarschijnlijk wilde hij iets weten over zwaartekracht of iets wat daar mee te maken heeft, want hij gaat er vanuit dat we echt iets leren op school. Mijn vader heeft zelf maar heel kort op school gezeten. Hij was een lastige, opstandige puber. Later heeft hij daar spijt van gekregen en heeft hij veel zelfstudie gedaan. Dat doet hij nu nog steeds en op een dag wordt hij de Einstein van de nieuwe generatie. Dat zegt hij tenminste.

Met tegenzin opende ik vanochtend de houten deur van zijn slaapkamer. Sinds we met z'n drieën wonen heeft hij een eenpersoonsbed gekocht, waardoor zijn kamer nog groter is. Boven zijn bed hangen verschillende wetenschappelijke krantenartikelen en sterrenkaarten. Bij het raam staat een mega groot bureau met pennen, potloden, papieren, linialen, twee laptops en nog meer rommel. Er staat zelfs een microscoop. En op het balkonnetje staat een telescoop.

Het enige waardoor mijn vaders kamer nog lijkt op een kamer van een vader, is de trouwfoto van hem en mijn moeder. Ik vind het fijn dat hij die nog heeft, al denk ik dat als ik hem was, ik hem allang bij het vuilnis zou hebben gedaan.

'Kom zitten.' Mijn vader klopte naast zich op het bed en terwijl ik wat bladen aan de kant schuifde, ging ik naast hem zitten.

'Brody heeft gebeld,' zei hij.

Ik probeerde zo normaal mogelijk te kijken. Brody. Hij was de vriend van mijn moeder. Ik heb hem maar één keer gezien en dat was bij de begrafenis. Waarom zou hij gebeld hebben? Hij heeft mijn moeder afgepakt.

Mijn vader merkte dat ik zweeg en hij ging verder. 'Hij zei dat er nog wat oude spullen waren van je moeder en vroeg of wij die wilden meenemen.' Mijn vader probeerde te glimlachen, maar ik zag echt wel dat hij zich nu liever bezighield zwaartekracht of de relativiteitstheorie of weet ik veel wat voor dingen. 'En hij zei dat we dan misschien een beetje kennis konden maken,' voegde hij eraan toe.

'Kennismaken?' Het lukte me niet om de toon vol afschuw te verbergen.

Wat dacht die Brody wel niet. Tot twee weken geleden wist ik niet eens dat hij bestond. Ik wist wel dat mijn moeder een nieuwe vriend had, daar was ik gewoon vanuit gegaan, maar ik wist niet wie het was of wat zijn naam was. En nu wilde hij opeens gaan kennismaken. Alsof we nieuwe buren hebben of zo. Nee, bedankt, Brody. Ik wil niks met je te maken hebben.

Maar toch sta ik hier nu. Samen met mijn vader voor een pastelkleurig huis in een wijk bij de stad. Jeffrey weigerde mee te gaan en sloot zichzelf op in zijn naar verf ruikende kamer. Ik wilde eerst ook niet, maar ik wist dat dit ook moeilijk was voor mijn vader en ik wist dat hij niet zou weigeren. Ik wilde niet dat hij er alleen voorstond.

Het is raar dat dit huis maar op 25 kilometer afstand ligt en ik er nog nooit ben geweest. Mijn moeder heeft hier dertien jaar lang gewoond. Dertien jaar! Ik word misselijk bij de gedachte dat het allemaal geheim was, alsof ik geen deel meer uitmaakte van haar leven.

Mijn vader belt aan. We horen een hond blaffen, gevolgd door wat geschuifel en even later gaat de deur open. Een lange man, gekleed in pak en een halve pot gel in zijn haar staat in de deuropening. Zijn aftershave prikt in mijn neus en zijn golden retriever staat kwispelend naast hem.

Van de hemel naar benedenWhere stories live. Discover now