Proloog

2.6K 133 11
                                    

Megan Woods

Zijn armen grepen rond mijn nek en ik
probeerde naar adem te happen. Het lukte niet. Felle pijn steken deden nog op in mijn lichaam, mijn koude, blote lichaam. Ik voelde de pijn nog... Voelde de opgedroogde tranen weer nat worden door de nieuwe, voelde wanhoop. Mijn handen sloten om zijn polsen en schorre geluiden verlieten mijn keel. Ik wilde schreeuwen, maar niemand zou me horen. Ik wilde harder huilen, maar het zou niets helpen. Ik wilde alles vergeten, maar het zou niet lukken. De zuurstof verbruikte mijn lichaam met de seconde en naarmate die tijd verstreek, raakte ik steeds machtelozer. Mijn benen verloren kracht. De jongen met de diep bruine ogen hield me aan mijn nek omhoog. Ik voelde tintelingen in mijn hoofd. De jongen klemde zijn kaken op elkaar waardoor zijn kaaklijn nog strakker aanzette. Tot het punt waarop mijn handen kracht verloren en naast mijn lichaam vielen. Ik zag medelijden, wanhoop en ik zag schuld. Allemaal in zijn ogen. Zijn schuldige, maar gestoorde ogen. Ik voelde niets meer. Alles vervaagde. Achter hem werd het diep zwart. Ik zag hoe zijn handen me los lieten en hoe ik viel. Ik voelde dat alles zacht werd, dat alles langzamer bewoog. Ik zag hoe mijn beeld niet meer verder viel, hoe ik de grond raakte en pijn had moeten voelen. Maar mijn gevoel gaf geen signalen van pijn. Ik viel nog steeds, dieper en dieper. Iedere seconde die voorbij tikte, was een diepere val, in een donkerder hol. Ik zag hoe de jongen wegrende, vervaagde. Hoe alles wit werd en hoe ik voor mijn gevóél de grond raakte. Mijn zicht, mijn beeld, gaf mij niets anders dan wit. Geen grond, geen eind aan mijn val, maar kou en wit.

-Na

DoodzondeDonde viven las historias. Descúbrelo ahora