Hoofdstuk 5 - Madelyn

119 15 30
                                    

Het was een kort briefje geweest dat in de brievenbus had gezeten. Een briefje van hetzelfde formaat en getypt in hetzelfde lettertype als de briefjes die bij haar geheimzinnig cadeau hadden gezeten.

19:00 morgen, plein van de eerste moord, doe het pak aan, had erop gestaan. Dat zou ze niet snel vergeten.

Terwijl haar hart een slag had overgeslagen, had ze het kaartje in haar zak gestoken, om het in haar appartement te versnipperen en weg te gooien. Het plein van de eerste moord, daar kwam niemand meer sinds die bewuste moord, de eerste keer in de geschiedenis dat een mutant een niet-mutant doelbewust had gedood. Als Madelyn zou gaan zouden er geen getuigen zijn. Niet dat ze er ook maar over twijfelde om de instructies te volgen. Dat was vragen om problemen.

Ze stuurde Rowan een berichtje. Raine kon ze er niet over vertellen, die had zo al genoeg problemen. Het duurde maar enkele seconden voor haar beste vriend haar bericht beantwoordde met: Ik ben onderweg.

Toen Rowan aanbelde, stond Maddie te kijken naar de kartonnen doos met het pak in die ze op de salontafel gezet had. Ze wilde weten of ze misschien nog aanwijzingen gemist had over de identiteit van de ontvanger.

Snel drukte ze op de knop bij de muur die haar beste vriend het gebouw in zou laten en haalde ze haar deur van het slot, zodat hij ook zonder hulp binnen zou kunnen. Vervolgens ging ze weer bij de doos staan.

Het was bijna een obsessie geworden, in die paar dagen die waren verstreken. Ze had gedacht dat ze het kon vergeten, als ze het mysterieuze pakje gewoon ergens wegstak, hoefde ze er niet steeds aan te denken, maar zo simpel was het niet. Iedere avond, dat waren er nu al drie, opende ze minstens haar kastdeur om te kijken of het er nog lag, soms haalde ze de doos er dan uit, soms haalde ze daarna ook het pak er nog uit. Dat deed ze nu ook.

Eerst de helm. Het had nog steeds de vorm van een drakenhoofd, dat was niet op miraculeuze wijze veranderd.  Ze draaide het ding om, stak haar hand erin om de zachte binnenbekleding te kunnen voelen. Haar hand stuitte ook op iets anders, of beter, twee andere dingen... twee leren handschoenen, zwart maar met een blauwe schijn. Net toen ze haar handen erin wilde steken, zwaaide de deur open en kwam Rowan binnenlopen. Een diepe frons maakte zijn gelaat ernstig.

Toen hij opzij keek, gleed haar blik naar zijn op gehouden hand. Tussen wijs- en middelvinger hield hij een wit kaartje. Meteen herkende ze het formaat, de precieze kleur.

Madelyn sprong over de zetel, bleef bijna hangen met haar voet, maar wist op wonderbaarlijke manier haar evenwicht te bewaren en heel bij hem te geraken. 'Waar heb je dat vandaan?'

'Er waren vlak voor mijn neus twee mensen tegen elkaar gebotst, net voor het gebouw hier. Eén van de mannen had een hoed aan, die viel voor mijn voeten, dus ik heb hem opgeraapt. Het briefje zat erin.' Hij haalde zijn schouders op, blik nog steeds ernstig.

'Wat zeiden de mannen erover? Hebben ze er iets mee te maken, denk je? Wonen ze in dit gebouw, in deze gang?' Maddie beet op haar lip en plooide één voor één haar vingers, over en over.

Rowan zuchtte en schudde zijn hoofd. Vervolgens zei hij, terwijl hij met zijn vingers over zijn gesloten oogleden wreef: 'De man zonder hoed was al weg toen ik me naar hem toe had gedraaid, de man met de hoed had geen flauw benul wat het briefje betekende. Er staat ook niet veel op.'

Ze wachtte niet langer en plukte het briefje uit zijn hand.

2. 19:00 morgen, plein van de eerste moord, pak aan, we weten waar je zusje woont x

Madelyns wenkbrauwen schoten de lucht in. Ze greep naar haar telefoon op de tafel, maar raakte niets dan lucht. Na even nadenkend in het rond te hebben gekeken, besefte ze dat ze hem in het stopcontact had gestoken. Ze haastte zich naar de kast en tikte blindelings het nummer van de vaste telefoon van haar vader in.

Over Macht en MenselijkheidWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu