Hoofdstuk 4

880 38 20
                                    

Matthyas POV

Robbie haalt me lachend overeind. 'Gozer, je bent echt gek' schreeuwt hij en hij legt mijn armen om zijn nek. Ik grijns. 'Nee, benk nie' brabbel ik. Ik kan nauwelijks op mijn benen staan. Maar ik leef nog, maar net, dat wel. Robbie lacht nog harder. Ik probeer rechtop te staan. Matthyas focus. Ik val half achterover en probeer me aan de bar vast te houden. Robbie pakt me vast en ik leun terug op hem. Ineens hoor ik de tonen van een nummer dat ik ken. Ik heb geen idee welk nummer. Ik kan er niet meer op komen en ook de tekst lijkt als een soort rare zee aan woorden half bij me op te komen. 'Dise lekke nummer' schreeuw ik schor. 'Kom we gaan, Mat, het is wel mooi geweest' zegt Robbie. 'Nee Rob, ik wil nog dansen daar' zeg ik en ik probeer te wijzen naar het midden van de zaal. Mijn arm komt niet veel hoger dan tot mijn buik. 'Kom, kom' zeg ik lachend en ik probeer Robbie mee te trekken. Robbie glimlacht. 'Oké dan nog even' zegt hij en hij neemt me mee.

Ik steun half op hem en struikel steeds over ieder eens benen. 'Ho, Sorry, sorry, sorry' schreeuw ik hees naar iedereen. Ik probeer het echt. Ik probeer echt rechtop te lopen maar het lukt gewoon niet, en ergens frustreert het me en ergens lach ik mezelf heel hard uit. 'Sorry mensen, ben beetje dronken' zo kom ik de menigte door. Wanneer we weer op een plekje staan waar we kunnen staan kijk ik Robbie lachend aan. 'Robjeee' ik sla mijn armen om hem heen en laat mijn volle gewicht op hem vallen. Even ervaar ik een complete rust, alsof ik op een enorm zacht bed ben gaan liggen. Robbie duwt me terug. 'Ho Mat, ik kan jou niet tillen nu' lacht hij. Ik probeer weer te staan en te dansen, ookal gaat dat niet echt meer. De muziek komt vaag binnen. Ik heb eigenlijk ook geen idee waar ik sta, en wat ik doe, maar ik bler de muziek hard mee, of tenminste alle tekst die ik nog weet. Waarom weet ik de tekst niet meer? Ik ken dit nummer maar ik heb geen idee meer. Alsof het nummer ineens nieuwe tekst heeft. En waarom werken mijn benen niet? Wat ben ik ook voor sukkel. Ik schiet keihard in de lach. 'Wat?' Zegt Robbie, hij heeft een vragende glimlach op zijn gezicht. 'Ik lach gewoon om hoe dom ik ben' zeg ik en ik leun weer op hem. Even kijk ik op zij. Een nuchtere klap in mijn gezicht zodra ik hem weer zie. Milo staat er nogsteeds. Die nuchtere klap vervaagt en ik kijk Rob weet aan. 'Robbie, Milo staat daar, hij is echt te knap en ik mis hem' zeg ik met een grijns, en dan trek ik een pruillip. Ik kan enkel en alleen nog maar denken aan hem. Het is met me gedaan. Robbie duwt mij van hem af en houdt me vast. Gelukkig blijf ik daardoor recht op staan. Robbie kijkt een paar keer naar mij en dan opzij. 'Mat, je hebt jezelf toch niet... je hebt toch niet zoveel gedronken omdat hij hier is?' Vraagt hij, hij lijkt wel bezorgd. Waarom? Ik knik. 'Ja, dat moest' zeg ik met een grijns. Langzaam voel ik mijn lichaam weer zwaarder worden. 'Ik mis hem zo robbie, ik mis hem' zeg ik. Milo, red me dan. Zorg er voor dat het weer klopt, je hebt m'n hart gebroken. Mijn zicht word wazig. Tranen? Ik probeer het weg te knipperen, maar het lukt niet. Ik krijg steeds minder lucht. 'Ik- Robbie?' Vraag ik. 'Mat, gaat het?' Ik hoor zijn stem dichtbij maar ik zie hem niet. Ik hijg. Ik krijg geen lucht meer. 'N-nee, ik moet even- ik- liggen' zeg ik en ik leun weer op hem. Opnieuw voel ik de rust. De muziek om me heen hoor ik niet meer, en het lijkt net alsof ik weer op een zacht bed ben gevallen. Ik heb heel even rust. Eindelijk.

Milo POV

Ik hoor een klap achter me, waardoor ik verschrikt omdraai. Een jongen begint te schreeuwen, maar ik versta niet wat. Verschrikt kijk ik terug naar Frank. 'Wat gebeurde er?' Vraagt hij verbaast. Ik frons mijn wenkbrauwen. 'Ik heb geen idee' zeg ik bezorgd. 'Hey, alles goed hier?' Vraagt Raoul die net aan komt lopen met twee biertjes en een cola voor mij. 'Ik ga kijken' zeg ik vastbesloten zodra ik zie dat er zich allemaal mensen verzamelen rond de plek waar de klap vandaan kwam. 'Iemand bel 112' hoor in mensen in de menigte roepen. De muziek is gestopt en er zijn extra lampen aan gegaan. 'Wat is er gebeurd' vraag ik een van de jongens die voor me staat. 'Er is een jongen flauwgevallen' zegt hij met een bezorgde blik. 'Kan iemand helpen' roept een meisje. 'Mag ik er langs? Ik kan helpen' zeg ik, of eigenlijk schreeuw ik meer. De mensen voor mij kijken om en gaan aan de kant. Ik wurm me er tussendoor en zie inderdaad iemand op de grond liggen. Ik ga op de grond zitten, en kijk dan op. 'Mat?' Roep ik geschrokken. 'Milo?' Hoor ik een stem naast me. Ik kijk op en zie Robbie, Matthyas zijn beste vriend tegenover me zitten. 'Rob, wat is er gebeurd' zeg ik, waarbij ik probeer niet in paniek te raken, dat zou onprofessioneel zijn. Toch is het moeilijk als degene van wie je eigenlijk nogsteeds houdt hier bewusteloos voor je op de grond ligt. 'Hij- hij- hij-' stottert Robbie, die duidelijk wel in paniek is. Ik leg mijn ene hand onder Matthyas zijn hoofd en til die een klein stukje op, zodat hij niet stikt. Dan leg ik mijn vinger op zijn pols om zijn hartslag te checken. 'Rob, nu graag' zeg ik streng. 'Alcohol, teveel, want hij was... hij hij zag- en hij voelde zich niet goed...' probeert Robbie uit te leggen. Dan weet ik meer dan genoeg. 'Heeft iemand al 112 gebeld' schreeuw ik keihard. Dit is niet goed, dit is absoluut niet goed. 'Ja, is gebeld' hoor ik. Op dat moment gaat mijn pieper af. Ik druk op de knop. 'Dokter Ter Reegen u bent binnen 10 minuten nodig bij een spoed geval'. Shit, hele slechte timing. Ik pak de porto van mijn broek af. 'Waar heeft het plaatsgevonden?' Vraag ik. 'Nobelstraat 23a' zegt een van de Ambulance Broeders die me oproept. 'Ja, daar ben ik al, heel snel komen alstublieft' zeg ik.

Iedereen om me heen laat me mijn gang gaan en heeft afstand genomen, of is vertrokken. Robbie zit nogsteeds verbluft tegenover me. Ik heb jassen gekregen van mensen van het personeel zodat hij in ieder geval niet onderkoelt op de koude natte vloer. 'Viel hij zomaar? Of voelde hij zich al langer niet lekker? Wat gebeurde er?' Vraag ik terwijl ik mijn vingers op Matthyas zijn pols leg. 'Ik had hem half vast, want hij wankelde tot hij ineens zei dat hij moest liggen en zo zwaar werd dat hij uit mijn handen gleed. Ik probeerde hem nog te vangen.' 'Hoeveel heeft hij gehad weet je dat?' Vraag ik. 'Veel, heel veel, maar ik had het niet zo door' zegt Robbie. Ik zucht geïrriteerd. Maar vooral angstig. Waarom was er niemand die op hem lette? En waarom nam hij zoveel? Matthyas waarom?

'Ik kan hem niet verplaatsen, omdat ik niet weet hoe hij is beland, stel er is iets met zijn nek of rug, dan kan het zijn dat het niet meer goed terug groeit' zeg ik hopeloos. 'Maar ik ben bang dat als hij hier zo blijft liggen te lang dat het dan ook niet goed zal aflopen'. Robbie kijkt me bang aan. Mijn hart klopt als een gek van de zenuwen. Waar blijft die fucking ambulance? 'Kan jij zorgen dat die ingang vrij is?' Zeg ik zodra ik zie dat er allemaal mensen staan te kijken en te praten bij de ingang. Irritant. Waarom maken ze geen ruimte? Ik hoor de sirenes eindelijk, wat me een klein beetje oplucht. Even kijk ik om en zie Frank en Raoul kijken naar me terwijl ze zacht praten. Ik ben zenuwachtig. Bijna in paniek. Maar rust is het enige dat me nu verder brengt. Ik zie de mensen van de ambulance binnenkomen. 'Hoe gaat het?' Vraagt Daniël die tegenover me komt zitten, en dan verward naar de jongen in mijn armen kijkt. Ondertussen legt een andere zuster een warmte deken op de plek van mijn hand en een andere deken over zijn lichaam, tegen de kou. 'Kan geen indicatie geven, hij is al meer dan 10 minuten weg. Gevallen nadat hij zei dat hij zich niet goed voelde, teveel alcohol gehad' som ik snel op. Daniël kijkt me vreemd aan. Natuurlijk. Daniël had ook niet verwacht dat Matthyas, Dokter het Lam, die misschien wel de meest verantwoordelijke persoon ooit, zichzelf coma zou zuipen. Want dat is wel wat hij heeft gedaan nu. 'Zijn maag moet leeg, zo snel mogelijk, maar ik wil hier een brancard op de grond, kosten wat het kost voorkomen dat hij teveel beweegt in verband met de val' zeg ik. Daniël knikt en staat op waarna hij begint te roepen naar de mensen die iets verder op staan. Ik ga bij zijn hoofd zitten en controleer hem op hoofd wonden, die ik gelukkig niet vind tot nu toe. Even kijk ik naar hem. Fuck, hij is veel te knap om hier zo te liggen. En ik hou veel te veel van hem om hem te verliezen.

NoodgevalWhere stories live. Discover now