hoofdstuk 16

1.6K 42 0
                                    

Pamela

Het was een frisse zondagochtend en ik liep richting de Commonroom van Gryffindor toen iemand ‘expelliarmus!’ riep. Ik herkende die stem, en wist al meteen dat James Potter weer eens Severus aan het pesten was.

‘Hee Snivellus!’ Dit was Sirius, die met zijn toverstok getrokken naar Severus wees, die op zijn beurt weerloos tegenover James, Sirius en Peter stond. Ik rende zo snel als ik kon naar het stel maar Lily was me voor. Haar rode haar wapperde achter haar aan toen ze recht voor Severus ging staan.

‘HOU DAAR MEE OP!’ Schreeuwde ze en ze keek kwaad naar James wiens wangen langzaam de kleur aan begonnen te nemen van zijn stropdas die slordig over zijn blouse heen hing. ‘Wanneer stoppen jullie nou eindelijk met stomme getreiter!’ Lily was een van de weinigen die James kon laten stoppen met het pesten van Severus. Sirius was een andere zaak...

‘Aan de kant Evans, we moeten even afrekenen met dit stuk ongeluk...’ Sirius zou Lily nooit vervloeken dus duwde hij haar simpelweg aan de kant. Hij richtte zijn toverstok tot Severus en zijn mond vormde een spreuk. Meteen werd Severus naar achter geblazen en hij botste tegen de keiharde stenen muur. Hij viel slap op de grond neer.

‘SEVERUS!’ Riepen we beide uit en we renden naar de Slytherin die levenloos op de grond lag. Ik wou hem omdraaien maar mijn hand raakte die van Lily. Even keken Lily en ik elkaar recht aan. Haar groene ogen stonden vol van verdriet en onmacht maar zeiden dat ik naar achter moest. Ik draaide me om en keek kwaad naar James, Peter en Sirius, van wie de laatste twee aan het lachen waren.

‘Oh jullie vreselijk stel egoïstische rotkinderen!’ Ik wist geen woorden voor wat ze Severus hadden aangedaan en ik dacht dat hij dood was. ‘HOE KUNNEN JULLIE HEM VERMOORDEN!’

Sirius trok een wenkbrauw op, ‘Konden we hem maar vermoorden.’ Hij draaide zich om, en Peter liep als een hondje achter hem aan. James bleef roerloos staan, zijn blik strak gericht op Lily, die nog steeds over Severus gebogen stond. ‘Het spijt me Lil...’ Mompelde hij.

Lily keek op en keek James met een blik vol minachting en ongeloof aan. ‘Het spijt je Potter. Het SPIJT JE! Je moet geen sorry tegen mij zeggen maar tegen Severus. Ik dacht dat je anders was, dat je niet zo’n type was als die Sirius. Maar NEE, je bent gewoon een afschuwelijke tovenaar. IK WIL JE NOOIT MEER ZIEN!’ En met deze woorden draaide ze zich weer om naar Severus, die langzaam bij kwam.

James bleef nog even staan zonder zich te veroeren, maar keerde toen zijn rug naar ons en liep richting een van de torens, waarna hij een wenteltrap op ging en verdween.

Ik liep naar Lily die met haar zakdoek Severus’ neus probeerde te deppen die heftig bloede maar hij duwde haar hand weg.

‘Ga weg!’ Zei hij en hij stond op, waarna hij meteen weer viel.

‘Severus, je hebt hulp nodig! Snap je dat dan niet?’ Zei Lily die hem hielp op te staan. Maar weer duwde hij haar weg. Hij keek even met een blik die ik niet kon doorgronden naar haar maar draaide zich toen om en liep naar de trap, richting de ziekenzaal.

Lily bleef bleek met mij achter.

‘Zeg jij eens wat Pamela...’ Hopeloos keek ze me aan en ik wist dat ze zich geen raad wist met de situatie.

‘Ik weet het ook niet Lil, ik weet het echt niet...’

De dagen die daarop volgden waren saai en ik ontweek Sirius en Severus, terwijl Destiny juist zich naar Sirius toe trok.

‘Siri,’ Zei ze slijmerig en ik walgde van haar blik toen ze Sirius smekend aankeek. ‘Mag ik  alsjealsjealsjeblieeeft Potions overschrijven? Slughorn merkt het vast niet...’

Sirius keek haar aan met zijn lach die altijd tegen spottend aanlag. ‘Denk je dat ik mijn Potions huiswerk maak? Vraag maar aan...’ Even leek hij mijn naam te willen zeggen maar toen hij mijn blik zag bedacht hij zich. ‘Eh... Iemand anders..’

Destiny leek nogal teleurgesteld te zijn dus liep ze maar richting mij. Ik was Tovenaarsschaken aan het spelen met Remus, die er veel beter in was. Destiny zette haar puppy-ogen op maar dat werkte nooit bij mij. ‘Mag ik...’

‘Nee.’

‘Wat?’ Destiny keek me vol ongeloof aan.

‘Je hoorde me wel, ik zei NEE.’ Ik richtte me weer op het schaakspel maar zag dat Remus paard om een of andere reden mijn koningin had verslagen.

‘Wat heb jij?’ Vroeg Destiny verwijtend. 

Hogwarts Lost SecretМесто, где живут истории. Откройте их для себя