Vier

476 14 4
                                    

De zon scheen door de lamellen op Jasmijns kantoor. Ze was druk bezig op haar computer toen ze een klop op de deur hoorde. 

"Binnen," zei ze terwijl ze opkeek vanaf haar rapport, dat ze aan het lezen was. 

De afgelopen dagen had Jasmijn elke dag gewerkt op haar kantoor. Naast Justin had ze nog drie andere klanten en vandaag zou Justin weer langskomen. Maar het was nog veel te vroeg, en daarom was Jasmijn best verbaasd geweest. 

"Hey," het was Justin die binnen kwam lopen. 

"Je bent vroeg," merkte Jasmijn op. 

De jongen knikte. "Sorry." 

Jasmijn sloeg het rapport dicht. Wat ze aan het lezen was mocht niemand anders dan zij en degene waarvan het was zien. Beroepsgeheim. 

"Maakt niet uit," zei Jasmijn. "Ga zitten. Wil je wat drinken?" 

Justin haalde zijn schouders op. "Wat heb je?" 

"Thee, koffie, chocolademelk.." 

Justin onderbrak haar. "Doe maar koffie." 

Jasmijn knikte en stond op om naar het koffieautomaat te lopen. Ze liet Justin achter in haar kantoor. De afgelopen dagen had Jasmijn, tot haar verbazing, best vaak aan Justin gedacht. Ze betrapte zichzelf erop dat ze meer aan Justin dacht dan aan Jorik. Jorik was druk de afgelopen dagen, drukker dan normaal. 

Aangekomen bij het automaat schonk Jasmijn twee plastic bekertjes koffie in. Onhandig liep ze naar haar kantoor terug. 

"Dus," zei ze tegen Justin toen ze het plastic bekertje voor hem neerzette. "Hoe is het ermee?" 

Ze ging tegenover hem zitten en nam een slokje van haar veel te hete koffie. 

"Au!" riep ze toen ze haar mond verbrande. 

Justin begon te lachen. "Je bent geen haar veranderd," merkte hij op. 

Jij ook niet, dacht Jasmijn erachteraan. Het was waar, Justin zag er nog precies zo uit als de jongen waar ze jaren geleden voor gevallen was. Ze kleurde rood bij de gedachte. Justin was haar klant en daarnaast had hij haar heel veel pijn gedaan. Dat mocht ze niet vergeten! 

"Mijn trainingen gaan beter," veranderde Justin van onderwerp. Jasmijn was er blij mee. "Ik weet niet wat er is maar ik voel me ineens veel beter." 

Jasmijn knikte. "Dat is mooi." 

Justin vertelde verder en Jasmijn luisterde. Ze was zijn psycholoog, wat moest ze anders.. 

"Jasmijn?" vroeg Justin toen ze eigenlijk klaar waren. "Ik heb een vraag voor je en je moet me beloven dat je niet boos wordt.." 

Jasmijn keek hem even verbaasd aan. "Hoe bedoel je?" 

Justin haalde zijn schouders op. "Ik weet niet. Maar beloof het!" 

"Oke, oke," Jasmijn keek hem even aan.

Hij zag er enorm onzeker uit. Zijn gezicht stond erg serieus. 

"Jasmijn, wil je morgen samen met mij uit eten? Gewoon als vrienden, om wat bij te kletsen." 

Ze keek hem verbaasd aan. Vroeg Justin haar nu uit? Hij had haar zoveel pijn gedaan en hij vroeg haar nu uit? Jasmijn keek recht in zijn ogen en zag de twee ogen haar bijna smeken. Hij was wel vreemd gegaan, schoot door haar hoofd. En waarom zou hij dat niet opnieuw doen? Kon Jasmijn wel vrienden zijn met Justin? Maar dat was niet de gedachte die won. 

"Ja is goed," glimlachte het meisje naar de voetballer. 

Een brede glimlach verscheen op het gezicht van Justin. "Hoelaat ben je klaar met werken? Dan haal ik je op.." 

De volgende dag ging snel voorbij en voordat Jasmijn het wist was het aan het einde van de dag. Ze had veel nagedacht over wat er die dag ervoor gebeurt was. Kon ze Justin wel vertrouwn? Duizenden vragen hadden haar gedachten gepasseerd. Maar toch stond ze daar, voor het grote gebouw te wachten op Justin. 

Zo snel als ze de grote rode auto zag verschijnen dacht ze weer terug aan vroeger. Hij had nog dezelfde auto.. De auto stopte voor haar voeten en het raampje ging open. 

"Stap in," zei Justin, die een kleine glimlach op zijn gezicht had. Hij zag er goed uit, dat moest Jasmijn toegeven. Maar ze had een vriendje en Justin was niet te vertrouwen. 

Jasmijn opende de deur en ging naast Justin in de bijrijdersstoel zitten. 

"Hoe was het op je werk?" vroeg Justin aan haar. Hij startte zijn auto weer en begon te rijden. 

Jasmijn haalde haar schouders op. "Een gewone dag. Heb veel gelezen enzo."

Justin knikte. "Ik ben vandaag weer wezen trainen. De coach zei dat ik in de basis mocht staan als ik zo doorging." 

Even keek Jasmijn naar Justin. Terwijl hij aan het vertellen was had hij een enorme glimlach op zijn gezicht. Ze kon goed zien dat voetbal echt zijn leven was. 

"Ik ben blij voor je," glimlachte Jasmijn. Ze leunde met haar hoofd tegen het autoraam. 

"Dankje," zei Justin terwijl hij de auto parkeerde. "We zijn er." 

Justin stapte uit en liep om de auto heen op de deur voor Jasmijn te openen. Dat was hij in ieder geval niet verloren. Ze waren bij een klein restaurantje dicht bij het strand. Het was inmiddels al avond geworden en de zon stond laag aan de lucht. Jasmijn vond het er allemaal maar romantisch uitzien. Wat was ze hier graag met Jorik geweest, gewoon alleen maar omdat ze dan samen met hem hand in hand over het strand zou kunnen lopen. 

"Laten we naar binnen gaan," zei Justin die Jasmijn naar het uitzicht zag staren. "Misschien kunnen we zo een strandwandeling maken?"

Jasmijn haalde haar schouders op. Ze wilde dolgraag maar Justin was niet de goede persoon. 

De twee gingen aan een tafeltje zitten en bestelden wat te eten. 

"Hoe gaat het met Daniël?" vroeg Justin, zomaar uit het niets. 

Jasmijn begon te lachen als ze dacht aan de jongen. "Hij is vorig jaar getrouwd met zijn vriendje, Marvin, en ze wonen nu in een appartement aan de gracht samen met hun hond." 

"Perfect," glimlachte Justin. "Ik zou ook graag in Amsterdam willen wonen later." 

Jasmijn knikte. "Ik ook. In zo'n mooi huis aan de gracht." 

De twee fantaseerden door over hun droomhuis tot hun eten geserveerd werd. Jasmijn werd rood toen ze zag wat ze had besteld. Ze was allergisch voor noten maar ze wilde Justin niet kwetsen. Hij had het namelijk voor haar besteld en ook betaald. Daarom begon ze maar langzaam met eten. 

"Gaat het wel?" vroeg Justin na een poosje. "Je ziet zo wit als een doek." 

Justin had gelijk. Jasmijn voelde zich vreselijk beroerd. Ineens voelde ze het gevoel opkomen dat ze moest overgeven. Ze schudde haar hoofd en keek om zich heen. Gelukkig was de toilet dichtbij. Vluchtig stond ze op en net op tijd hing ze met haar hoofd boven de toilet. 

Tranen stonden in haar ogen toen ze een paar minuten later voor de spiegel stond. Justin klopte op de deur. 

"Jas!" riep hij bezorgd. "Gaat het wel?" 

Met een toilet papier wreef Jasmijn onder haar ogen om de overtollige mascara weg te krijgen. Op dit moment had ze Justins medelijden even niet nodig. Ze wist dat als hij zijn armen om haar heen zou slaan ze meteen over zou zijn en dat wilde ze niet. 

"Jas! Alsjeblieft reageer!" 

Jasmijn opende de deur. "Ik wil naar huis.." 


Barcelona // J. KluivertWhere stories live. Discover now