25

405 15 7
                                    

Man man man, Jongens het is even geleden. Even? Meer dan even. 3, bijna 4 jaar lang heeft dit boek stilgestaan. Mijn leven is veel veranderd in de tussentijd. Ik ben van de 3e klas, naar de universiteit gegaan. Vriendschappen verbroken, nieuwe vrienden gemaakt. Stukje slimmer geworden (hoop ik). Ik heb veel meegemaakt en zat erg met mezelf in de knoop. "Wat maakt dat je nu besluit om terug te komen?" denk je misschien. Wie A zegt, moet ook B zeggen. En ookal cringe ik soms heeeeeeeel erg van de hoofdstukken die ik schreef toen ik jonger was, jullie verdienen een einde.  Laatste opmerking: Ik doe mijn best om dit vervolg, (vervolg? voortzetting? anyways) foutloos te doen ,maarrrrrr het is even geleden, dus als ik een fout maak. Zeg het, but plis dunt kill me! ^3^
(Helga's accent leest best wel vervelend, dus dat heb ik weggehaald, maar voel je vrij om het zelf erbij te bedenken!)
Oke, oke genoeg gepraat, het verhaal gaat verder....


Austin en Helga liepen voorop en opende de grote klapdeuren. Nu is er geen weg meer terug...
Het was 1 uur precies en het was doodstil in de gevangenis. Je kon een speld horen vallen. Van de ene kant was dit geruststellend, want dat betekende dat ze niet bang hoefden te zijn om betrapt te worden. Van de andere kant, gevangenissen zijn nou niet bepaald gezellig. De gevangenis was voornamelijk beton, grijs en kil. Iedereen hield zijn adem in, terwijl ze door de zwak verlichtte lange gangen van het gebouw heen schuifelden. Ze hadden nog een lange weg te gaan voor ze dit achter zich konden laten. Ondanks dat Megan, net als alle andere erg nerveus was, ze voelde ook een zeker rust over zich heen komen. Dit was het moment waar ze nu weken naar toe gewerkt hadden. Het was alles of niets en Megan was klaar om alles te geven. Ookal had ze nog geen flauw benul wat haar nog te wachten zou staan.

De gang mondde uit op een splitsing. Rechts waren de kleedkamers en links leidde richting de kantine. Helga, de enige die de weg in de gevangenis kende als haar broekzak, wenkte de groep naar links. Tot nu toe ging alles volgens plan, nog geen reden tot paniek. Ookal voelde Helga dat ze steeds nerveuzer werd. "Jongoens" fluisterde Helga met een iets minder lage stem dan normaal "We lopen zo via de kantine, door naar de keuken. De gevangenis wordt van voedsel voorzien door een vrachtwagen die om de zoveel tijd langskomt en een voedselvoorraad uitlaadt in het pakhuis dat verbonden is met de keuken. Dat is onze uitweg" Megan, Ash en Austin knikte "Duidelijk" fluisterden ze als één man. "Het pakhuis is een verdieping naar beneden. Het is groot, voetbalveld groot. Een rolluik sluit het pakhuis af, waar de vrachtwagens normaal door naar binnen rijden, om die open te maken moeten we op een knop drukken." Helga stopte even, om zeker te zijn dat iedereen luisterde. "Er is kans dat als we op de knop drukken, het alarm afgaat." vervolgde ze. "Helg, dat is geen probleem, als het alarm afgaat zijn wij al zo goed als buiten. Maak je geen zorgen" fluisterde Megan. Austin stemde hiermee in "Helga, alles komt goed, allemaal dankzij jou". 

Helga's blik verharde "Goed, volg me." zei ze, terwijl ze haar tanden op elkaar klemde. Ash was de enige die het zag, maar hij schudde het van zich af. 'Het zullen de zenuwen wel zijn', dacht hij en hij volgde Helga. 

De groep naderde nu de kantine, nog steeds geen teken van bewakers of agenten. Zouden ze allemaal slapen? Hebben bewakers geen nachtdienst? Maar ondanks dat dit raar voelde, wilde niemand erover klagen. Beter geen bewakers, dan andersom. Austin liep naar de deur van de kantine en legde zijn oor tegen de deur "We kunnen niet voorzichtig genoeg zijn" fluisterde hij. Austin wachtte een paar seconden, maar het leek wel een oneindigheid. Uiteindelijk pakte hij de klink vast en opende de deur. Hij drukte het lichtknopje in, maar of het knopje was kapot of de lamp.


Austin liep voorop en leidde de rest naar de keuken. Ash volgde met trillende benen. Het ging allemaal te soepeltjes. Er was iets niet helemaa- met een luide klap viel hij op de grond. Megan vloekte, en voor Ash doorhad wat er was gebeurd, had Austin hem al snel bij zijn arm gegrepen. "Sukkkel" fluister-schreeuwde hij "Kijk waar je loopt!". Ash keek naar de grond, terwijl hij probeerde bij te komen van de schrik. Hij was even gefrustreerd als Austin, misschien wel meer. Als de bewakers dit gehoord hadden, dan hadden ze hun enige kans op ontsnapping verpest.

De groep was nu muisstil, had iemand ze gehoord? Alleen Helga, wist dat er niemand zou komen. Alles ging namelijk precies volgens plan. Ash wreef over zijn enkel, hij kon er nog net op staan, maar goed voelde het niet. Te beschaamd om iets te zeggen liep hij, half-mank de groep achterna. Ze waren nu in de keuken aangekomen. Helga zocht haar sleutels en gooide ze naar Austin, die ze behendig opving.
Hij opende de deur naar het pakhuis en de groep liep naar binnen. Helga keek op haar horloge, 1:30. Het was tijd. "Helga, doe jij de deur op slot?" Austin gooide de sleutels terug naar haar. Bijna had ze de sleutels niet gevangen. Ze lachte ongemakkelijk en stak de sleutels in het slot. Austin, Megan en Ash liepen al de trap af, zonder om te kijken. Niemand zag dat Helga de deur niet op slot deed. Ze voegde zich weer bij de groep en telde in haar hoofd de seconden voordat alles zou omslaan. Het zou namelijk niet lang meer duren. 


3...2....1.... Helga hoorde de voetstappen al komen. Een team van bewakers schopten de deur open. Als door een wesp gestoken, draaide iedereen zich om. Maar veel tijd om verrast te zijn was er niet, want ze kwamen steeds dichterbij. "RENNEN" schreeuwde Megan. Dat hoefde ze geen twee keer te zeggen, ze sprintten allemaal zo snel mogelijk de trap af. Ash voelde de pijn in zijn enkel niet meer door de adrenaline schok die door zijn lichaam ging. Hij kon maar een ding, rennen. Ze bereikten de onderkant van de trap en Megan was nu al buiten adem. Maar het werd niet veel beter, bewakers leken nu van alle kanten te komen. Het pakhuis was een val. Daarom hadden ze al die tijd niemand gehoord, ze zaten ons op te wachten. 

Ze hadden geen tijd om zich af te vragen hoe de bewakers wisten dat ze hierheen zouden komen. Ze moesten hier weg, en snel. Het pakhuis stond vol machines, toren hoge kasten met opgestapelde dozen en andere rommel. Het leek wel een doolhof. 


"Deze kant op!" gilde Ash, en hij trok Megan net op tijd naar rechts. Ze renden voor hun leven, en voor hun vrijheid. De bewaking zat hun op de hielen en ze moesten afgeschud worden. Links, rechts, links rechts. Austin, Helga en Megan volgden Ash hijgend. Het leek te werken, de bewakers waren ze kwijt. Maar dat zou maar voor korte duur zijn. 

"Helga, we moeten de knop vinden om het rolluik te openen voordat de bewakers ons vinden." zei Austin "Wat doen we nu?" paniek was duidelijk te horen in zijn stem. "De knop is dichtbij, volg mij maar. Zodra we de knop indrukken hebben we precies 15 minuten, daarna gaat het rolluik weer dicht" zei Helga.  "Hoe weet je dat?" de toon in Ash zijn stem, veraadde zijn argwaan. "Heb ik van 'Arry gehoord" kaatste Helga bot terug. Het was geen leugen, maar ook niet de hele waarheid. "Volg me nu, we hebben geen tijd te verliezen". De drie volgden Helga zonder verder tegen te sputteren. Ze vertrouwden elkaar blindelings door alle tijd die ze met elkaar besteed hadden, maar zelfs als dat niet het geval was. Er was geen beter plan op het moment. 

Helga ging voorop en leidde de weg. De voetstappen van de bewakers waren steeds duidelijker te horen. Helga sloeg links af en wees naar een controlepost die verdekt stond opgesteld tegen de zijkant van de muur van het pakhuis "Daarin, daar is de knop om het rolluik te openen"

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Dec 13, 2018 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Locked with a BadboyWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu