Hoofdstuk 8

16 2 3
                                    

Damian

Ik kijk naar Elise die Clay in haar armen heeft terwijl ze hem de fles geeft. Ik smelt bij het aanzicht. Op een dag zullen Elise en ik onze eigen kind hebben. Een mini van ons samen.

"Dus, wie is die Lucifer of Lucian precies?" Vraagt Luca aan Ruben die aan het ijsberen is. "Het is..." Ruben staat stil en kijkt naar ons. "Het zijn verhalen... Je weet wel, van die ik heb vriend gehoord die het van een neef heeft gehoord verhalen." Zegt Ruben en gaat met zijn hand door zijn haren. "Wat voor verhalen?" Vraag ik en doe mijn armen over elkaar. "Hij heet Lucian maar veel mensen noemen hem Lucifer omdat ze geloven dat hij uit hel komt. Hij is een belangrijke zaken man. Maar de dingen waarmee hij onderhandelt...Blackmail, beveiliging, mensenhandel...." Bij het laaste woord lijkt iedereen zijn adem even kwijt te raken. "Hij heeft macht. Heel veel macht. Je wilt gewoon niet in zijn weg staan. Je wilt niet dat jouw naam op zijn radar komt. Er zijn genoeg verhalen dat er mensen zijn vermoord door hem. Maar geen enkel bewijs. Vaak komt het uit dat zijn aangevallen door een wild dier." "Een wolf." Zegt Luca. Ruben kijkt naar hem en knikt zacht. "Toen mijn ouders..." Hij kijkt naar Elise. "Onze ouders, waren vermoord. Dacht ik eerst dat hij er mee te maken had." Elise kijkt schuldig weg. Ik streel met mijn vingers op haar onderrug in de hoop dat ze daardoor beter voelt.

"Maar waarom zou Robin opeens intresse in die man hebben? Waarom nu?" Vraagt Luca en kijkt naar mij. "En waarom waren die mannen in het bos opzoek naar haar. Horen zij bij die die Lucian?" Ik kijk naar een lege plek op de muur en probeer een antwoord te vinden. Robin is een zelfstandige vrouw die zich niet... Niet meer... Laat vertellen wat ze moet doen. Als er iets zou gebeuren met mij en Elise dan weet ik dat zij Alfa zou worden. Misschien, ooit, creëert ze haar eigen roedel. "Er is iets goed mis met die Lucian." Zeg ik en kijk naar Luca. "Zijn geur..." Hij kijkt even naar Elise die het lege flesje neer zet en Clay tegen haar schouder aan legt om hem te laten boeren. Ze beweegt een beetje op en neer. Geen idee of dat de bedoeling is. Ik weet niet hoeveel verstand Elise met baby's heeft.

"Jij bent voor ons een godin." Zegt Luca tegen haar. Elise kijkt hem aan. "En hij rook als de duivel." Meteen verstijfd Elise en de kleur uit haar gezicht verdwijnt. "Wat..." Zegt ze zo zachtjes alsof half verlamd is. "We...roken Robin. En bij haar was een andere geur..." Luca trilt kort. "Als de duivel een geur had dan zou het zo zijn." Elise blijft stil naar hem kijken en Clay maakt een klein geluidje. Maar Elise lijkt het niet te merken. Snel gaat Ruben staan en neemt Clay van haar over. "Elise, wat is er?" Vraag ik streel haar weer. Haar ogen gaan naar die van mij. "Mijn moeder... Er was iets mis. Alsof de andere goden tegen haar praten. Ze leek angstig en ze zij dat er mis was. Dat er balans is verstoord.... De duivel...." "Hij bestaat echt?" Vraagt Luca er door heen. Ik kijk hem door dringend aan dat hij haar  uit moet laat praten en kijk dan weer naar Elise.

"Wat als Robin ook achter is gekomen dat er iets mis is. Net zoals mijn moeder. Dat ze in de stad hem tegen kwam of iets. Ze was lijkbleek toen ze terug kwam. Het kan geen toeval zijn. Er is toen iets gebeurd." Ze slikt en gaat met haar handen over haar haren. Ik schud mijn hoofd. "De duivel of niet. Niemand komt aan mijn kleine zusje behalve Ruben."Ik kijk naar hem.  "Waar kan ik die Lucian vinden?" Ruben kijkt naar mij. "Ik weet het niet precies. Hij zou in bezit zijn van verschillende kantoren. Ik zou het rond kunnen vragen in de stad... Maar..." Hij kijkt naar mijn neefje die met stralende oogjes om zich heen kijkt. "Nee. Jij moet hier blijven. Ik en Luca gaan de stad wel weer in." "Ik ga mee." Zegt Elise. "Nee." Reageer ik en kijk naar haar. Ze fronst. "Als die Lucien echt een soort duivel is dan wil ik dat je uit zijn buurt blijft." "Robin is Mijn beta." "Dat weet ik. Maar ik moet je veilig hebben." Ik ga dichter bij haar staan en leg mijn hand op haar wang. "Je weet dat ik alles met je samen wilt doen. Maar onze verantwoordelijkheid ligt bij onze roedel. Zij hebben ons ook nodig. Ik wil dat je hier blijft. Bij hun. Bij Ruben en Clay." Ze slaat haar ogen neer en knikt zacht. Ik streel met mijn vingers naar haar kin en duw die zachtjes om hoog zodat ik in haar mooie ogen kan kijken. "Ik hou van jou." "Ik ook van jou." Zegt ze en we geven elkaar een kus. Dan draai ik mij om naar Ruben. "Let op elkaar. En als er iets is laat het meteen weten. Zodra wij meer informatie hebben laten wij het weten." Ruben knikt.

The boy of darkWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu