proloog

17 4 0
                                    

Een grote groep katten sloop door de struiken, de meeste waren geen clankatten. Ze werden naar het BliksemClankamp geleid. Een kleine grijze kater stond voor een gat in het dichte struikgewas. "Welkom" Zij hij. Hij draaide zich om en wenkte de grote groep katten met zijn staart. "Ik dacht dat de clans groot en sterk waren." Fluisterde een van de katten die nieuw waren in het kamp. "Ooit was de BliksemClan een grote, sterke clan, maar bladkaal is dit jaar veel te lang gebleven en het vroor harder dan ooit. We zijn veel katten verloren aan groenhoest en aan oorlogen omdat de andere clans dit als een kans zagen om ons territorium in te pikken." Legde de kater uit. "Jullie mogen nog teruggaan, niemand zal het jullie kwalijk nemen als je dit leven niet wilt lijden." Zij de kater. Niemand van de nieuwelingen draaiden zich om om weg te gaan. Toen de maan tevoorschijn kwam zag je dat er minder volwassen katten waren dan kittens. "Goed dan."Zij de kleine kater en liep een grot in om later weer boven te komen op een platte rots waar je uitzicht had over het hele kamp. "Laat alle katten die oud genoeg zijn om hun eigen prooi te vangen naar de groterots toe komen!" Zij de kleine kater zo hard als hij kon. Magere gestaltes glipten uit hun schuilplaats en liepen door de schaduwen naar de open, maanverlichte plek toe. Niet eens bezorgd over de nieuwelingen in het kamp. "Iedereen hier weet hoe slecht het gaat met de BliksemClan, we hebben nouwelijks katten meer in onze clan. Ieder van ons heeft er mee ingestemd om buitenstaanders in onze clan op te nemen zodat de Bliksemclan weer zo groots kan worden als voor deze verschrikkelijke bladkaal." Zij de kater. "Hier zal ieder van hen hun nieuwe naam verkrijgen en mag de sterrenclan hun ontvangen als ware krijgers." Zij de kater 

Warrior Cats Duistere tijdenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu