4

2.8K 108 7
                                    

N A Y L A A D A I R

Ik kijk Lucia en Julian aan. Ze zitten te bekvechten, nadat Lucia, Julian zijn mond gesnoerd had. Het is duidelijk dat ze soulmates zijn, de manier hoe ze ruzie maken met elkaar is perfect.

Mijn moeder heeft dit goed gedaan, ik ben trots op haar. Maar toch vraag ik mij af, heeft ze iemand voor mij gekozen?

"Klaar nu!" roept Lucia. Julian kijkt haar nors aan en mompelt wat binnensmondse woorden. Lucia kijkt hem enkel nog aan en richt zich dan op mij.

"Nayla, het begint al best laat te worden. Probeer maar te slapen, dan zien we je morgen weer," zegt Lucia. Ik knik enkel en kijk even om mij heen.

"Dit is mijn kamer, geen zorgen. Ik slaap vannacht in Julian's kamer," zegt ze. Dankbaar kijk ik haar aan.

Lucia en Julian verlaten de kamer en doen de deur dicht. Ik trap mijn schoenen uit en kruip onder de dekens. Kort zucht ik en sluit mijn ogen.

Ik moet hier weg. Whiteside pack is behoorlijk ver weg van de mensen stad, dus dat wordt rennen. Lang rennen.

V O L G E N D E D A G

Vermoeid open ik mijn ogen. Ik ben nog steeds in de zelfde kamer, maar er is nog niemand geweest. Misschien is dit mijn kans om weg te gaan, maar ik moet het bos ontwijken.

Daar zijn de Zoekende. Ze zullen mij sowieso controleren, dus moet ik oppassen. Er zal wel een route zijn, die om het bos heen gaat. Hoe is Julian anders met mij hier gekomen? De Zoekende zouden hem sowieso staande houden.

De deken sla ik van mij af en trek gelijk mijn schoenen aan. Voorzichtig loop ik naar de deur en open hem. Een lange gang komt in zicht, meerdere deuren aan elke kant. Waarom zou je zoveel kamers hebben?

Laat ik maar op mijn gevoel afgaan en gewoon rechtdoor lopen.

Helemaal aan het einde van de gang, zijn er weer twee gangen. De ene gaat naar links, de andere gaat naar rechts. Met een twijfelend gevoel, loop ik naar links. Uiteindelijk zie ik een grote trap, die in het rond loopt. Dit zal het moeten zijn.

Met snelle passen loop ik de trap af, maar blijf abrupt stil staan als ik stemmen hoor.

"..bedoel je, je hebt een andere Rogue binnen gehaald?" De stem klinkt knorrig.

"Ze is bijzonder, dat weet ik zeker," Dat is Julian. Spreekt hij met een Alfa, of zo?

"Laat haar eerst zien, dan beoordeel ik zelf wel," zegt de knorrige man. Shit, ik moet hier snel weg komen.

De Maanwolf kan sneller rennen, dan normale weerwolven. Dus misschien dat ze mij niet opmerken.

Het einde van de trap zie ik, met recht daarvoor een andere gang. De voetstappen van Julian en de onbekende persoon, komen dichterbij. Op bovennatuurlijke snelheid, ren ik de trap af, direct de gang in.

Mijn ademhaling probeer ik onder controle te houden. Zodra ik Julian en meneer knorrig de trap op zie lopen, ga ik opzoek naar de voordeur.

Ik sta in een soort grote hal, waar het wel toch. Rechts is er een grote opening, dat lijdt naar een woonkamer volgens mij. Dus dan zal ik wel links moeten.

Voorzichtig loop ik door het huis heen, elke hoek die ik tegenkom, kijk ik weer langs. Zodra ik ook maar iets hoor kraken, verstop ik mij snel weer.

Daar, dat is de voordeur!

Ik ren er naartoe en open hem.

"Nayla?" Nee, nee, nee! Dat is Lucia!

Ik kijk haar enkel kort aan, maar ren dan naar buiten.

"Hey, wacht!" roept Lucia nog. "Julian! Ze is buiten!"

Ik blijf rennen, iedereen kijkt mij raar aan, maar het boeit mij nu niet. Ik moet in de mensen stad komen.

Ineens laat iets mij struikelen, waardoor ik met een harde klap op de grond val. Ik kreun van de pijn en draai mij op mijn rug.

"Je rent verdomde snel voor een weerwolf," hijgt Julian. Met grote ogen kijk ik hem aan. Ik trap met mijn voet in zijn buik, waardoor hij voorover klapt.

Een boze grom krijg ik als reactie, twee goud gekleurde ogen kijken mij boos aan. Ik wil nog een keer trappen, maar hij grijpt mijn enkel vast.

"Waag het," sist hij. Mijn been trek ik naar mij toe, waardoor hij dichterbij komt, en haal dan uit met mijn vuist. Zijn grip rond mijn enkel wordt minder en kreunend valt hij naast mij.

Ik sta op en ren verder, richting de grens.

Voetstappen achter mij, verraden dat iemand mij volgt. Nog voor ik achterom kan kijken, voel ik een stekende pijn in mijn hoofd.

De wereld begint te dollen en sterretjes komen in mijn zicht.

Opnieuw, val ik op de grond.

In de duisternis.

The Lost WolfOnde histórias criam vida. Descubra agora