Hoofdstuk 10

127 7 0
                                    

Zoals beloofd kwamen Crowley en Halt haar ophalen aan het eind van de middag. Ze hadden een pony meegenomen voor het meisje, dan hoefde ze niet bij iemand achterop. "Jonathan! Waar ben je?" riep Crowley. "Hier!" klonk het vanuit het huis. De Jagers stapten af, Crowley maakte de pony vast aan een paal en ze gingen naar binnen. Hun ogen moesten even aan het donker wennen. Halt keek rond, maar zag Maeve Lynn nergens. "Die is weer buiten bij Lucky," zei Jonathan voordat Halt het kon vragen. "Hoe ging het?" vroeg hij. "Jullie hadden gelijk: dat kind leert snel, heel snel." Halt keek naar zijn vriend met een blik van "Dat is toch geen antwoord op mijn vraag?" Crowley haalde zijn schouders op. Jonathan deed soms een beetje vreemd. De paardenverzorger ging hen voor naar buiten en floot schel. Meteen kwam het meisje eraan zodra ze de mannen zag. Ze straalde van geluk. "Ik kan aan die idiote uitstraling op je gezicht opmaken dat het een leuke dag was?" vroeg Halt droogjes. "Het was inderdaad leuk, ja. Totdat jij hier kwam," zei Maeve Lynn bars. Even was het stil, maar toen moesten ze allemaal lachen. "Tijd om naar huis te gaan, Lynn. Er moet nog gekookt worden en meneer hier," Crowley wees op Halt, "heeft een heel gangenmenu besteld." "Zolang het maar geen tien gangen zijn vind ik het best." Toen schoot haar iets te binnen. "Bij wie gaan we eigenlijk eten? Want mijn vader zal me ook wel willen zien, denk ik zo." "Dat regelen we straks wel," gaf Halt haar ten antwoord. Ze bedankten Jonathan voor zijn hulp en liepen naar hun paarden. Maeve Lynn bedankte hem voor de les en liep daarna naar Lucky. "En jij bedankt dat jij zo lief en braaf bent geweest vandaag. Ik kan niet wachten tot de volgende les!" Ze gaf hem een appel en wilde naar de Jagers lopen, maar ineens stopte ze. Niks te danken hoor! Zolang jij maar appels geeft ben ik het makste lammetje dat je ooit hebt gezien! Ze keek om zich heen, maar zag niemand anders in de weide staan. Ze schudde haar hoofd. Lucky was een paard en paarden praten niet, toch? Ze keek nog eens naar hem en ze zou zweren dat ze hem had zien knipogen. "Maeve Lynn! Het eten maakt zich niet vanzelf klaar!" riep Halt. Ze holde naar hem toe en klom op de pony. Deze was met een touw vastgemaakt aan Abelards leidsels. In een rustige tempo reden ze terug naar het kasteel. Maeve Lynn wilde hen dolgraag vertellen wat ze had gedaan en geleerd, maar ze besloot te wachten tot het eten. Misschien, dacht ze, mocht haar vader wel mee-eten en dan kon ze alles in een keer vertellen. Toen ze de grote zandweg opreden was het al aan het schemeren. In de lucht waren allemaal verschillende kleuren te zien, kleuren die Maeve Lynn nooit eerder waren opgevallen. Ze staarde een tijd lang omhoog. "Wat is dat mooi," fluisterde ze zacht. Halt keek ook even omhoog en daarna weer naar de weg. Crowley leek niet onder de indruk. "Ach, dit is niks bijzonders hoor. Ik heb mooiere luchten gezien dan dit." Maeve Lynn keek weer vooruit en wreef over haar pijnlijke nek. Ze wilde net ingaan op zijn opmerking toen ze een andere weg insloegen. "Het kasteel is die kant op, hoor," zei ze met haar duim naar achteren wijzend. "Er zijn meerdere wegen," antwoordde Crowley kortaf. Ze haalde haar schouders op. Op deze manier zou ze wat meer van de omgeving zien. De weg kwam haar niet bekend voor en ze zorgde dat ze elk detail opsloeg voor later. Je wist maar nooit wanneer je het nodig zou hebben. Ze sloegen linksaf en kwamen achter de heuvel terecht, een stuk verder van het kasteel verwijderd dan eerst. Ze reden in stilte naar boven, maar Maeve Lynn snapte er niks van. "Waarom al die moeite? Nu zijn we toch verder van huis? Waarom..." Ze zei niks meer maar haar mond viel open van verbazing. Ze stonden op de top van de heuvel net zoals toen Halt haar drie dagen eerder terug had gebracht. In de verte zag ze het kasteel met haar wapperende vlaggen en door de ondergaande zon leek het wel te glanzen. De kleuren in de lucht maakten het plaatje compleet. Crowley leunde voorover op zijn zadel, Halt zat nog steeds rechtop. "Ik zei toch dat dat andere niks voorstelde?" Crowley glimlachte naar haar. "Het is... Nog nooit..." Maeve Lynn kon geen woorden vinden om het te beschrijven, zo mooi was het. Ineens hoorden ze een knorrend geluid, gevolgd door nog twee knorgeluiden. "Volgens mij heeft er iemand honger," zei Maeve Lynn tegen Crowley. "Ja, dat denk ik ook. Laten we maar snel verder gaan voordat hij ons opeet!" Halt rolde met zijn ogen. "Alsof jij überhaupt te eten bent. Je grapjes zijn zo flauw als wat, dus je zal wel net zo smaken." Maeve Lynn speelde het spelletje mee. "Gelukkig hebben we een heel grote voorraad zout, dan kun je het zelf op smaak maken." Daar had Halt niets op te zeggen. Hij knoopte het touw van Maeve Lynns pony los en rolde dat vervolgens op. "Wat ga je..." Voordat ze uitgesproken was gaven de mannen hun paarden het teken om te gaan galopperen en ze stoven er vandoor. Maeve Lynn wist niet wat ze moest doen. Ze had nog niet geleerd hoe ze moest galopperen, dus gaf ze maar een harde tik in de flank om het te laten draven. Maar dit was geen Jagerspaard die prima was getraind. Dit was een pony van het kasteel en die deed niks als hij daar geen zin in had. Hoeveel ze hem ook aanspoorde, hij wilde niet lopen. Ze keek om zich heen op zoek naar een tak, toen ze een zweepje in haar zadeltas vond. Die moest Halt of Crowley er al in hebben gedaan. Ze pakte het leidsel met een hand vast en gaf een harde tik op de billen van het dier. Die ging meteen rennen en het meisje moest haar best doen om er niet vanaf te vallen. Iedere keer dat hij langzamer dreigde te gaan en niet op haar aanwijzingen reageerde, gaf ze hem een flinke tik. Abelard en Grazer waren al afgezadeld toen ze eindelijk bij de ophaalbrug kwam. Ze trok aan de leidsels en strekte ook haar benen. De pony ging over op een langzame draf en slofte uiteindelijk over de brug en de binnenplaats naar de stallen. Ze klom uit het zadel en klopte het dier op de hals. "Het ging niet helemaal je-van-het, maar we zijn er." Ze deed het zadel af en maakte het bit schoon. Ze wreef het beestje droog met stro en toen dat klaar was liep ze naar de Jagers toe. "Wat betreft het eten heeft Halt voor nu pech. De bedienden hebben al wat klaargemaakt en brengen dat over een half uur naar mijn vertrekken. In de tussentijd kun jij je opfrissen en omkleden, Lynn. Je vader komt iets later naar ons, maar dat maakt niet uit." Ze knikte dat ze het begreep en liep vervolgens naar haar kamer. Daar aangekomen waste ze zichzelf en deed haar vuile kleren in de wasmand. Haar beddengoed was al gewassen en lag weer op haar bed. Haar nachtkleding was ook weer droog, dus die kon ze weer aantrekken die nacht. Ze liep naar de kast waar ze haar kleding opborg en zocht naar een schone broek, een schoon shirt en een schoon tuniek, maar kon ze niet vinden. Ze herinnerde toen zich dat alles in de wasmand zat en dat noch haar vader noch zij tijd had gehad om het te wassen. Ze vloekte zachtjes. Dat betekende dat er niets anders opzat dan een jurk aan te trekken. Ze had een aantal jurken voor speciale gelegenheden, maar die wilde ze niet aandoen. Ze zaten te strak en ze kon er niet vrij in bewegen. Bovendien zouden ze te snel vlekken aantrekken. Na een tijdje vond ze wat ze zocht. Het was een jurk die haar moeder nog voor haar had gemaakt. Ze vreesde dat het te klein zou zijn, maar zoals altijd had haar moeder vooruit gedacht. Ze had de jurk iets langer gemaakt zodat haar dochter het zeker twee jaar kon dragen. Maeve Lynn was wat gegroeid en daarom hoefde ze nu geen riem meer te gebruiken. Ze liep naar de spiegel en bekeek zichzelf. De jurk was eenvoudig en niet heel opvallend, maar hier en daar had haar moeder er motiefjes op gemaakt. De mooiste vond ze toch de roos die op haar linkermouw was genaaid. Ze keek naar de waterklok en haastte zich om op tijd te komen voor het eten. Ze rende door de gangen op weg naar Crowleys vertrekken en kwam hijgend op adem voor zijn deur. Ze wilde net kloppen toen haar vader de deur opendeed. "Je moet niet rennen, dat is slecht voor je knie!" Ze stapte het woonvertrek binnen en keek hem vragend aan. "Ik dacht dat jij pas later zou komen?" Lyam haalde zijn schouders op. "Dat dacht ik ook, maar de vergadering was sneller afgelopen. Dat gaf me de gelegenheid om eerder aan te schuiven aan tafel bij jullie." Hij gaf haar een kus op haar hoofd en duwde haar zachtjes richting de eettafel. "Is ons prinsesje er ook?" hoorde ze vanuit de keuken. Crowley kwam met een schaal aanlopen. "Ik dacht dat de bedienden al wat hadden gemaakt?" "Dat klopt, maar niet genoeg. Dus ik heb zelf ook nog wat gemaakt." Ze bekeek hem nog eens goed. Dit was pas de eerste keer dat ze hem zonder mantel zag. Hij was een halve kop groter dan Halt, maar nog steeds kleiner dan haar vader. Hij was fors gebouwd, maar niet dik. Hij had zijn mouwen opgestroopt en ze kon duidelijk zijn armspieren zien. "Is er iets? Je bent zo stil." "Nee, er is niks." Crowley gebaarde naar de tafel. "Ik zou zeggen: ga zitten en val aan." "Eindelijk!" klonk het vanuit de hoek. Maeve Lynn schrok toen ze zag dat het Halt was. Hij had zijn mantel nog om, maar deed die nu af en hing het op een haak aan de muur. Hij ging tegenover haar zitten, naast Crowley. Haar vader kwam naast haar zitten. Toen iedereen eten op zijn bord had en het met genot op at, wendde Lyam zich tot zijn dochter. "Vertel eens wat jij vandaag hebt gedaan." Hij nam nog een hap en wachtte totdat ze haar mond leeg had. "Vanochtend moest ik om zes uur bij de stallen zijn, maar ik had me een soort van verslapen..." Halts wenkbrauw ging omhoog, maar ze deed net of ze het niet zag. "Dus toen waren zij zo aardig om me te wekken." Ze stopte even omdat ze een lachbui had gekregen. Op het moment zelf kon ze er niet om lachen, maar achteraf gezien was het wel heel komisch geweest. De jongemannen moesten ook lachen toen ze terug dachten aan die ochtend en Lyam moest glimlachen om het drietal. Hij was heel blij dat het vervelingsprobleem van zijn dochter werd aangepakt. Eigenlijk zou hij dat moeten regelen, maar door alle drukte kwam hij er niet aan toe. Hij zou hen daar later nog eens persoonlijk