Hoofdstuk 30 - De Vrouwe van de Sterren

952 52 2
                                    

Het ruimteschip ‘De Vrouwe van de Sterren’ werd vakkundig door haar piloot in de hangar geparkeerd. Toen het eenmaal stil stond, werden de motoren uitgeschakeld en maakte haar bemanning zich op om het schip te verlaten. De loopplank klapte langzaam naar beneden en hij had de vloer van de hangar nog niet beroerd of een man en een vrouw liepen hand in hand naar buiten. Beiden hadden een tas over hun schouder.

‘Ik vond het erg gezellig in de Plejaden, maar ik ben ook wel weer blij dat we eindelijk weer op pad kunnen om de rest van de Melkweg te zien,’ zei Emma tegen Jayden.

‘Ik weet het, schat,’ bevestigde hij. ‘Maar het kostte nu eenmaal wat tijd om deze schoonheid voldoende om te bouwen om als snel vrachtschip met woonruimte te dienen. En de nodige verbeteringen aan te brengen natuurlijk.’

‘Natuurlijk,’ grinnikte ze. ‘Zoals een nieuw signatuur en een officiële registratie om zijn echte herkomst te verhullen.’

‘Hé, makkie. Dat zei ik toch,’ riep Thijs vanaf de loopplank. Hij had even na hen het schip ook verlaten. ‘En nu heb jij meteen de kans om je eigen nieuwe identiteit uit te proberen.’

‘Ik hoop dat jij je werk goed hebt gedaan, Thijs. Ik heb geen zin om Babette nu al uit haar holster te moeten trekken,’ antwoordde ze en klopte liefelijk op het pulswapen dat aan haar heup bungelde.

‘Het is inderdaad niet te hopen dat je straks op een paar beveiligingsbeambten moet schieten,’ knikte de neef van Jayden.

‘Wie zegt dat ik op beveiligingsbeambten moet schieten? Als ze mijn ID kaart niet accepteren schiet ik jouw ballen eraf.’

‘Je maakt een grapje, toch?’ wilde Thijs weten, maar Emma keek hem enkel kort aan en negeerde hem toen.

Thijs trok wit weg om zijn neus. ‘Jayden? Ze maakt een grapje toch? Toch?’ riep hij het tweetal vertwijfeld na. Toen rende hij hen achterna.

‘Laat je toch niet zo opjutten, Thijs,’ glimlachte Jayden. ‘Ze plaagt je maar... hoop ik voor je.’

‘Jullie zijn echt niet leuk,’ mopperde hij. ‘Nog even en ik krijg er spijt van dat ik met jullie mee ben gegaan.’

‘Nog even en dan krijgen we spijt dat we je meegenomen hebben,’ kaatste Emma terug.

‘Vast niet. Jullie weten hoe goed ik met computers ben,’ pochte hij. ‘Het systeem dat mij buiten houdt moet nog uitgevonden worden!’

‘Dat is goed om te weten,’ zei een stem die van pal achter hem kwam.

Alle drie draaiden ze zich met een ruk om, Emma met haar hand al op Babette.

‘Identificatie alsjeblieft,’ vroeg inspecteur Stuyvesant en hield zijn hand op.

Met een zucht pakte Thijs zijn ID uit zijn zak en overhandigde deze aan de inspecteur. Hij wist wel beter dan een verzoek van een OCRA inspecteur te negeren.

De officier bekeek het uitvoerig. ‘Eerste keer buiten de Plejaden, meneer Stensen?’ vroeg hij op strenge toon.

‘Ja,’ bekende Thijs schoorvoetend. ‘Dat was maar een grapje, van die computers en zo.’

‘Oh?’ zei de inspecteur en trok een wenkbrauw op. ‘Dus jij was niet degene die vorige week in de registratiedatabase van OCRA heeft ingebroken om dat gevaarte dat jullie net in hangar 47 geparkeerd hebben in te voeren?’

‘Nou, ja, ach...’ morrelde hij en schuifelde een beetje met zijn voeten.

De inspecteur hield zijn hand op en keek Emma aan. Met een luide zucht en een geïrriteerde blik overhandigde ze haar ID. Stuyvesant bekeek ook deze met de nodige interesse.

De Ogen van de Ziener (betaversie)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu