Proloog

42 7 2
                                    

2 - 4 - 1846

Het is vroeg in de ochtend en mevrouw Sutherland ligt nog op bed met een bolle buik. Ze is in verwachting van een kindje. Er staat een dokter in de kamer naast het bed en haar man die zit op een krukje naast het bed. De dokter spreekt de vrouw toe en leidt de bevalling, zodat die vlekkeloos verloopt. Mevrouw Sutherland die op het bed ligt, ligt te zweten van de inspanning. Het duurt niet lang meer, totdat de baby ter wereld is. Iedereen is in spanning aan het afwachten tot het gebeurd.

'Schat, je kan het!' spreekt meneer Sutherland zijn vrouw toe. De liefde tussen de twee volwassenen spat er van af.

...

De baby is ter wereld gebracht en ligt in de armen van mevrouw Sutherland in een deken gewikkeld. Het is een prachtige baby.

'Het is een meisje,' zegt de dokter verrast tegen de ouders van het pas geboren baby'tje.

'Hallo kleine Abby,' zegt mevrouw Sutherland tegen haar pas geboren baby'tje en aait over het kleine hoofdje van haar dochtertje.

'Ik wens jullie veel geluk en liefde met jullie kindje, tot ziens familie Sutherland,' zegt de dokter en staat op, waarna hij door de kamer naar de deur van de slaapkamer loopt.

'Dank u wel voor het leiden van de bevalling dokter. Fijn dat u zo snel kon komen,' bedankt meneer Sutherland de dokter.

'Geen probleem meneer Sutherland. Het is mijn werk. Ik laat jullie maar alleen, dan kunnen jullie je over de baby bekommeren,' zegt de dokter. Meneer Sutherland knikt begrijpelijk en de dokter verlaat de kamer. Hij loopt over de overloop naar de trap toe die aan het eind van de overloop zit. Als hij eenmaal bij de trap is aangekomen daalt hij de trap af naar beneden toe. Zodra hij onderaan de trap is stapt hij de trap af en stapt zo de gang in. Hij loopt door de gang heen naar de voordeur toe en als hij de voordeur is opent hij voor zichzelf de voordeur, waarna hij naar buiten stapt en de deur achter zich sluit. De dokter loopt weg van het huis van familie Sutherland.

...

Familie Sutherland heeft de hele dag genoten van hun dochtertje en verzorgen haar goed. Zo wordt de kleine Abby gewassen, gevoed en geknuffeld. De familie is dol gelukkig met de kleine Abby.

'Welterusten kleine lieve Abby!' fluistert mevrouw Sutherland tegen haar dochtertje, die ze in de wieg legt die naast haar bed staat. De kleine Abby blijft stil en slaapt rustig door. Mevrouw Sutherland buigt zich over de wieg en geeft haar dochtertje een kusje op haar voorhoofd. Ze gaat weer recht staan en loopt naar haar bed toe, waar ze de deken open slaat en op het bed gaat zitten.

'Ik hoop maar dat het droog blijft vannacht,' zegt meneer Sutherland en slaat ook de deken open, waarna hij naast zijn vrouw gaat zitten op bed.

'Dat maakt toch niet uit lieverd?', vraagt mevrouw Sutherland aan haar man.

'Nee, maar toch. Ik kan nooit slapen als het regent,' beantwoord meneer Sutherland de vraag van zijn vrouw. Mevrouw Sutherland rolt eventjes met haar ogen en tilt haar benen op, die ze onder de deken legt. Daarna gaat ze liggen. Haar man doet haar na en ze kijken elkaar even aan. 'Welterusten schat.'

'Welterusten lieverd,' zegt mevrouw Sutherland en gaat op haar linkerzij liggen. Ze sluit haar ogen en valt in een diepe slaap.

3 - 4 - 1846

De zon gaat buiten langzaam omhoog en de eerste paar zonnestralen schijnen al tussen de bomen door, over de grote oppervlaktes van de Slogodeshishe weilanden. In het dorpje waar familie Sutherland woont is het nog stil en zijn de straten verlaten. Het hele dorpje ligt nog te slapen. De storm die er de vorige nacht was is over en de zon komt steeds een klein stukje hoger aan de hemel te staan.

Een paar uren later worden de eerste mensen van het dorpje wakker. Daaronder valt ook familie Sutherland. Meneer Sutherland rekt zich geeuwend uit en zijn vrouw volgt daarna. Het is stil in de slaapkamer.

'Aaah! Abby is weg!' schreeuwt mevrouw Sutherland geschrokken uit, als ze naar de wieg kijkt die leeg is.

'Hoe kan dat nou? Ze kan niet ineens lopen, ze is nog geen eens vierentwintig uur oud,' vraagt meneer Sutherland stomverbaasd aan zijn vrouw.

'We moeten haar zoeken!' roept mevrouw Sutherland uit en springt het bed uit. Meneer Sutherland komt ook meteen in actie en samen doorzoeken ze de hele slaapkamer. Ze zoeken in alle hoeken, maar Abby is niet te vinden in de slaapkamer.

'Ik denk dat we beneden moeten zoeken,' stelt meneer Sutherland voor. Mevrouw Sutherland knikt en samen verlaten ze de slaapkamer. Ze lopen de overloop op en doorzoeken de overloop, maar ook hier is Abby niet te vinden.

'Hoe kon dit gebeuren?', vraagt mevrouw Sutherland aan haar man. In paniek lopen ze haastig naar de trap. Meneer Sutherland zoekt in de woonkamer en mevrouw Sutherland in de gang, maar ook daar is er geen spoor van Abby.

'Ze kan toch niet buiten zijn?', vraagt meneer Sutherland en rent al naar de deur toe, voordat mevrouw Sutherland iets heeft gezegd. Hij duwt de deur open en stapt naar buiten.

'Goedemorgen meneer Sutherland, is alles in orde?', vraagt mevrouw Clayton de vrouw van de sheriff. Haar zoontje Carlito staat naast haar, die haar hand vast houdt.

'Alles in orde? Natuurlijk niet! Onze pasgeboren dochtertje is zomaar uit het niets verdwenen. Gewoon poef weg!' gilt meneer Sutherland wanhopig uit en er rolt een dikke traan over zijn wang.

'Ik zal u helpen mee zoeken,' zegt mevrouw Clayton vastberaden en legt een hand op zijn schouder. 'Ze is zo snel mogelijk weer gevonden.'

Het duurt en duurt maar, maar Abby is nog steeds niet gevonden. Alle mensen die in het dorpje wonen helpen mee zoeken, maar ze is niet te vinden binnen het dorpje. Ze verzamelen zich allemaal voor het huis van familie Sutherland. Sheriff Clayton is ook aanwezig.

'Beste dorpelingen, ik wil graag een voorstel doen dat er acht mannen opzoek gaan buiten het dorpje naar baby Abby. Zijn er eventuele vrijwilligers?', vraagt sheriff Clayton in het algemeen. Meteen steken negen mannen hun handen omhoog, waaronder ook meneer Sutherland.

'Meneer Sutherland, u kunt beter bij uw vrouw blijven,' zegt mevrouw Clayton tegen meneer Sutherland. 'Ik snap dat u graag uw dochtertje weer terug wilt, maar u moet voor uw vrouw zorgen. Laat de taak aan de dorpelingen over.'

Meneer Sutherland zucht. 'U heeft gelijk mevrouw Clayton,' geeft hij eerlijk toe.

'Jullie gaan in een groepje van twee man één richting op. Het ene groepje gaat naar het westen en de rest gaat weer een andere richting op. Pak jullie paard en ga meteen opzoek!' roept sheriff Clayton over de menigte heen. De acht mannen komen meteen in actie en rennen haastig naar hun huis, waar ze hun paard halen en meteen beginnen met de zoektocht naar baby Abby.

Ergens een eindje verderop van het dorpje gluren er een paar ogen vanuit een bosje naar het dorpje. De ogen volgen de mannen die aan de zoektocht beginnen buiten het dorpje. Er ontbloten zich een mond vol tanden.
'Heel veel succes met jullie zoektocht naar de baby van familie Sutherland. Jullie gaan haar toch nooit meer vinden!' zegt de persoon zachtjes, die zich schuil houdt in het bosje. De persoon komt in beweging en loopt via de schaduwen van de bomen dieper het bos in. Het beweegt zich als een schim langs de bomen en verdwijnt vervolgens het enorme bos in.

Abby SutherlandWhere stories live. Discover now