C. 23

1.8K 104 5
                                    

"Ik ben niet naar háár toe gegaan..,"

"Ga je vreemd?!"

"Natuurlijk niet!"

"Wie is die Addison?!"

Ik keek naar Nathan.

Toen hij zijn ogen op mij richtte, zei hij; "ze is nogal..., een jaloers persoon."

Ik zuchtte toen ik de toon van Lucy omhoog hoorde gaan en ze half begon te schreeuwen.

Ik was toch geen liefdesdokter.

"Wowowow, wacht," ik sprong de hoek om zodat Lucy en David me konden zien. Lucy stopte met schreeuwen en keek naar me alsof ik iemand was die haar zojuist beledigd had.

"Ik ben Addison," zei ik.

"DUS," begon Lucy, ik onderbrak haar met; "en ik ben gewoon een vriendin. Het is niet nodig om boos te zijn op David. Serieus. Hij was naar Nathan gegaan, niet naar mij, ik was daar. We hebben elkaar al 5 jaar niet gezien."

Wauw, wat een slechte goede uitleg.

"En hoe weet ik dat ik dat moet geloven?"

Ik liep de hoek om en trok Nathan mee zodat ze hem ook kon zien.

"Nou, Nathan is hier. Het geloofwaardige deel, tja, dan moet je maar vertrouwen hebben in David."

Lucy keek naar David.

"Hij wist niet wat hij moest doen en ik heb hem geholpen. Dus in plaats van naar hem te schreeuwen zou je ook dankjewel voor de bloemen en sieraad kunnen zeggen en hem vergeven."

Lucy keek naar mij. David. Mij. David. Toen zuchtte ze.

"Oké, sorry," mompelde ze.

David keek naar zijn schoenen, ik naar Nathan, zo van; kun je niet even helpen?

Aangezien David of Nathan of ik niks deden ging Lucy door.

"Ik-, wacht, ik wil niet dat jullie, ik, kunnen jullie weggaan?" Vroeg Lucy aan mij en Nathan.

Ik keek haar verward aan, maar zag Nathan in mijn ooghoeken knikken. "Zie je later David."

David keek naar Nathan en knikte, en toen trok Nathan me aan mijn arm mee naar de trappen.

"Vergeeft ze hem?"

"Ja."

"Ik weet niet wat ik van haar moet denken."

"Na twee jaar, ik ook niet."

Ik grinnikte.

We liepen naar zijn auto en bij de autodeur bleef ik even staan. Nathan deed hetzelfde.

"Ik heb medelijden met David," mompelde ik.

Nathan haalde zijn schouders op. "Hij kan een klootzak zijn, hoor,"

Ik glimlachte, schudde mijn hoofd en stapte in.

We reden naar huis; ik wist niet hoe ik me moest gedragen; we hadden gezoend, we waren exen, zoiets kan je niet zomaar aan je voorbij laten gaan.
Ik concentreerde me op de muziek en keek uit het raam.

Eenmaal binnen plofte ik op de bank neer. Ik haalde mijn hand door mijn haar en zuchtte. Nathan ging voorzichtig op de hoek van de bank zitten.

Ik moest praten. We moesten praten.

"Ik wil-" "Over de", precies tegelijk, beide, wauw, fail.
Ik glimlachte kleintjes en zei "ga jij maar eerst."

"Oké," hij keek omlaag naar zijn voeten en haalde een hand door zijn haar.

"Ik-ehm-," hij zuchtte en richtte zijn ogen op me. "Betekende die zoen iets of deed je het voor de lol?"

Ik fronste. "Voor de lol?"

"Sorry, dat kwam er verkeerd uit."

Ik keek weg. "Als je het wilt weten, het betekende iets." Mompelde ik.

"Serieus?" Hij klonk opgelucht.

Opgelucht?
Dus hij vond het niet erg?
Dus hij..,

Ik keek weer naar hem en knikte. Er verscheen een glimlach op zijn gezicht.

"Dus je wilt.., ik bedoel, je wilt verder? Ik bedoel, geen vrienden?"

Ik haalde mijn hand door mijn haar en zuchtte. "Ik weet het niet,"

De glimlach verdween. "Hoe bedoel je?"

"We gingen uit elkaar door de lange afstand, en ik weet niet of ik weer zo'n lange afstand kan verdragen."

"Maar nu hebben we meer tijd om langs te gaan,"

"Ik heb werk, Nate."

"Dan kom ik langs jou, ik kan daar ook werken."

"Ik weet het niet, Nathan."

Ik wilde zo graag bij hem zijn, maar het was zo gecompliceerd. Ik wilde hem niet opnieuw verliezen. Ik wilde niet opnieuw door een hartbreuk gaan.

"We kunnen het proberen." Zei Nathan, hij geloofde erin, dat kon je horen.
Of ik er zo over dacht wist ik niet.

Ik glimlachte triest en keek naar mijn voeten.

"Addison," Nathan stond op en ging naast me zitten.
"Ik wil dit proberen, met jou. Ik wil je bij me hebben. We zijn elkaar niets voor niets tegen gekomen, daar in de supermarkt, op hetzelfde moment."

Oh, geloofde hij daar in?

"Toen ik je weer een keer gezien had kon ik nergens anders meer aan denken. De laatste maand was verschrikkelijk. Gister was ik zo zenuwachtig dat ik bijna moest kotsen en toen ik je zag wilde ik je niet meer uit het oog verliezen."

"Ik weet niet of deze praatjes werken."

"Laten we het proberen, alsjeblieft?" Nathan pakte mijn hand vast en verstrengelde onze vingers. Ik trok mijn hand niet terug. Ik wilde het niet. Ik verlangde naar hem.

"Als het niet werkt zal ik je nooit meer lastigvallen, beloofd."

Ik wilde hem zoenen. Ik wilde hem aanraken. Ik wilde bij hem zijn. Maar wilde ik eigenlijk wel weer een relatie? Dit zou mijn hele leven op zijn kop zetten. Ik had eindelijk een patroon, een dagelijks leven, en met Nathan zou dat weer veranderen.

"Alsjeblieft?" Hij kuste mijn kaak. Dat was een erg valse zet.

Ik draaide mijn hoofd naar hem toe.

"Als we maar niet gaan trouwen." Mompelde ik.

Nathan glimlachte. "Voorlopig,"

"Nooit."
Ik geloofde niet in 'trouwen'. Ik heb nooit gesnapt wat mensen er zo leuk of mooi aan vinden. Er veranderd niks, behalve je achternaam en ringvinger. Bovendien, lopen de meeste getrouwden uit op een scheiding, en dat kan niet gebeuren als je niet trouwt.

"Hmm," zei Nathan en hij zoende me.
We zoenden.
Eindelijk.

Het was een echte zoen, eentje met passie en liefde, eentje waar ik naar verlangd had.

We zoenden en zoenden, strompelden uiteindelijk de trap op en zoenden verder op bed. Ik kon alleen maar; doe dit niet, doe het niet, op deze manier word het alleen maar erger denken, maar ik ging verder. Ik trok zijn shirt uit en grinnikte toen het niet over zijn hoofd ging, ik maakte zijn haar warrig door er met mijn vingers heen te gaan en drukte me zo dicht tegen hem aan als ik kon.

Hij trok mijn shirt uit, ik trok zijn broek uit. Hij trok mijn broek uit, en glimlachte toen. "Je hebt nog steeds leuke onderbroeken."
Ik glimlachte terug. "Wat dacht je dan? Dat ik een saaie zwarte aan zou hebben?" En toen begonnen we elkaar weer te zoenen en van het een kwam het ander totdat we naakt naast elkaar lagen onder de dekens.

Oh god wat heb ik gedaan?

Nu kan ik hem nooit meer makkelijk loslaten.

Vote, Comment & Follow.

Alive (DUTCH)Opowieści tętniące życiem. Odkryj je teraz