47

387 37 4
                                    

'Je staat hier omdat je beschuldigt wordt van poging tot moord of ernstige mishandeling, verraad en vermenging in criminele activiteit - pleit je schuldig?'

Oops! This image does not follow our content guidelines. To continue publishing, please remove it or upload a different image.

'Je staat hier omdat je beschuldigt wordt van poging tot moord of ernstige mishandeling, verraad en vermenging in criminele activiteit - pleit je schuldig?'

Kissa kon haar oren niet geloven. De wereld was vormloos, woorden leken onwerkelijk ver weg, elk licht was te fel en alles binnenin prikkelde met pure haat, een geïrriteerd slaaptekort en een rouw die eigenlijk nergens voor nodig was.

Ze keek de Vitum aan.

'Wát?'

De vergaderkamer was groot. Kissa had er een paar keer over gehoord, maar was er nooit binnen geweest. Het was een zaal op de begane grond die ergens bij de keukens en de eetzaal lag. Twee zware houten deuren schermden de ruimte af van de buitenwereld, een glas-in-lood werk pronkte boven de enorme tafel uit en te midden van die tafel, zat Vitum Onyx.

De twee wachters achter haar voegden zich bij de rest van de ogen.

Aan de tafel zaten een paar leraren; Cornelia zat rechts van de Vitum en bekeek Kissa aandachtig, Frisken zat links en leek alles behalve vriendelijk, Olivier zat er, Herkema, Karim en een andere leraar die Kissa les had zien geven aan de hogerejaars. Mensen meenden dat hij een Hadir was en om die reden stond zijn gezicht Kissa meteen al niet aan.

Aan de wanden stonden de mensen die Kissa gisteren op het feest had gezien. Het was een tiental aan drakenjagers, krijgsmannen en één vrouw met stekende felle ogen die gek genoeg ook in een uniform was gekleed. Dagmund stond er, Gregor. Het waren ogen die haar van top tot teen bekeken en geen van die ogen leek haar te zien als persoon. Lavabo stond voor haar. Hij wendde zich nu half naar haar toe.

Zijn gezicht was toegetakeld. Hij had een gescheurde lip, een blauw oog, zijn arm zat in het verband. Zijn donkere ogen fonkelden geniepig toen hun blikken kruisten, maar die blik wist hij snel van zijn gezicht te vegen.

'Pleit je schuldig?' Vroeg de Vitum.

'Nee?' Zei Kissa, alsof dat belachelijk was.

Ze wist niet goed wat er aan de hand was. Het ene moment had ze halfslapend in haar bed gelegen, geteisterd door beelden van Sergio die bloedde, door Eir en haar tanden, door Sergio's stervende blik; het volgende moment hadden twee wachters op haar slaapkamerdeur geramd en nu stond ze hier - compleet verward.

Geroezemoes steeg op, Karim en Cornelia wisselden een blik, Dagmund snoof, Lavabo rolde met zijn ogen en de Vitum zakte slechts - uitdrukkingsloos - tegen de rugleuning van zijn stoel aan. Zijn ogen priemden zich in Kissa. Kissa kon zijn blik niet lezen; dacht hij werkelijk dat ze al deze dingen gedaan had?

'Het is belachelijk.' Zei Kissa. 'Alle beschuldigingen. Ik heb geen van die dingen gedaan en ik weet ook niet waar die verhalen vandaan komen.'

Lavabo's ogen flitsten naar haar toe en vervolgens naar de Vitum. De blik van de Vitum gleed naar Lavabo.

'Meneer Legumino?'

PerimusWhere stories live. Discover now