Milo

220 17 4
                                    

Waarom? Waarom doen ze mij dit aan? Waarom gaat alles opeens fout? Het leven heeft geen zin meer voor mij. Ik kan niet eens normaal functioneren! Als ik op sta, zak ik na een minuut weer naar de grond om daar vervolgens weer een kwartier te liggen huilen. Dan zijn mijn tranen even op en kan ik weer door. Ik ga wat drinken, maar tril zo erg dat ik inmiddels al zeven glazen kapot heb laten vallen. Nog even en ik heb een hele nieuwe kast nodig. Na het drinken, loop ik weer terug naar mijn kamer. Regelrecht mijn bed in. Daar blijf ik weer uren liggen vóór het hele gebeuren weer opnieuw begint. Ik zit vast in een vicieuze cirkel.

Soms val ik in slaap. Na tien minuten schrik ik dan weer wakker. Matt, Roel en Rob zoeken me steeds op in mijn dromen. Maar wel op een enge manier. Hoe lang zal een mens het volhouden zonder slaap? Één week? Of misschien zelfs minder? Hoe lang zal ik het nog volhouden op deze manier? Ik weet het niet. Laat het maar op me af komen. Het gaat zoals het gaat.

Mijn vriendin probeert me te helpen, maar ik laat haar niet helemaal toe. Straks gaat zij ook nog weg..

En Koen? Geen idee. Hem heb ik niet meer gesproken. Puur omdat het gewoon niet lukt. Dan moet ik mijn bed uit. En dat zie ik toch echt niet zitten op dit moment. Misschien later. Maar niet nu.

~

De bel gaat. Het geluid komt maar half bij me binnen. En dus maak ik geen aanstalten om de deur open te maken. Mijn vriendin blijkbaar wel, want even later hoor ik haar met nog een stem. De trap maakt geluid. Er komt iemand naar boven. Er wordt geklopt. De slaapkamer deur gaat open.

Daar staat Raoul. Midden in de deuropening. Ik knipper met mijn ogen. Hij veranderd in Rob. Nu wrijf ik in mijn ogen. Rob veranderd in Matthy. Ja wie is het nou? Maar Matthy vervaagt en veranderd in Koen. Deze keer blijft zijn gedaante langer in de deuropening staan. Hij is het dus echt.

Moet ik blij zijn om hem te zien? Moet ik van geluk hem om de hals vliegen? Moet ik hem knuffelen? Hem geruststellen? Zeggen dat alles goed komt? Als dat zo was, dan heb ik nu gefaald. Ik bleef liggen. Hij bleef staan. Een lange stilte. Een enorme afstand tussen ons. Een afstand die ik nog nooit tussen mij en Koen had gevoeld. Hij zag eruit als een vreemde. Iemand die bij een verkeerd adres is.

"Hey maatje.." Klinkt het twijfelend. Maar de stem klinkt opeens vertrouwd in mijn oren. Zelfs genoeg om nu uit bed te stappen. Om naar hem toe te lopen en hem in mijn armen te nemen. En dat doe ik ook. Deze keer zijn het niet alleen gedachten. Deze keer voer ik ze uit. In de praktijk. En het voelt fijn. Het voelt fijn dat hij nog aan me heeft gedacht. We hebben elkaar nodig. Nu meer dan ooit.

Fake // Bankzitters Where stories live. Discover now