Hoofdstuk 2: Desdemona

38 4 0
                                    

Desdemona klopte op de deur van het huis. Het was een klein, maar schattig huisje. Het was het huisje van haar ouders. Haar ouders waren eigenaren van de kleine bibliotheek, dat op het eilandje stond. Om wat extra geld te verdienen, waren Desdemona's ouders musici. Desdemona zelf speelde ook al sinds ze een klein kind was viool. De viool was erg belangrijk voor haar. Zonder wist ze niet wat ze moest doen. De viool was ook haar meest kostbare en behalve haar boeken en kleren haar enige eigendom. Als ze speelde, werd ze helemaal rustig, en kon ze even alles om haar heen vergeten. Wat een heerlijk gevoel was dat. De deur ging open. Desdemona liep naar binnen. Een oude, vertrouwde geur stroomde haar tegemoet. Een houtlucht, de geur van koekjes, bloemen, oude boeken... Alles was er. Desdemona hield van die geur. Ze schrok toen haar jongste zusje, Carolina, een vierjarig meisje, op haar af kwam rennen. Carolina sprong en behendig ving Desdemona haar op en draaide een rondje. Samen liepen ze het woon- en eetgedeelte in. Desdemona zag haar moeder met haar neus in de papieren zitten. Desdemona wist meteen wat die brieven en papieren waren: belastingen, schulden, noem maar op. Het werd voor haar familie steeds moeilijker om alles te betalen. Desdemona's ouders probeerden het voor hun kinderen te verstoppen, maar Desdemona wist wel beter. Desdemona's ouders konden er niet eens iets aan doen. Het waren niet eens hun schulden. Ze waren van de baron, de burgemeester van Icaria, het eiland waar ze woonde. De baron kwam van de familie Archide. De baron hield ontzettend van feestjes, maar haatte om te betalen. Daarom betaalden de burgers van Icaria alles. Niet vrijwillig natuurlijk. Welke keuze hadden ze ook? Wat zou de machtigste familie, die de meeste invloed op de grote leiders had, doen, als je hun bevelen niet opvolgde? Desdemona wist het niet, haar ouders wisten het niet, niemand wist het. Maar niemand ging er ook tegenin. Hierdoor waren de meeste mensen op Icaria arm. Desdemona's ouders hadden het hier zeker niet goed getroffen. Hoe zou het op andere eilanden zijn? Bijna alle baronnen zijn Archides, dacht Desdemona. Ze keek om naar Carolina. Het zorgeloze meisje had zichzelf in een klein roodborstje veranderd en vloog blij door het huis. Het vogeltje paste bij haar. Het was vrij, gelukkig, mooi en ga maar door. Onwillekeurig moest ze lachen. Ze hield van Carolina. Behalve Carolina had ze ook een broertje, Noah. Noah was twaalf, een stuk ouder dan Carolina. Soms kon Desdemona wel goed met hem opschieten. Maar hoe ouder ze werden, hoe meer ze uit elkaar groeiden. Noah was geen klein vogeltje, zoals Carolina, maar een schitterende steenarend. Desdemona's ouders hielden evenveel van al hun kinderen, zoals het hoorde. Desdemona was al veertien, en kon nog steeds niet veranderen. Haar moeder troostte haar altijd: omdat ze niet kon veranderen, kon ze bepaalde dingen beter, zoals survivallen. Ze kon bijvoorbeeld beter klimmen, want Icaria was erg rotsig en ze ging vaak naar het strand. Carolina en Noah zouden als vogels naar beneden kunnen vliegen, dus hoefden zij niet te klimmen. Het was inderdaad een voordeel op sommige gebieden, maar lang niet allemaal. Ze moest toegeven dat ze een beetje jaloers was op haar broertje en zusje, maar ze wist dat als ze het kon, ze vast een mooie vogel zou zijn. Dus ze had geduld. Desdemona wendde haar ogen van Carolina af en keek weer naar de brieven. "Is het weer zo ver?" vroeg ze. Haar moeder keek op en knikte. Haar ogen hadden een trieste glans. Ze stond op en liep naar haar viool. Als Desdemona's moeder zich zorgen maakte, dan speelde ze altijd even op haar viool om rustiger te worden, net als Desdemona. Door het hele huis hoorde je dan de prachtige muziek.

Desdemona liep langs het strand van Icaria. Het was het kleinste bewoonde eiland van alle eilanden. Het was een heel rotsig eiland. Om op haar speciale strandje te komen moest ze eerst door het kleine bos en dan over de rotsen klimmen. Er was geen pad hier naartoe. Daarom was het zo rustig en vond Desdemona deze plek fijn. Haar dorpje, ook Icaria geheten, spreidde zich uit over het hele eilandje. Het grootste eiland in de buurt van Icaria was Delos, maar een paar dagen van Icaria varen. Op Delos woonden de rijke mensen, de mensen die het vaakst naar de academie werden gestuurd. De academie was een soort plek waar ze de speciale mensen naartoe stuurden om hun krachten sterker te maken. Iedereen kon in een dier veranderen, maar sommigen waren speciaal. Dat waren mythische dieren. Desdemona zuchtte. Zij was allesbehalve speciaal. Ze had haar eigen kracht nog niet eens ontdekt! Ze was een van de weinigen die op haar leeftijd nog steeds niet kon veranderen.

De Geheimen van NysiaWhere stories live. Discover now