voor bedanken. Ondertussen vertelde Maeve Lynn van het wedstrijdje, dat ze in een boom was beland en Crowley een stoot had gegeven. Over hoe aardig Jonathan was en dat Lucky heel lief was en goed luisterde. Ze vertelde ook over haar pogingen om hem te vangen, maar dat dat op niets uitdraaide en dat ze hem uiteindelijk met een appel had weten te lokken. "Daar zouden we iets aan moeten doen," fluisterde Halt in Crowleys oor. "Tja, wat zou je willen doen? Paarden houden nou eenmaal van appels," fluisterde hij terug. Hij wachtte even en voegde toen toe: "Jagerspaarden zonder appels is net zoiets als Jagers zonder koffie. Beetje ondenkbaar, vind je niet?" Halt bromde instemmend. Maeve Lynn stopte met vertellen zodra ze zag dat ze aan het praten waren. Ze trok een wenkbrauw op en keek hen aan. "Fluisteren in gezelschap is onbeleefd." Ze mompelden een verontschuldiging en gebaarden dat ze verder kon met haar verhaal. Maeve Lynn vertelde uitgebreid wat ze had geleerd over het rijden en dat ze niet kon wachten tot de volgende lessen. De hele tijd had ze een grote lach op haar gezicht en iedereen kon zien dat ze echt had genoten van de dag. "Ik ben blij dat te horen. Hoe ziet je week er dan nu precies uit? Want doordeweeks moet je wel naar school toe, vergeet dat niet." "Maandag- en vrijdagmiddag geeft Halt me schietlessen en op woensdagochtend. Dinsdag- en donderdagmiddag heb ik rijlessen bij Jonathan en op zaterdag de hele dag. En zondag ben ik dan vrij?" Ze keek de jongemannen tegenover haar aan. "Dat klopt, zondag ben je vrij. Tussen school en je lessen moet je tijd nemen om te slapen om je knie wat rust te geven." Dat begreep ze wel. Ze zaten nog zeker een uur aan tafel en deden daarna de afwas. Dat wil zeggen, Crowley en Maeve Lynn deden de afwas. Halt schonk voor hem en Lyam een kop koffie in en ging in een comfortabele stoel bij de haard zitten. Hij legde zijn voeten over een leuning en genoot van zijn koffie. Na de afwas voegden Crowley en Maeve Lynn zich bij hen. Het werd laat en Maeve Lynn besloot om naar bed te gaan. Ze was de volgende dag wel vrij, maar er moesten nog wat dingen gedaan worden. Ze gaf haar vader een zoen en nam afscheid van Halt en Crowley. Toen ze de deur had dichtgedaan, bleef het een tijdje stil. De mannen keken naar het vuur en dronken van hun koffie. Lyam zocht naar woorden om zijn vrienden te bedanken, maar Crowley was hem voor. "Je hoeft ons niet te bedanken, echt niet. Vrienden helpen elkaar, niet waar?" "Jawel, maar het is niet goed dat ik te weinig tijd heb om mijn dochter op te voeden en dat jullie dat dan overnemen. Het is dat ik zoveel vergaderingen en andere afspraken heb, anders kon ik er meer voor haar zijn." Hij zweeg even. "Sinds de dood van Rosalinde heb ik te weinig aandacht aan haar geschonken en dat werd bijna haar dood! Als we nou samen dat bos hadden verkend dan was ze niet aangevallen door die poema." Een groot schuldgevoel rustte op hem. Halt legde een hand op Lyams schouder. "Het is niet jouw schuld Lyam. Het is goed dat je er wil zijn voor je dochter, maar vergeet ook niet aan jezelf te denken. Je bent nog geen jaar geleden je vrouw, zoon en thuis kwijt-geraakt. Dat is niet niks! Je doet erg je best met je werk en dat doe je goed, maar je mag best een avond vrijmaken om te rouwen en de gebeurtenissen te verwerken. Praat ook met Maeve Lynn, want zij zal er ook mee zitten. Toen ik haar had gered van die poema had ze twee nachtmerries: de eerste ging over de poema, maar de tweede was heftiger." Hij hield even zijn mond om de woorden te laten bezinken. Lyam zei niks, maar luisterde wel aandachtig. Halt ging verder. "Probeer leuke dingen te doen met haar, al is het maar heel klein zoals een wandeling en een picknick, maar probeer langzaamaan verder te gaan met leven. Wat er is gebeurd is verschrikkelijk en dat mag je niet wegstoppen en vergeten, maar je moet het wel een plekje geven en weer verder gaan." Lyam keek hem dankbaar aan en pakte Halts hand op zijn schouder vast. "En mocht je behoefte hebben aan een gesprek, aarzel dan niet om langs te komen," zei Crowley. "Als je een moment rust wil hebben overdag mag je Maeve Lynn gerust langsbrengen. Dat is echt geen probleem." Halt haalde zijn hand van Lyams schouder. "Binnen dit kasteel heb ik veel nieuwe vrienden gemaakt, maar jullie twee zijn veruit de beste." Hij glimlachte hem vriendelijk toe en zag dat Halt hem vragend aankeek. "Zijn wij vrienden dan?" Crowley wilde hem net een stoot geven, maar zag dat Lyam er hartelijk om kon lachen. Toen herinnerde hij zich dat die twee elkaar al sinds hun tienerjaren kenden. "Ik hoop het wel, al hebben we flink wat jaren in te halen." "Wil je nu suggereren dat ik oud ben? Je hebt het wel tegen een kroonprins meneertje." "Vergeef me, uwe hoogheid, maar dat waren toch echt uw woorden en niet de mijne." De Hiberniërs moesten alle twee lachen en Crowley keek verwonderd naar hen. Wie had ooit gedacht dat de kroonprins van Clonmel en zijn paleiswacht elkaar na al die jaren weer zouden terugzien in Araluen? Vaak was er een beleefde relatie tussen die twee, maar Halt en Lyam waren duidelijk een uitzondering. Hij keek naar de waterklok en zag dat het al middernacht was. Maeve Lynn was dan wel vrij, maar hij moest de volgende dag nog werken. "Ik wil niet onbeleefd zijn, maar ik schop jullie vriendelijk mijn vertrekken uit. Ik moet morgen nog een hoop doen." Lyam veegde zijn arm de tranen uit zijn ogen en stond op. Halt keek zijn vriend beledigend aan. "Zeg, ik slaap hier hoor." Crowley lachte hem toe. "Natuurlijk, uwe hoogheid, hoe kon ik dat nou vergeten? Als u mij zou willen volgen dan begeleid ik u naar uw kamer," zei hij zoetsappig en maakte een overdreven buiging. Halt stond op en gaf zijn collega een venijnige stoot in zijn ribbenkast, precies op de plek waar Maeve Lynn hem ook al had geraakt. Crowley plofte als een zak aardappelen in elkaar en Lyam kwam niet meer bij van het lachen. "Dit is dus precies de reden waarom ik niet wil hebben dat iemand van mijn achtergrond weet," mopperde Halt. Hij hielp Crowley overeind en bracht hem naar zijn kamer. Lyam ging naar zijn eigen vertrekken en eenmaal daar keek hij bij zijn dochter. Ze sliep rustig en hij ging stilletjes bij haar bed staan. Op het nachtkastje legde hij een briefje neer. Hij moest de volgende dag weer werken en daar baalde hij van. Hij besloot de volgende dag een vaste vrije dag te vragen om tijd door te brengen met zijn dochter. Halt had, zoals gewoonlijk, gelijk gehad en hij wilde diens advies dan ook graag opvolgen.


---------------------

Bijna een week later dan gehoopt, maar hier is toch een nieuw hoofdstuk! Door werk lukte het me niet om te updaten, vandaar dat ik het nu doe :) 

Ranger_wolf21

De Grijze Jager: Een nieuw begin (GAAT HERSCHREVEN WORDEN)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu