HOOFDSTUK 6

282 11 2
                                    

Ik ben aan het pingelen op de piano, maar kan mijn gedachten er niet op focussen. Niet alleen word ik afgeleid door het gekibbel van Ron en Hermione op de achtergrond, maar ook de spanning van alles wat er de afgelopen dagen gebeurd is vliegt door mijn hoofd.

Alle informatie die Knijster ons heeft verteld over zijn oude meester Regulus speelt zich constant in mijn hoofd af. Hij was zo blij en trots om zich aan te kunnen sluiten bij Voldemort, totdat hij zich realiseerde wat voor mens Voldemort daadwerkelijk was. Hij heeft zijn leven geriskeerd om op zoek te gaan naar de Horcruxes en het is hem maar één keer gelukt. In dat proces heeft hij zijn leven gegeven voor zijn huiself... Iets waar vele tovenaren van versteld zouden staan.

Helaas is zijn inzet voor niks geweest, want het medaillon is verdwenen. Blijkbaar heeft Levenius Lorrebos alles gestolen, vandaar dat er zo'n troep in het hele huis is. Knijster is hem nu al enkele dagen aan het opsporen op verzoek van Harry, maar we hebben nog niks gehoord van de huiself. Vandaar dat de spanningen in huis hoog zijn.

"Hou daar toch gewoon mee op!" klinkt de boze stem van Hermione als het licht alweer uitgaat.

"Sorry! Sorry!" roept Ron terug en er klinkt een klik van de Uitsteker, waardoor de lichten weer aanspringen. "Ik weet zelf ook niet waarom ik het doe."

"Kun je niet iets nuttiger verzinnen!"

"Zoals? Sprookjes lezen?"

"Dumbledore heeft me dit boek nagelaten, Ron-"

"Ja, en ik heb de Uitsteker van hem gekregen. Misschien is het juist wel de bedoeling dat ik die gebruik!"

Ik stop met piano spelen en draai me om op de kruk. "We zitten in een heel groot huis, we kunnen ook gewoon allemaal in een andere kamer gaa-" Midden in mijn zin blijf ik muisstil. Ik hoor een tik op de voordeur, dat wordt gevolgd door metaalachtig geklik en het gerammel van een ketting.

Hermione, Ron en ik springen angstig op. De twee anderen hebben hun toverstok al getrokken en ik besluit hun voorbeeld te volgen. Als het Dooddoeners blijken te zijn maakt het toch niet meer uit of ik magie gebruik of niet – ze weten onze locatie dan toch al.

"Severus Snape?" zegt de stem van Dolleman op de gang.

"Ik heb je niet vermoord, Albus," reageert een kalme stem. We stormen de trap af, waar Harry al overheen loopt, naar de hal.

"Verroer je niet!" roept hij, zijn toverstok op de indringer gericht.

"Niet schieten! Ik ben het, Remus!"

"O, de hemel zij dank!" kreunt Hermione zwakjes en ze laat direct haar toverstok zakken, net als Ron. Harry en ik houden hem echter allebei omhoog. Ik herinner me helder hoe Remus met Harry omging toen hij erachter kwam dat er een mol in ons midden was, op de nacht dat Harry naar het Nest werd getransporteerd. Het zou dom zijn om nu niet hetzelfde te doen.

"Kom in het licht staan!" roept Harry. Remus doet wat hij zegt. De lamp schijnt op zijn littekens en vermoeide ogen. Zijn handen zijn de lucht ingestoken.

"Ik ben Remus Johannes Lupin, weerwolf, ook wel bekend als Moony, een van de vier bedenkers van de Sluipwegwijzer, getrouwd met Nymphadora, beter bekend als Tonks, peetvader van Maaike Potter en ik heb Harry Potter geleerd een Patronus te produceren in de vorm van een hert."

"Ja, al goed," zegt Harry en hij laat net als ik zijn toverstok zakken. "Maar ik moest het toch controleren?"

"Sprekend als een ex-leraar Verweer Tegen de Zwarte Kusten ben ik dat helemaal met je eens. Je moest het inderdaad controleren. Ron en Hermione, laat voortaan niet zo snel je stok zakken."

Harry Potter's Sister - Facing Fears ~DUTCH~Where stories live. Discover now