Hoofdstuk 19. Er is niks gebeurd

59 21 30
                                    

Die maandag durfde Matt niet naar school te gaan.

Hij zag er niet uit.

Hij zat onder de blauwe plekken.

Het maakte niet uit hoe hij zich bewoog, overal deed het pijn.

Het liefst zou Matt in zijn bed willen liggen, maar hij wilde ook niet thuis zijn.

Thuis, met zijn ouders.

En dus ging Matt naar school.

Zodra hij bij zijn kluisje aankwam, werd hij benaderd door Elijah.

Matt had de jongen genegeerd op app, omdat hij geen behoefte had aan hem.

Maar Elijah had blijkbaar wel behoefte aan Matt.

'Hey Matt!'

Met een glimlach op zijn gezicht kwam Elijah naar Matt toe gejogd.

Maar toen Elijah een hand op Matt zijn schouder legde, krimpte Matt ineen bij de aanraking.

Dat deed pijn.

Matt schoot onder Elijah's hand vandaan en verward keek de jongen naar Matt.

Maar toen zag Elijah de grote blauwe plek op zijn wang.

'Oh! Wat is er gebeurd!'

Voorzichtig legt Elijah zijn hand op Matt zijn wang en merkt op dat het wel heel erg lijkt op een handafdruk.

Elijah fronst.

Zodra Matt dit ziet, schuifelt hij bij Elijah weg zodat de hand van Elijah van Matt zijn wang afvalt.

'Er is niks gebeurd.'

En toen ging de bel en verdween Matt in de overvolle gangen.

VliegWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu