Hoofdstuk 13

3.7K 127 11
                                    

Aiden

De week in Nederland was snel voorbij gegaan. Sophie had me de hele stad laten zien. Ik vond Amsterdam geweldig en ik zou zeker ooit nog eens terug gaan.

Sophie moest huilen toen we weggingen. Ze wist dat ze haar familie jaren niet meer zou zien. 

 Op het vliegveld moest ik haar zowat uit de auto sleuren.

'Kom Sophie, hoe langer je hier blijft hoe erger het wordt' zei ik.

Ze gaf haar stiefvader snel een laatste knuffel en stapte toen de auto uit. Haar stiefvader zwaaide naar ons en reed weg.

Ik pakte Sophie's hand en sleurde haar met me mee naar de incheckbalie.

'Ik ga ze zo erg missen' zei Sophie toen we in de rij stonden om in te checken.

'Dat snap ik' zei ik.

We legde onze koffers op de lopende band en lieten de vrouw achter de balie onze paspoorten zien en onze vliegtickets. We kregen onze spullen weer terug en gingen uit de rij. We liepen naar de douane.

'Ben je ooit zonder je ouders op vakantie geweest?' vroeg Sophie toen we bij de douane waren.

'Dit is de eerste keer' zei ik.

'Heb je ze gemist?'

'Valt wel mee. Ik voel me zelfstandig als ik zonder hun ergens naartoe ga.'

Sophie glimlachte lief naar me. Ik had de neiging om haar naar me toe te trekken en haar te zoenen, maar er waren veel mensen om ons heen en die zouden ons raar aankijken.

Ik gaf haar snel een kus.

Na de douane gingen we naar een restaurantje een broodje eten.

Na het eten was het tijd om naar onze terminal te gaan. We waren aan het wachten tot we in het vliegtuig mochten gaan toen Sophie me opeens zoende. Ik had het niet verwacht.


Sophie

Ik zoende hem. Ik weet zelf niet eens waarom. Misschien kwam het door de manier hoe hij stond of hoe hij naar mensen kijkt of door hoe hij naar mij keek. Ik wilde hem op dat moment zoenen en ik deed het gewoon.

Aiden was geschrokken, daardoor zoende hij niet meteen terug. Maar hij herstelde zich snel.

Ik glimlachte tegen zijn lippen aan. Ik maakte me van hem los.

'Waar wat was dat goed voor?' vroeg hij verbaasd.

Ik glimlachte naar hem. 'Ik wilde je gewoon even zoenen.'

Aiden schudde zijn hoofd en legde zijn arm om mijn schouders. 'Jij bent een rare.'

Ik moest lachen. 'Dat weet ik toch.' 

Aiden trok me dichter tegen zich aan.

Na een tijdje mochten we eindelijk naar het vliegtuig. 

Ik zat naast het raam en Aiden zat naast me. 

Ik kroop tegen Aiden aan toen we aan het vliegen waren. Het zouden een lange 14 uur worden, dus waarom het niet gezellig maken.

Ik viel al snel in slaap.

~~~~

'Hoe was het in Nederland?' vroeg mijn vader toen ik weer thuis was.

'Het was leuk. Het was goed om iedereen weer te zien' zei ik gapend.

'Hoe gaat het met je moeder?' vroeg mijn vader voorzichtig.

'Het gaat goed met haar, ze is gelukkig.'

The American Bad BoyWhere stories live. Discover now