Hoofdstuk 34.

2.8K 107 9
                                    

Adriana

De gasten lopen richting de eetzaal en zij en de andere knechten lopen zo snel ze kunnen naar de keuken. Daar is het bijzonder rustig. Blijkbaar staat al het eten wat nu opgediend moet worden klaar. Er staan grote borden op de lange tafel. Er staat zelfs een schaal met een varken erop. Adriana moet er niet te lang naar kijken of ze wordt goed beroerd. Het arme beest heeft zelfs nog een appel in zijn bek. Adriana pakt een schaal met wat kleine hapjes en vruchten. Ze houdt die stevig vast en sluit aan in de rij.

Zo lopen ze straks met elkaar de grote eetzaal in. Er zal wel een applaus komen, maar die is niet voor haar, maar voor het eten. Wat Adriana al door heeft is dat de mensen die hele tijd kunnen blijven eten. Daarna zal een groot feest worden gegeven. Er staan kannen vol met wijn klaar. De meeste zullen vanavond wel dronken naar hun bed gaan en zullen de dag erna met hoofdpijn wakker worden. Wat zij deze avond gaat doen? Daar heeft ze nog geen idee van.

Haar gedachten gaan weer terug naar het “ja” woord. Wat was dat geweldig. Marja keek stralend naar haar bijna man. Toen ze haar antwoord mocht geven kwam het er ook meer uit als een zucht. En die eerste kus. Leo klapt in zijn handen. Ze moet weer luisteren. ‘Breng het eten snel en treuzel niet. Kom gelijk terug naar de keuken. We hebben nog meer te doen’ zegt hij streng. Dat moet nu ook wel. Als hij dat niet doet luistert niemand meer straks. Ach ze luisteren altijd wel.

De eerste begint te lopen. Achteraan staan twee knechten die de schaal vasthouden met het varken. Ze lopen de gang uit en komen in de gang waar aan het einde de grote eetzaal is. Adriana staat best nog wel vooraan in de rij. Ze moeten wachten op de rij. Adriana kan nog net zien dat Leo een teken geeft. Dan hoort ze de stem van John Rossum boven de rest uit. Hij zal ook vast op zijn gestaan.

‘Dames en Heren. Ik kondig hierbij het eten aan. Geniet en houdt u zelf niet in. We hebben genoeg eten’

De eerste begint te lopen en niet veel later loopt Adriana de zaal in. Wat ze had verwacht gebeurd. De mensen beginnen te klappen en kijken naar de schalen. Adriana zet haar schaal op tafel neer en loopt weer achter de rest aan. Ze kijkt de mensen niet aan. Andersom gebeurt dit ook niet. De mannen beginnen te juichen als ze het grote varken zien.

Adriana loopt alweer de zaal uit. Zo lopen ze wel drie keer heen en weer. De tafel staat vol met van alles. Er ligt vlees, fruit, speciale vruchten en nog veel meer. Wijn wordt er ingeschonken en vaak genoeg bij geschonken. Adriana houdt een kleine kan vast. ‘Mag ik misschien nog wat?’

Adriana draait zich om en kijkt recht Henri aan. Ze knikt en probeert een grijns te onderdrukken. Ze loopt naar hem toe en schenkt de wijn in. Hij heeft expres zijn beker op de tafel laten staan. Ze leunt iets over hem heen. Zijn adem kriebelt in haar nek. Ze draait haar hoofd opzij en kijkt recht John Rossum aan. Zijn blik boort zich in die van haar. Adriana staat gauw weer op en houdt de kan stevig vast. Ze kijkt weer naar beneden en loopt dan naar de volgende.

Henri 

Hij kon het gewoon niet laten. Zijn beker was nog geen eens leeg, maar hij moest haar gewoon even dichtbij zich hebben. Hij kan haar niet zomaar meenemen nu. ‘Dus wat zeg je ervan?’

Henri draait zich om naar Richard. ‘Wat?’ vraagt hij. Natuurlijk heeft hij weer een gedeelte gemist van het gesprek. ‘Nou hoe je dat gaat doen met die gevoelens van je’ lacht Richard. ‘Mijn gevoelens?’

Henri verslikt zich in zijn wijn en begint te hoesten. ‘Dat gaat jou allemaal niets aan’ antwoord hij als hij weer op adem is gekomen. ‘We blijven nog maar zes dagen’

‘Zes dagen kan ik best wel iets verzinnen’ antwoord Henri en pakt een stuk brood van zijn bord. Adriana loopt weer langs hem heen. Hij moet zich gewoon inhouden om niet opzij te kijken en haar te volgen met zijn ogen. Hij moet gewoon haar vanavond vasthouden. Er zit alleen een groot probleem. Op de één of andere manier lijkt het wel of John Rossum hem niet helemaal vertrouwt. Dat snapt hij ook, want hij heeft niet de waarheid vertelt. Hij gooit zijn glas achterover. De wijn smaakt heerlijk. Hij leunt voorover en pakt een vrucht van een schaal. ‘Henri?’

AdrianaDonde viven las historias. Descúbrelo ahora