Hoofdstuk 10

58 7 23
                                    

Toen Slangenoog nog een gil hoorde, besloot hij niet meer achter Hagelsnor aan te rennen. "Hagelsnor, wacht!" Maar de kater was allang verdwenen in het donkere bos, opweg naar het kamp.
Slangenoog draaide zijn kop om naar de plek waar het geluid vandaan kwam. Voorzichtig liep hij vooruit. Hij verstopte zich steeds achter een bosje en sloop naar voren.
"Alsjeblieft, doe het niet!" Riep een stem die Slangenoog herkende. Hij kon er alleen niet op komen van wie de stem was. Terwijl hij zijn adem in hield, sloop Slangenoog ineengedoken naar het volgende bosje waar hij zich achter kon verstoppen.
Ik ben nu heel dichtbij, dacht Slangenoog. Hij opende zijn mond in de hoop een geur op te vangen van de kat, maar zonder succes. De jonge medicijnkat gluurde door de takken van het bosje. Een bliksemflits verlichtte de hemel. Nu kon hij het duidelijk zien: Zachtstaart lag met haar rug en werd door een grote kater tegen de grond gedrukt. Slangenoog herkende de kater niet. Wel kon hij zien dat de vacht van de kater helemaal bedekt was met modder. Zachtstaart probeerde te ontsnappen, maar de kater was te sterk. Zachtstaart keek hem angstig aan.
"Laat me gaan!" Jammerde Zachtstaart.
"Dat gaat helaas niet, je weet nu al wie de moordernaar is" mauwde de kater. Slangenoog herkende de stem meteen.
Waterloper?! Waterloper is de moordenaar! Waterloper boog zijn kop naar Zachtstaarts keel toe. Zijn scherpe tanden glinsterde in het licht van een bliksemflits. De geur van rook was nu duidelijk te ruiken.
Slangenoog sprong naar voren en botste hard tegen Waterloper aan. De Donderclancommandant vloog van Zachtstaart af en belandde met een plof op zijn zij. Hij sprong meteen weer omhoog en keek Slangenoog eerst verward aan. Toen hij de medicijnkat herkende, grijnsde hij.
"Hallo Slangenoog, wat goed dat je er ook bent. Nu kan ik twee katten in één keer vermoorden." Zachtstaart was inmiddels ook al overeind gekrabbeld. Ze zag er, net als Slangenoog, erg bang uit. Beide stonden de katten bevroren van de angst. Maar dat maakte toch niet zoveel uit, want zelfs als ze konden wegrennen, zou Waterloper veel sneller zijn en ze meteen inhalen.
"Gefeliciteerd Slangenoog, jij mag als eerst" miauwde Waterloper. Zonder dat hij het wist hield Slangenoog zijn adem in. Een stukje verderop viel er een brandende boom om. Het velle licht van het vuur deed bijna pijn aan Slangenoog's ogen.
Waterloper sprong naar voren, maar hij bereikte Slangenoog nooit. Een andere kat was midden in de lucht tegen hem aangebotst. Het was Hagelsnor.
"Dus jij was het!" Riep Hagelsnor tegen zijn vader. Beide krijgers stonden nu tegenover elkaar. Hagelsnor's staart was dik van woede en Waterloper blies naar zijn zoon.
"Ga de rest waarschuwen!" Siste Slangenoog tegen Zachtstaart. Zonder te twijfelen schoot Zachtstaart in de richting van het kamp.
Hagelsnor sprong naar Waterloper toe en krabte hem op zijn oor. Waterloper gaf Hagelsnor meteen een harde klap op zijn snuit en sprong toen omhoog. De commandant landde op Hagelsnor's rug en plantte zijn klauwen erin. Hagelsnor rolde snel op zijn rug zodat Waterloper los moest laten. Snel krabbelde Hagelsnor weer overeind en sprong omhoog, klaar om op Waterloper's rug te belanden. Waterloper sprong snel een stukje naar voren en Hagelsnor belandde achter zijn vader op de grond. De kater draaide zich om en beet in Waterloper's staart. Waterloper trok zijn staart tussen Hagelsnor's tanden uit. Er vlogen plukjes vacht door de lucht.
Slangenoog keek om zich heen. Overal waar hij keek was vuur. We komen hier nooit levend uit! Hagelsnor sprong nog net optijd opzij voor een brandende tak die uit een boom viel. Waterloper's oor bloedde hevig en de vacht op Hagelsnor's rug was rood geworden. Waterloper sprong naar Hagelsnor toe. Eerst gaf hij Hagelsnor een krab op zijn wang. Daarna dook hij naar voren en beet in zijn voorpoot. Hagelsnor trok zijn voorpoot terug en stond nu op drie poten. Waterloper gaf Hagelsnor een harde duw. De krijger landde op zijn zij op de grond er voordat hij het wist had Waterloper hem tegen de grond gedrukt.
"Je bent een goede krijger, Hagelsnor", blies Waterloper. "Helaas ben je niet goed genoeg."
"Pas op!" Riep Slangenoog. Te laat. Een enormde brandende tak viel bovenop Waterloper en Hagelsnor. "Hagelsnor!" Riep Slangenoog, maar hij kreeg geen antwoord. "Hagelsnor, kom hier heen!" Maar Hagelsnor leek verdwenen. Net als Golfstaart soms deed was hij zomaar weg. Het enige verschil tussen Golfstaart en Hagelsnor was dat Slangenoog wist dat Golfstaart altijd weer terug kwam. Van Hagelsnor kon hij het niet weten.

Warrior Cats VermoordWhere stories live. Discover now