0,3

320 27 0
                                    

Ik probeerde te schreeuwen en te ontsnappen, alleen ging dat niet zo gemakkelijk. Hij had mijn arm echt heel erg strak beet en deed me daar heel veel pijn mee. Hij duwde me tegen de muur aan en hield met een hand mijn mond dicht. Hij hield een vinger van zijn andere hand voor zijn lippen, als teken dat ik stil moest zijn.

Eerst dacht ik dat het een of andere vieze man was. Toen zag ik weer die zelfde ogen als daarnet op de brug en wist ik dat ik niet meer hoefde te proberen om te ontsnappen.
'Ben je rustig geworden?' vroeg hij zachtjes. Aangezien ik niks kon zeggen knikte ik zo duidelijk mogelijk met mijn hoofd. 'Dus als ik je straks loslaat en mijn hand van je mond af haal, ga je niet gillen en weg rennen?' Ik schudde mijn hoofd. 'Oké, mooi dan.' Hij haalde zijn hand van mijn mond en liet mijn arm los.

Ik liet me gelijk tegen de muur, in het donkere steegje, naar beneden zakken en trok de mouw van m'n shirt omhoog. Voorzichtig ging ik met m'n vingers over de littekens heen. Kleine wondjes voelde hier en daar wat nat aan, bloed waarschijnlijk. De jongen knielde naast me neer en keek bezorgd naar mijn arm.
'Heb ik dat gedaan?' Vroeg hij geschrokken. 'Nee, dat was al zo.' Mijn hoofd bonkte nog steeds als een gek en een beginnende hoofdpijn kwam nu wel op.

'Waarom volgde je me net?' Zijn ogen schoten van mijn arm af naar mijn ogen. Zijn bruine ogen staarde me aan en even kon ik niks zeggen. Totdat hij zijn blik weer van mij af liet glijden en voor zich uit keek. Niet dat er veel te zien was, want een grote bruine blokkeerde ons uitzicht. 'Ben jij die jonge van de brug?' Hoewel ik het antwoord al wist moest ik het toch zeker weten. Was hij de jonge die me gered had? 'Eh.....ja.' Zei hij met een twijfel in zijn stem. 'Maar dat was niet mijn vraag.' Daar was zijn diepe, donkere, maar sterke stem weer. 'Ik wilde weten waarom je het gedaan hebt, als je snap wat ik bedoel.' 'Dus daarom rende je net achter me aan?' Vroeg hij verbaasd. Ik negeerde wat hij vroeg en besloot gelijk een vraag op hem af te vuren.

'Waarom liet je me niet gewoon springen?' 'Weet je wel niet hoe gevaarlijk dat is? Je had dat nooit kunnen overleven. Je zou neer vallen in het water en verdrinken.' 'Misschien was het ook niet mijn doel om te overleven.' Hij schrok duidelijk van mijn antwoord, dat zag je aan zijn diep donkere ogen die nog net niet uit zijn oogkassen schoten.

'Wilde je serieus zelfmoord plegen? Waar al die mensen bij waren?' 'Ja, maar ik wilde het laten lijken als een stom ongeluk.' Ik had het allemaal zo goed uitgestippeld, totdat hij kwam. Alles liep perfect, totdat hij aan mijn arm trok. 'Jezus, wat ben ik blij dat ik je heb weg getrokken.' Hij kwam naast me zitten tegen de muur. 'Zijn die wondjes op je arm sneeën van het in je huid snijden met iets scherps?' Vroeg hij voorzichtig. 'Ja, dat zijn het ja.' Ik sloot mijn ogen even en haalde diep adem. Ik wilde niet huilen. Niet waar hij bij was. Toch was het moeilijk om de stroom van tranen die op kwam tegen te houden. 'Doet het dan geen pijn.' Vroeg hij geschokt. Dit was blijkbaar de eerste keer dat hij zo'n toegetakeld lijf had gezien, maar voor mij was het niet nieuws. Ik leefde daarin. 'Normaal gesproken niet, als ze open gaan wel.' 'Snij je jezelf al lang?' 'Anderhalf jaar denk ik nu, bepaal jij maar wat je lang noemt.' Waarom vertelde ik dit eigenlijk aan iemand die ik helemaal niet kende?! Ik wist niet eens zijn naam! Misschien vertelde ik het juist omdat ik hem helemaal niet ken en was het juist allemaal makkelijker om alles tegen hem te vertellen dan tegen iemand die ik juist wel goed kende. Hij kon niet oordelen over mij, want hij kende mij helemaal niet. Of hij moest een enge stalker zijn en wist stiekem alles over mij en mijn leven.

'Bridge boy, wat was nou de echte rede dat je me daar vanaf trok?' 'Ik kon het gewoon niet laten gebeuren. Ik was al een tijdje naar jullie aan het kijken en wilde eigenlijk weer weg gaan. Toen klom jij plotseling dat hek op en dacht ik dat het verstandig was om te blijven en ingrijpen als het moest.' 'Hoe wist je wanneer ik wilde springen?' 'Ik schoof steeds onopgemerkt een stukje dichter naar jullie toe en toen je echt lost wilde laten stond ik praktisch naast je.' Ik fronste mijn wenkbrauwen. Het was mij dus helemaal niet opgevallen dat hij daar was, terwijl ik toch meerdere keren had omgekeken. 'Dus daarom kreeg je me zo makkelijk terug op de grond. Het deed trouwens wel pijn.' 'Sorry daarvoor, maar ik kon het echt niet om jou daarvan af te zien springen. Ik zou het dan steeds weer onvrijwillig in m'n hoofd afspelen. Daar zou ik denk ik helemaal gek van worden.' Wat me opviel was dat ik eigenlijk helemaal geen spanning voelde, dat ik alles kon vertellen en dat hij aandachtig luisterde. 'Je kent me niet eens en toch deed je dit, ik snap het gewoon niet.' 'Je hoeft toch ook niet altijd iemand te kennen om iets te doen?' Vroeg hij en hij glimlachte zwakjes.

'Wie ben jij eigenijk? Je komt me wel heel erg bekend voor maar ik weet je naam niet.'

Did he save me? Where stories live. Discover now