Verbaasd keek tante Liza Matt aan.
Matt wist dat zijn familie dacht dat hij de kinderbescherming heeft gebeld.
Maar waarom zou hij?
Hij heeft helemaal geen zin in dat soort gedoe.
Teveel moeite.
'Lieg niet tegen me.'
De moeder van Matt geloofde haar zoon niet.
En het was logisch.
Want Matt had al zo vaak tegen zijn moeder gelogen dat het een wonder zou zijn als hij de waarheid sprak.
'Ik meen het. Waarschijnlijk hebben buren of iemand van school gebeld.'
De vader van Matt keek opgelucht naar zijn zoon.
Nu hadden de twee vrouwen geen reden meer om verder te bekvechten.
De lafaard.
Als zijn vader dapper was geweest dan was hij tussen de twee vrouwen gesprongen en had hen tegengehouden.
Maar inplaats daarvan stond hij de gehele tijd als een zielige puppy toe te kijken.
Want hij was bang dat als hij zijn vrouw en zus zou tegenhouden, dat zijn vrouw hem de oren van het hoofd zou af schreeuwen.
En Matt begrijpt het op zich wel.
Maar aan de ene kant toch ook weer niet.
Waarom zou je bij je vrouw blijven en haar steunen als je bang voor haar bent?
